Het kruispunt der tijd
Door William Marrion Branham1 Ik wil dat de taperecorders nog even een ogenblik inhouden voordat u gaat opnemen, als u wilt. En een goede morgen, vrienden. Ik vertrouw erop dat iedereen zich erg goed voelt... [Leeg gedeelte op de band – Vert] ... ons gebruikelijke lied zingen voor het opdragen: "Breng ze binnen." Allemaal samen nu. "Breng de kleintjes."
Breng ze binnen, breng ze binnen,
Breng ze binnen van de velden van zonde;
Breng ze binnen, breng ze binnen,
Breng de kleintjes naar Jezus.
Amen. Vindt u niet dat er iets heel liefs is met zo'n kleine baby? Een klein kereltje, dat met z'n kleine, heldere oogjes naar mij kijkt, en er is iets met hen wat werkelijk erg, erg lief is. Het zijn gewoon onschuldige kleintjes, zij weten niets over de dingen van de wereld. God heeft gegeven... En weet u, er is iets met een kind, in een huis, dat een huis samenbindt; een kind veroorzaakt een binding.
2 Welnu, ik wenste dat wij meer tijd hadden om over die dingen te spreken, over de kleintjes en over verschillende dingen. Maar wij... Onze tijd, wij doen ons best om tijd over te houden en wij moeten nu direct het Woord ingaan. Voor wat betreft de recorders, het is in orde als zij de boodschap deze morgen wensen op te nemen. Moge God een ieder rijkelijk zegenen.
Welnu, ik denk dat er vandaag niets te vergelijken is met het Woord, het lezen van Gods Woord. Ik wenste dat het in elk huis gebeurde, dat Gods Woord gelezen zou worden.
En ik wil dat iedereen van u vanochtend, als het mogelijk is, zelfs wanneer de kleintjes uit hun zondagsschoollokalen komen, zo eerbiedig mogelijk is, rustig zit en luistert als ik probeer, met Gods hulp, een boodschap uit te geven die mij afgelopen avond in de late uurtjes gegeven werd voor de gemeente vandaag.
Welnu, ons Schriftgedeelte dat we gaan lezen wordt gevonden in Joël 2 en Handelingen 2. Joël 2:28 en Handelingen, wij beginnen bij 2 vers 15. Is het niet vreemd hoe deze profeet in het tweede hoofdstuk van Joël en het tweede hoofdstuk van Handelingen spreekt over "de vroege en de late regen". Joël sprak erover in dit zelfde hoofdstuk. Want... Sprekend uit Handelingen, in het tweede hoofdstuk, vanaf het vijftiende vers en een Schriftgedeelte verder, lezen wij dit:
Want deze mensen zijn niet dronken, zoals gij onderstelt, want het is het derde uur van de dag;
maar dit is het, waarvan gesproken is door de profeet Joël:
En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, en uw jongelingen zullen gezichten zien, en uw ouden zullen dromen dromen:
Ja, zelfs op mijn dienstknechten en mijn dienstmaagden zal Ik in die dagen van mijn Geest uitstorten; en zij zullen profeteren.
En Ik zal wonderen geven in de hemel boven, en tekenen op de aarde beneden: bloed en vuur en rookwalm.
De zon zal veranderen in duisternis en de maan in bloed, voordat de grote en doorluchtige dag des Heren komt.
En het zal zijn, dat al wie de Naam des Heren aanroept, behouden zal worden.
3 Zullen we een ogenblik onze hoofden buigen voor gebed? Onze goede hemelse Vader, het lijkt op een groot laken door het hele gebouw deze morgen, elk hoofd keert zich naar beneden naar het stof van de aarde. In nederigheid buigen wij onze hoofden en onze harten in Uw tegenwoordigheid. En wij bidden, hemelse Vader, dat de Heilige Geest nu zal komen, het Woord in zal gaan, en het aan elk hart zal tonen in de mate dat er plaats en woonruimte is. Moge het honderdvoudig voortbrengen.
God, wij bidden dat ongelovigen vandaag gelovigen mogen worden. En dat de Christenen nieuwe hoop zullen vatten, diegenen die vermoeid zijn onderweg. Mogen de heiligen bemoedigd worden en mogen de zieken genezen worden. Spreek, Vader, en mogen wij nu gemeenschap hebben rondom uw Woord, want wij vragen het in de Naam van de geliefde Zoon van God, Jezus Christus. Amen.
4 Mijn onderwerp vanochtend, als wij het zo kunnen noemen, zal zijn... de boodschap aan de gemeente is: "Het kruispunt der tijd". En altijd in de dagen die voorbij zijn gegaan, zijn de dispensaties altijd aan hun einde gekomen, en wij komen weer bij een kruispunt aan. Er zijn kruispunten bij snelwegen. Er zijn kruispunten op de wegen die we in deze wereld doorreizen. Er is een kruispunt op deze grote, oude snelweg waarop wij naar de heerlijkheid reizen.
En altijd is het wonderbaarlijke nodig om van almacht te spreken. Almacht is het al-machtige, en er is het wonderbaarlijke voor nodig om de almacht te betuigen. En alleen het wonderbaarlijke kan dat. Het onderwijzen van het Woord is erg fijn. En wij... het komt, geloof komt door horen en wel het horen van het Woord. Maar er is altijd het wonderbaarlijke voor nodig om te betuigen dat de Almachtige nog steeds leeft en heerst. Wij moeten het wonderbaarlijke hebben.
5 En ik geloof dat de gemeente nu staat op de drempel van de grootste betuiging van almacht die de wereld ooit gekend heeft. In mijn al een behoorlijke tijd durende zoektocht door de Schrift, heb ik zeven grote overgangen in Gods Woord gevonden. En zeven is Gods nummer van voltooiing. Hij voltooit in zevenen. Hij werkte zes dagen en rustte op de zevende. De wereld bestaat door Zijn heerschappij over de aarde hier, de gemeente werkt al zesduizend jaar, het zevende is het millennium. En al deze rekenkunde van de Bijbel is volmaakt.
En God is altijd op tijd. Soms zijn wij een beetje laat of we denken er een beetje anders over, maar dat wordt altijd gedaan met een reden. Maar God is altijd op tijd met Zijn boodschap.
6 En dus geloof ik dat wij vandaag iets groots tegemoet zien wat de gemeente zou moeten weten en begrijpen, namelijk dat wij behoorden te weten wat dit allemaal te betekenen heeft, en het vinden in Gods Woord. Want ik geloof dat... als het niet in het Woord staat, dan betwijfel ik het toch een beetje. Maar als Gods Woord erover spreekt, dan is het God, ongeacht hoe anders het schijnt te zijn naar onze manier van onderwijzing, het is God die Zijn Woord ten uitvoer brengt. Vele keren is het tegengesteld aan onze manier van denken, of misschien de manier zoals ons geleerd is om erover te denken.
Maar wij moeten de almacht van God herkennen wanneer het voor onze ogen wordt uitgevoerd.
7 Welnu, laten we voor een moment teruggaan in onze gedachten en een paar ogenblikken bestuderen wat er de laatste paar jaar is gebeurd.
Ik geloof als een dienstknecht van het Evangelie, dat wij leven bij de naderende verschijning van de tweede keer dat de Here Jezus komt. De tweede terugkeer, of tweede komst. De eerste keer kwam Hij als een baby. Deze keer komt Hij als Koning der heerlijkheid om wraak te nemen op allen die het Woord van God niet gehoorzamen. En wij geloven dat met al dit grote tumult waarin wij vandaag leven, als wij links en rechts om ons heen kijken en de kranten opslaan en gewoon stilstaan, en onze dagelijkse beslommeringen van dit neurotische tijdperk neerleggen, en opletten en de feiten onder ogen zien, dan zien wij zonder enige zweem van twijfel dat iets op het punt staat te gebeuren.
8 En ik geloof dat God nooit op enig tijdstip wonderbaarlijke dingen of zoiets heeft laten gebeuren, zonder dat God het voorafschaduwde door Zijn Woord, het openbaarde en het plaatste, zodat de mens die faalt om erin te wandelen, voor Hem moet komen te staan, en dat hij daar moet staan zonder een excuus, omdat God het zo duidelijk maakt, dat als een mens er voldoende bezorgd over is, hij het zal ontdekken. Als u er bezorgd over bent...
U zou toch geen soep met een vlieg erin eten. Beslist niet. U zou niet... u zou niet... u zou bang zijn om voedsel te eten dat er niet goed zou uitzien en bedorven was, want u weet dat u een voedselvergiftiging zou kunnen krijgen, of zoiets, en het u dadelijk zou kunnen doden. En u let op dit lichaam. Maar die ziel, die laat u feesten op de dingen van de wereld, waarvan u weet dat het bedorven is en dat het maar één ding kan doen: u tot de vernietiging brengen. En ongeacht hoe goed u met dit lichaam omgaat en hoe goed het voedsel is of hoe goed het lichaam leeft, het zal naar het stof der aarde moeten gaan; maar die ziel zal ergens voor altijd leven. Ik zou liever bedorven soep willen eten dan mijn ziel te verderven met de dingen van de wereld... wanneer dan ook.
9 Het kruispunt. Voordat deze grote kruispunten komen of het einde der tijden waar God iets nieuws begint, en waar een overgang ontstaat van het oude naar het nieuwe, van de ene dispensatie naar de andere, toont Hij altijd Zijn kracht. Mannen, door de eeuwen heen, breken altijd af, en onderwijzen erop los en redeneren het weg, en gaan weg van de werkelijke levende God. Maar net voordat Hij de overgang maakt en een nieuwe dispensatie binnengaat, verschijnt Hij ten tonele met grote wonderbaarlijke tekenen en wonderen. Hij heeft het altijd gedaan.
Kijk naar de eerste vernietiging van de wereld, de eerste overgang. Nadat de wereld geformeerd was en God de mens op aarde had gezet, begonnen zij steden te bouwen, zegt de Bijbel. Er waren grote bouwprogramma's aan de gang in de wereld. Kijk er vandaag eens naar. Jezus zei duidelijk: "Zoals het was in de dagen van Noach, zo zal het zijn bij de komst van de Zoon des mensen." Zelfde zaak...
10 U merkt op dat zij een manier hadden ontdekt om koper te bewerken. Zij hadden een methode ontdekt om koper en ijzer te bewerken, net vóór de antediluviaanse vernietiging. Kijk naar de dag waar wij nu in leven, hoe de gebouwen... Er werd gezegd dat de mensen zich zouden vermenigvuldigen op het oppervlak van de aarde.
Kijk zelfs eens in onze kleine stad rond, en vergelijk deze kleine stad met een paar jaar geleden: veertienduizend, nu ongeveer zevenentwintigduizend of meer. U kunt zelfs geen plek meer vinden die groot genoeg is om op konijnen te jagen. Het zijn allemaal bouwprojecten. Dat is juist. Bouwen, uitbreiden, vermenigvuldigen... En Hij zei dat toen men zich begon te vermenigvuldigen zonde en boosheid zijn intrede deed. Dat is één van de grote tekenen die wij aan het einde van de reis hebben, één van de grote tekenen.
11 Merk op, gedurende die tijd was er een man die Nimrod heette, die heenging en de grote stad Babylon bouwde en hij ging een confederatie aan met al de omliggende steden, zodat zij allemaal samen een samenwerking aangingen. En er zou één grote stad zijn, en dat zou Babylon zijn. Hoe verachtte God die federatie van die wereldorde. Kijk er vandaag eens naar, dezelfde zaak: vakbonden, mensen die zich in verenigingen verenigen, en door verschillende connecties en door middel van kerkdenominaties allemaal bijeen worden vergaderd, die de slagbomen neerhalen, en de gemeenschap tussen verschillende broeders verbreken. Confederatie, één van de grote tekenen die God gaf vóór de eerste vernietiging, zien wij hier ook verschijnen bij de laatste vernietiging. Ziet u het?
12 Merk op. En Hij deed lang geleden nog iets anders. Wij merken op, tijdens de periode van deze grote roerigheid, toen de harten van de mensen koud werden en ze weg van God begonnen te gaan, dat vrouwen zo'n afgod werden. "Toen de zonen Gods zagen dat de dochters der mensen knap waren", werd het een seksaangelegenheid. Kijk vandaag eens waar wij in leven. Ik zeg niets tegen eerbare vrouwen, beslist niet; zij zijn Gods werktuig. Maar diegenen die geen acht op zichzelf slaan, hoe er zo velen aan de andere kant staan, zij die doorgaan met trouwen en uithuwelijken. God zei het in de Bijbel. Jezus zei dat vóór het einde in Noachs tijd, zij trouwden en uitgehuwelijkt werden.
Wat een grote beroering is er in de wereld van vandaag gaande! En wij realiseren ons dat er één ding is wat dat teweegbracht. De Bijbel zei dat de geesten, invloedrijke geesten, naar beneden kwamen, boze geesten, en ze gingen in deze mensen en deden deze dingen. En wij zien dezelfde boze geesten werkzaam in onze dag.
En nu, merk opnieuw op, niet alleen dat, maar wanneer de hele hel losbarst, dan barst ook de hele hemel los. Wanneer de vijand binnenkomt als een vloed, dan richt de Geest van God er een standaard tegenop. En deze twee krachten werden altijd getoond bij de overgang.
13 Welnu, wanneer wij zien in die tijd dat Nimrod alle confederaties had samengebracht, en ervoor gezorgd had dat alle mensen naar Babylon kwamen, en in deze grote confederatie kwamen, en dat in die tijd er allerlei kwaad onder de vrouwen plaats vond, op seksueel gebied enzovoort; op dezelfde tijd had God een getuige op de aarde: Henoch, die onberispelijk wandelde met God. En terzelfder tijd bij het verschijnen van het kwaad, verschenen er ook engelen op de aarde. Engelachtige wezens namen bezit van mensen. Ook een erg prachtig beeld van vandaag; wanneer het kwade zich toont, dan toont het goede zich ook.
En merk op, dat destijds in die boze tijd vlak vóór de vernietiging, toen God daar een man had die het Evangelie predikte, een arme man, een nederige man, die niet veel van de wereld bezat, maar een man die een hart had om naar God te luisteren: Noach. Daar waren Noach en Henoch tegelijkertijd aan het prediken. En als u opmerkt staat daar in Openbaring 11: "Ik zal macht geven aan Mijn twee getuigen in de laatste dag." Twee getuigen opnieuw in de laatste dag, Openbaring 11... En zij bewerkten tekenen en wonderen onder de mensen.
14 Kijk dan terug daarginds, toen Noach en Henoch aan het prediken waren, en Noach een boodschap predikte die zo krankzinnig leek voor de wereld. En Noach... Hier is het nu! Noach bereidde een ark en maakte een schuilplaats. En dat was een wonder op zichzelf. Hoe een man op droog land, waar nog nooit water was gekomen, een ark bereidde die moest gaan drijven op een machtige zee die daar zou komen, die zei dat deze uit de hemelen naar beneden zou komen. En waar was het dan? Maar door geloof, wat op zichzelf een wonder is, bereidde Noach, gewaarschuwd door God, een ark. Ziet u het? Ongeacht hoe belachelijk het scheen te zijn, hoe fanatiek het de mensen leek, het was een wonder op zich om een man om zich heen te zien timmeren; dat gebeuren scheen fanatiek.
Het herhaalt zich opnieuw in deze dag, wanneer mensen met het Evangelie van de Here Jezus Christus staan, en de doop van de Heilige Geest prediken, om een volk gereed te maken voor het komende oordeel, of juist als een schild ertegen te bewaren. En het moderne kerkvolk lacht en maakt gekheid en zegt dat er niets aan de hand is, en dat de dagen van wonderen voorbij zijn. Het is een wonder, een wegwijzer bij het kruispunt.
15 Noach werkte door, niet alleen volbracht hij een wonder, of kijk... hij keek ook uit naar een wonder. En de gemeente van vandaag, terwijl ze werkt aan de opdracht om het Evangelie te prediken, met tekenen en wonderen die erop volgen, bereiden zij zich voor op een wonder: de opname van de gemeente en het naar huis gaan. Zij zijn de mensen aan het toebereiden, geven hun licht, onbelast van de dingen van de wereld, en zij plaatsen hun zielen vast in de tegenwoordigheid van God, zodat, wanneer Jezus de tweede keer in heerlijkheid verschijnt, dezen die gereed zijn samen weggenomen en opgenomen zullen worden om Hem in de lucht te ontmoeten om bij Hem te zijn.
Zoals het in Noachs tijd was, zo zal het zijn bij de komst van de Zoon des mensen. Etende, drinkende, huwende, ten huwelijk gevende; al die dingen die u ziet blijven doorgaan. Open de... Moge God vandaag toestaan dat u opent... dat God uw begrip opent zodat u kunt zien dat dit wegwijzers zijn. En bovennatuurlijke wonderen van de tweede komst van de Here Jezus Christus hangen vandaag precies voor ons en wij zijn bij het kruispunt aangekomen.
16 Merk op. Toen Noach de mensen begon te waarschuwen en begon te prediken, lachten velen hem uit, bespotten hem, omdat zijn boodschap totaal onwezenlijk scheen. En vandaag, hoe kunnen mensen vandaag, wanneer zij zeggen dat wij de beste dokters van de wereld hebben, dat wij de beste ziekenhuizen sedert ooit hebben, wij hebben allemaal hiervan en daarvan en nog meer, waarom hebben wij nodig om... Luister. Wij hebben tegenwoordig meer dan ooit Goddelijke genezing nodig. En wanneer de dagen steeds verder voortschrijden, zal het ook meer en meer nodig zijn. En het zal weldra komen te geschieden, dat tenzij een mens met de Heilige Geest verzegeld is, het is hard om te zeggen, hij zichzelf heeft opengesteld voor allerlei dingen. Kom niet dichtbij één van diegenen die het zegel van God op hun voorhoofd hebben wanneer die ontzettend grote plagen beginnen te vallen. Wij zijn nu bij de overgang, bij het kruispunt der wegen.
17 Wanneer we het opmerken en Noach zien, hoe hij zich inspande om de mensen te waarschuwen, door te zeggen dat er regen op komst was. De mensen wisten zelfs niet wat de regen betekende. Het had nog nooit geregend. En er zijn vandaag mensen in de wereld, na tweeduizend jaar Evangelieprediking, die niet weten wat het betekent om opnieuw geboren te zijn uit de Geest van God. Zij weten niet wat 'almacht' betekent, en dat God in Zijn grote, almachtige kracht een ziel van een straatzondaar kan veranderen tot een engelachtige positie in Gods Koninkrijk als een zoon en dochter van God. Zij begrijpen het niet. Zij worden teveel in beslag genomen, verzadigd met de dingen van de wereld: ze zijn verblind, flirten met de wereld, en beseffen niet dat dit een boze geest is, en het is een groot gemarkeerde wegwijzer voor de mensen van deze dag om te waken en gereed te zijn.
Jezus zei: "Wanneer deze dingen beginnen plaats te vinden, heft uw hoofd omhoog; uw verlossing is nabij." Niet alleen dat, maar God toonde tekenen door Henoch. Hij toonde tekenen door Noach, en de wereld lachte erom. Maar op een dag kwam er een gedonder en gebliksem. Er kwam vuur uit de hemel, een bliksem en de donder begon te brullen. Dat was een wonder op zichzelf. En de regen begon naar beneden te vallen.
18 Maar hier is het grote wonder: het wonder was hoe God zijn gelovig kind had weggeborgen in de ark der veiligheid. Heel de tijd dat het aan het donderen was en de regen neerviel, rustte Noach in de ark van God, voorbestemd, van te voren uitgekozen om die ark binnen te wandelen. Toen de plagen vielen had Noach rust in veiligheid. Degenen die uitgelachen werden, waren toen in de rust binnengegaan.
Diegenen waar men vandaag om lacht en gekheid over maakt, omdat u ernaar verlangt om volledig overgegeven aan de Here Jezus te leven; men realiseert zich niet dat u verzegeld bent onder Zijn eeuwige armen. Zij realiseren zich niet dat u zo veilig bent als u maar kunt zijn en in rust bent in de Almachtige en dat niets u kwaad kan doen.
De ark begon te... het water begon te komen en de mensen begonnen te schreeuwen, en te huilen en te schelden en tekeer te gaan. En in plaats van dat de ark daar bleef staan, dobberde hij er precies bovenuit, heel de tijd hield hij Noach vast en wiegde hij hem door de golven heen. Zeker, het was een wegwijzer. God veegde de wereld schoon van zonde. Hij was van plan met een nieuwe te beginnen. De tekenen en wonderen verschenen voordat Hij het deed.
19 Merk op, bij de uittocht, toen God Israël bevrijdde dat in slavernij gebonden was, ver weg in Egypte... Voordat God één vinger naar Israël uitstak, was het tonen van een bovennatuurlijk teken het eerste wat Hij deed om te laten zien dat Hij almachtig was, dat Hij nog steeds leefde. De priesters en de rabbi's enzovoort van die dag dachten dat God niet meer bestond, net zoals ze het vandaag ook denken. Maar God is almachtig en Hij verricht nog steeds het wonderbaarlijke. En zij dachten dat Hij niet meer bestond. Maar precies in het midden van die periode daalde God af naar een arme, nederige familie van Levi en zij bracht een zoon voort, die een verlosser was. En hoe Mozes weggeborgen was in deze ark. Ik wenste dat wij tijd zouden hebben om erop in te gaan, om het te verklaren, hoe zij hem daarbuiten uit de rivier hadden gehaald. En daar temidden van de krokodillen en al het andere, volvoerde Hij het wonderbaarlijke. Hoe Hij Mozes juist waarschijnlijk in een tijd bewaarde, dat zij dachten dat al de dagen van wonderen voorbij waren.
Maar zij waren bij de overgang aangekomen. Zij hadden het Woord. Zij hadden Jozefs beenderen. Die waren in orde. Dat waren tekenen, ja, dat God nog steeds leefde en regeerde en er ooit op een dag eens was geweest. Maar niet alleen dat, maar zij hadden nog steeds naast het Woord de almachtige God Die niet kan falen, Die dezelfde is gisteren, heden en voor eeuwig, Die in het midden van hen allemaal stond.
20 Op de leeftijd van veertig, toen Mozes aan de rivieroever stond, of aan de rand van de woestijn, kwam God naar beneden in de vorm van een engel. En voordat God Egypte vernietigde en Zijn kinderen uit liet trekken, en de hele tijdsbedeling veranderde, verscheen Hij op de aarde en zond engelen naar de armen en de misdeelden. Hij verrichtte tekenen en wonderen en Hij toonde Mozes Zijn heerlijkheid, namelijk hoe hij een stok kon nemen om een wonder te verrichten. Hoe hij zijn handen in zijn boezem kon steken en het van melaatsheid kon genezen.
Wat was het? Een verandering van de tijd was gekomen, men was bij het kruispunt beland. En de grote onveranderlijke God, Die onveranderlijk is, Die deze dingen verrichtte bij de tijdsovergangen in het verleden, hoeveel te méér zal Hij nu doen wanneer heel de hel in slagorde opgesteld is en de eindtijd hier is. Hij is dezelfde. Hij faalt niet. Almacht ontmoet het wonderbaarlijke. Zeker.
21 Het onnaspeurlijke, het onredelijke... het denken van de mens kan nooit het wonderbaarlijke begrijpen. U moet in contact komen met de Almachtige. Dan, wanneer dat met u gebeurt, dan bent u in contact met het bovennatuurlijke. Uw leven verandert, uw denken verandert, uw geest verandert, u wordt veranderd. Uw ziekte is afgelopen. Gods grote kracht komt binnen.
Mozes bij de struik. Hij zag en hoorde de Almachtige en hij zag het wonderbaarlijke. God was niet tevreden gesteld om Mozes alleen een boodschap te geven om heen te gaan en te prediken tot de Egyptenaren en om te prediken tot de Israëlieten. God, de almachtige en wonderbaarlijke God, was geen God die het slechts aan één man openbaarde. Maar Hij zei: "Neem deze tekenen." Halleluja. "Neem deze tekenen en toon ze daarginds. Ik zal met jou zijn."
Een verandering, de overgang was gekomen, de tijd dat er iets zou gaan gebeuren. Maar voordat die zaak plaatsvindt, geeft God Zijn waarschuwing. "Ik ben nog steeds Jehova. Ik leef nog steeds. En Ik ben almachtig. Ik ben de wonderwerkende God."
22 Toen hij naar Egypte ging, en hij zijn stok opnam en hem neerwierp, en hij zijn hand van melaatsheid genas en die dingen deed, dan wil ik dat u opmerkt dat telkens wanneer het wonderbaarlijke werd gedaan, Satan er altijd is om het te vervalsen. En zoals hij het in die dag vervalste, zo vervalst hij het in deze dag op exact dezelfde wijze. Zelfs zijn vervalsingen wijzen alleen maar naar de eindtijd, naar de overgang. Hij had een paar oude waarzeggers daarginds, zij heetten Jannes en Jambres, die naar voren traden en zij konden hun stokken neergooien en ze in slangen veranderen enzovoorts en ze konden hetzelfde doen als wat zij deden. Maar God bewees wie van God was. Zij konden plagen brengen, maar zij konden geen Goddelijke genezing verrichten. Dus God alleen kan genezen. En zij konden een zweer brengen, maar zij konden hem niet wegnemen. God stond daar in Zijn kracht om te tonen dat echte Goddelijke genezing Zijn wonderwerking was om de Almachtige te tonen bij het kruispunt der wegen.
De Egyptenaren riepen om de zweren, maar ze braken bij hen zelf uit. Maar Gods dienstknechten konden ze weghalen. Waarom? Zij kunnen het vervalsen. Ons is geleerd in deze laatste dagen, dat daar dezelfde zaak zou zijn: "Zoals Jannes en Jambres Mozes weerstonden, zo zullen dezen de waarheid wederstreven, mannen van verdorven verstand aangaande het geloof." Hoe zij zich zouden gedragen... Koppig, hoogmoedig, liefhebbers van plezier meer dan van God, verbondsbrekers, onhandelbaar, een vorm van godzaligheid hebbend. Oh, nou, ik vertel u dat we vandaag bij het kruispunt leven, aan het eind van de weg op het einde van het tijdperk. God bewijst het. Wat een heerlijke dag om in te leven.
23 God bewees het aan hen en betoonde Zichzelf en kreeg de glorie. Hoe Hij daarginds naar Egypte ging en de natie sloeg. Hoe Hij Israël eruit bracht op adelaarsvleugels en tekenen en wonderen verrichtte, omdat Hij onze Almachtige is, en Hij het wonderbaarlijke doet. Voordat Hij Farao's wagens liet zinken gaf Hij elk soort teken. Hij gaf tekenen van Goddelijke genezing. Hij gaf tekenen en alle betuiging van Zijn kracht: hoe Hij de oudste zoon kon redden of de oudste zoon kon nemen; hoe Hij kon vernietigen of hoe Hij leven kon bewaren. Hoe Hij wonderen kon verrichten. Hij kon het wonderbaarlijke doen... En hoe de zon en maan werden verduisterd, hoe de hagel de grond striemde, hoe de bliksem door het land flitste en het vee enzovoorts dood maakte, net zoals het in de dagen van Noach gebeurde.
En Hij heeft gezegd, dat in de laatste dagen de maan zal ophouden haar licht te geven en de zon niet zou schijnen en ze zou zo zwart als roet worden en ze zou op bloed lijken. Wanneer zij haar gezicht verbergt en in huilen uitbarst, en bloedige druppels van smart uitzweet, zal God op de aarde zijn, almachtig, om het wonderbaarlijke uit te voeren. Zeker, Hij kan dat. Hij is almachtig.
Denk daaraan, daarginds in Egypte, hoe Hij die tekenen en wonderen deed en de dingen die Hij gedaan heeft. Hij is God. Niemand kan Zijn plaats innemen.
24 Merk op, God verrichtte Zijn wonderen. En Hij gaf Farao een kans. Maar Farao faalde en weigerde zijn kans te benutten. Er was niets meer overgebleven. Wanneer een man de genade van God veracht, blijft er maar één ding over: dat is oordeel. En mijn dierbare vriend vandaag, moge God ons helpen, wanneer u ziet dat het einde van deze tekst is gekomen en als u de genade hebt veracht die u door Jezus Christus, de Heilige Geest, wordt aangeboden, dan zal er niets overblijven dan Goddelijk oordeel. Daar kan niets anders overgebleven zijn.
Farao zondigde uiteindelijk zijn dag van genade voorbij, en er bleef niets over, omdat de overgang op handen was. God liet de tijd overgaan.
25 Toen Lot en Abraham, een andere keer... Toen Abraham de heerser van de wereld zou gaan zijn; zijn zaad over de aarde verspreid zou worden. Hij had Lot, zijn neef, bij zich, die een familielid was. En wat een prachtig beeld van de koude, formele, onverschillige gemeente van vandaag in vergelijking met de uit de Geest geboren, uitverkoren, eruit geroepen, afgescheiden gemeente van de levende God. Zij verbleven bij elkaar op dezelfde vlakte. Maar uiteindelijk kwam het tot een moment dat Lot zijn grote groep nam en afdaalde naar Sodom en Gomorra, waar ze populair zouden zijn, waar ze de keuze voor het land zouden maken. En Abraham bleef in de wil van God en nam het arme landsdeel. Sara, zijn mooie vrouw, en Abraham bleven op het arme deel van het land opdat zij de Here zouden kunnen dienen.
God belooft geen gemakkelijk bloemrijk bed van gemak. Licht een Christen niet op en verdraai niet de boodschap door te vertellen dat alles in orde zal zijn, dat niets u zal overkomen, dat er niets... dat er geen beproevingen komen. Dat is verkeerd. Zoals een dichter zei: "Moet ik naar de hemel gedragen worden op een bloemrijk bed van gemak, terwijl anderen vochten om de prijs te winnen en door woeste zeeën moesten varen?" Beslist niet. God belooft geen gemak en voorspoed. Maar Hij belooft genade om steeds stand te kunnen houden. Het is de genade waar wij naar kijken.
26 Abraham koos de weg van God. Hij bleef op de bergtop ondanks het feit dat daar niet veel gras voor zijn vee was. Maar Lot: een beeld van de teruggevallen wereld, de gemeente die niet gelooft in het wonderbaarlijke...
Toen kwam het uiteindelijk zover dat die dingen in God van richting veranderden, dat daar een overgang moest komen. Daar moest zo'n tijd komen, omdat Abraham de erfgenaam van het land was. Oh God, waarom kunnen Christenen het niet zien? "Zalig zijn de reinen van hart; zij zullen God zien. Gezegend zijn de zachtmoedigen; zij zullen de aarde beërven." De overgangsperiode is op handen; onze Vader toont dat wij in de eindtijd zijn. Ziet u?
27 Het wonderbaarlijke, het bovennatuurlijke, de Almachtige die het wonderbaarlijke doet, kijk naar Hem. Kijk wat er plaatsvond in de wereld, zoals in de tijd van Abraham, net voor de eindtijd. Ginds in Sodom, in de grote stad... Abraham leefde in een tent; hij die erfgenaam van alle dingen was, leefde in een tent. Dus is het geen wonder dat de dichter kan zeggen: "Waarom zou ik me druk maken over een tent of een hut?" U bent erfgenaam van alles, wanneer u in Christus bent. God heeft Hem de aarde gegeven en Hij is de Koning, en wij zijn in Hem erfgenaam van alle dingen. De almacht, het wonderbaarlijke, en bij de tijdsovergang...
Merk nu nauwlettend op als we hiermee verder gaan. Kijk hoe God handelde net vóór de eindtijd. De perversie nam toe bij Lot ginds in Sodom. Mannen werden homoseksuelen, pervers, de natuurlijke omgang van de menselijke natuur veranderden ze in perverse wegen. Kijk naar de wereld van vandaag. De hele zaak wordt een perverse dispensatie.
28 En de grote plaatsen waar mannen religie gaan studeren en de grote scholen... En ik heb erover gesproken en ik weet waar mannen niet toegestaan wordt om te trouwen met vrouwen. Maar het is zo verschrikkelijk. En wat er uit deze scholen en deze moderne kerken daarginds vandaag de dag komt, hoe dit grote leed, mannen hebben drank en roken en prikkelen de lusten en gaan er met jonge meisjes vandoor enzovoort, en ze beginnen al in hun jeugd, zodat hun normale levensloop verdorven is. God geeft hen over aan vernietiging. En hun levens zijn vermengd, totdat zij geen natuurlijke mannen en vrouwen meer zijn; de duivel heeft hen zo vastgegrepen.
Kijk bij de overgang daar bij Sodom en Gomorra. Kijk naar de overgang in de dagen van Noach: huwende en ten huwelijk gevende. Ziet u de wegwijzer? Wat gebeurde er? Tegelijkertijd had God een profeet op aarde, vóór de eindtijd... Hier is het. Luister. Altijd vóór de eindtijd wanneer Satan zijn nabootsers loslaat, zendt God Zijn profeten. En ons wordt verteld in de Bijbel, dat "in de laatste dagen uw jonge mensen visioenen zullen zien en ook Mijn dienstmaagden en dienstmeisjes", profeten zullen weer op aarde verschijnen. Visioenzieners zullen op aarde verschijnen in de eindtijd. We zijn er. We zijn bij de overgang.
29 Het werd door al de heilige profeten geprofeteerd door de eeuwen heen en voorzegd door Gods heilige Woord, de eindtijd. Hoe de Here zou doen; wat Zijn zegeningen zouden zijn, en wat de duivel zou doen in die dagen. Wat er zou plaatsvinden in de eindtijd. Gods heiligheid kan de slechtheid van de wereld niet meer verdragen. Maar voordat Hij het tot de overgang brengt, zendt Hij de rode waarschuwingslichten uit.
Niet alleen dat, maar voordat God Sodom en Gomorra vernietigde, zond Hij ook engelen naar de aarde, die zichzelf onder de mensen begaven. En vóór de eindtijd beloofde God dat Hij engelen zou zenden. En wij zien ze. Zij komen met de boodschappen van de almachtige God.
30 De tijdsovergang. Het is niet meer dan drie weken geleden, dat ik die Machtige daar zag staan, Die daar was en al sprak sinds ik een kleine jongen was. Ik ben geen fanaticus; u weet dat. Maar het is om de Schrift te vervullen. Ik denk dat deze gemeente de waarheid behoorde te weten en ook het teken waar we aan toe zijn, zodat u niet traag zoudt zijn, zodat u alert zou zijn, dat de onenigheden opgelost zullen worden, en dat u als echte godzalige mannen en vrouwen zult wandelen, met uw harten op Christus gericht. En kijk niet naar deze onbetekenende dingen van de aarde, omdat ze van de duivel zijn; al deze ruzies en oorlogen en twisten en geschillen. Kijk weg van ze; wij zijn bij het einde.
En onthoud, misschien hebt u geen volgende week meer om het te doen. Wij weten het niet. Alleen God weet het. Wij zijn hier bij het einde.
31 Daar was Noach in zijn tijd. Hier is Israël in hun tijd. Hier is Abraham bij de volgende overgang tussen de werelden, het natuurlijke en het bovennatuurlijke. Engelen, die eruit zagen als mannen, daalden neer. Glorie. En ze stonden bij Abraham, de profeet, en ze vertelden hem: "Abraham, God zal het bovennatuurlijke verrichten. Omstreeks deze tijd volgend jaar, naar de wijze van het leven, zal ik jou die honderd jaar oud bent en je vrouw bezoeken, en je zult een kind voortbrengen. Ik zal jou Mijn kracht in Goddelijke genezing tonen. Ik zal jou veranderen en je terugbrengen tot een jonge man opnieuw en ik zal Sara veranderen en haar een veranderd persoon maken, en haar een jonge vrouw maken. Ik ben de Wonderbaarlijke; Ik ben almachtig. Ik doe het wonderbaarlijke." Amen. "Ik zal u Mijn kracht tonen. Abraham, wij zijn bij de tijdsovergang." De boze geesten zijn daar in Sodom, ja. Zij werken daar ginds onder de wereld. Zij werken hier vandaag: pret en glamour, en abnormale grappen en allerlei smerige dingen op radio, televisie, zelfs niet gecensureerd of iets daarvan en ze verdraaien soms het Evangelie tot een sociale bezigheid. De hele wereld is pervers geworden. Maar terzelfder tijd, wanneer de wereld pervers geworden is, worden de gelovigen bekeerd tot de Here in de kracht van God, door het werken en verschijnen van de Almachtige. Hoe God in Zijn genade deze dingen toont...
32 Over Abraham gesproken, terwijl Zijn profeet als een oude man onder zijn tent zat, daarginds in het onvruchtbare land... Wat maakte het hem uit, een tent of een hut, wat voor een verschil zou het voor hem uitmaken? Hij was erfgenaam van alles. Alles behoorde hem toe en hij wist het. Zo weet de gelovige het vandaag ook. Wat maken we ons druk over deze aardse dingen? Dat is de reden waarom ik de samenkomsten niet lang geleden afzegde, omdat ik bij de mensen niet wilde aandringen op geldoffers. Het maakt me niet uit wat mensen zeggen; ik geloof dat God groot genoeg is om in alles te voorzien wat hij nodig heeft. Ja zeker. Ik zou liever biscuitjes willen eten en water drinken en het Evangelie prediken, dan de mooie dingen van de wereld hebben. Het gaat er om of we ons in Zijn handen kunnen toewijden en naar de Almachtigheid uit kunnen zien. Dat is juist. Let op waar het aan toe is.
En wij zien hem, terwijl hij voortgaat, terwijl Abraham onder zijn tent zit en deze engelen aan hem verschenen. Zij gingen verder door naar Sodom en Gomorra, en wij zien dat God in die dag wonderen uitwerkte. Hij bracht vuur uit de hemelen en vaagde de stad weg en reinigde het land en gaf het allemaal aan Abraham. En Lots vrouw veranderde in een zoutpilaar, omdat zij terugkeek, als een gedenkteken van schande; zij die een beroemde dame was bij de sociëteiten van de stad Gomorra en Sodom. En al de valleien werden schoongeveegd toen God het wonderbaarlijke verrichtte, met vuur en zwavel uit de hemel.
33 Wat een fantastische tijd! Wat een geweldige tijd om in te leven! God, in Zijn almacht; daar kwam opnieuw een overgang. Ik denk dat ik onder tijdsdruk zit; ik moet mij gaan haasten.
Er komt een Almacht, opnieuw een tegenwoordigheid. Er was een man die Achab heette en getrouwd was met een meisje dat Izebel heette, en hij was in het begin een gelovige. Achab was een geboren Jood, op de achtste dag volgens de wet besneden en werd in een religieus huis grootgebracht om in Jehova te geloven, maar hij werd verliefd op een kleine afgodenaanbidster met begeerte in haar ogen. Dat is juist.
En vandaag vallen fijne Christelijke mannen onder de macht van zulke onzin en glamour, omdat dat hart niet stabiel is in Christus Jezus. Ja. Wat een dag waar wij in leven; wat een tijd waarin de wegwijzers ons recht in het aangezicht kijken.
34 Maar toen, juist voordat God de ontknoping bracht om te tonen Wie er God was, kwam er de tijd dat er een profeet in het land was die Elia heette, die met de boodschap van God gezalfd was. En hij volvoerde het wonderbaarlijke en bewees dat de Almachtige nog steeds wonderbaarlijk was. De profeet stond daar en sloot de hemelen, zodat het niet regende in de dagen van zijn bediening. En hij bracht ook de regen weer uit de hemel naar beneden en gaf het weer aan de aarde. En engelen verschenen ten tonele (halleluja), die hem wat maïsbrood bakten, dat hem veertig dagen in leven hield terwijl hij daar in de wildernis met God was.
Engelen verschijnen in de eindtijd. Al de profeten en de wegwijzers verwijzen ernaar, ze zeggen dat engelen deze dag zullen verschijnen, dat profeten zullen opstaan, tekenen en wonderen. En als God dat voor die kleine overgangen daarginds deed, wat zal Hij dan nu doen wanneer de hele hel is losgelaten? De hele hemel zal losgelaten worden. Engelen verschijnen, tekenen en wonderen op de aarde, de nabootsingen komen tevoorschijn, God bewijst wat goed en wat fout is. Amen.
35 Oh, ik heb Hem lief. Ik ben er zeker van dat u Hem ook liefhebt. Het is niet mijn bedoeling om tegen u te schreeuwen, maar het brandt in mijn ziel. Om eraan te denken hoe deze dag...
Net voordat Hij hen bevrijdde, deed hij allerlei tekenen en wonderen. Zij stuurden een groep mensen heen om deze profeet met geweld mee te nemen. Hij zei: "Als ik een man van God ben, laat dan vuur uit de hemel komen." Merk op hoe elke keer een vuur komt. Merk op hoe elke keer een profeet komt. Merk op hoe het wonderbaarlijke elke keer gedaan wordt. Merk op hoe God Zichzelf iedere keer betoont in genezing en krachten, precies bij het kruispunt, nooit eerder, exact bij het kruispunt, bij de overgangen, bij de verandering in dispensatie, de verandering in tijd.
36 Welnu, een paar teksten om mee te sluiten. Let even op. Wij zullen nu komen bij de vijfde grote overgang en één van de hoofdovergangen, omdat de vijfde betekent vijf: J-E-Z-U-S. Amen. Er kwam een tijd dat het zondevraagstuk opgelost moest zijn. Er komt een tijd dat het wonderbaarlijke Hem volledig begrepen zou moeten maken. Er komt een tijd dat de harten van de mensen veranderd moesten worden, omdat wetten en regelgevingen enzovoort dit niet kunnen doen. Het bloed van stieren en bokken kon het niet wegnemen. En vlak voordat die grote overgang kwam, kwam de duivel naar voren, tussen de predikers. Ze zeiden: "De dagen van wonderen zijn voorbij. Er is helemaal niet zoiets."
En tegelijkertijd zond God engelen naar de aarde. Daar was een oude man, genaamd Zacharias, die zijn huis op orde had. Hij bad op een dag, terwijl op het altaar zijn wierook aan het branden was, om voor de mensen te bemiddelen; toen verscheen daar aan zijn rechterzijde een grote engel, die een bewijs was dat de tijdsovergang op handen was. Hij vertelde hem dat hij een jongen zou voortbrengen uit zijn vrouw die oud was, hoog bejaard, en zijn naam zou Johannes zijn.
37 Johannes kwam en claimde het wonderbaarlijke. Johannes was een profeet. De Bijbel zei, Jezus zei Zelf dat er nooit een man op aarde was geboren zoals hij, tot op die tijd. Halleluja. Waarom? Hij was een profeet, de grootste tot aan die tijd, omdat dit de grootste overgang was die God ooit met de duivel gemaakt had, toen hun paden kruisten; en daar zou Hij hem ontmaskeren en hem alles afnemen wat hij had. Halleluja.
Johannes was een profeet. Gabriël was de engel daar. Zij verschenen bij een tijdsovergang. Prijs God. Ongeveer drieëndertig jaar voordat het gebeurde, nam God genoeg tijd om hen van te voren te waarschuwen dat de tijdsovergang op handen was. De ongelovigen werden slechter en haalden het neer en maakten er ruzie over en probeerden er onderuit te komen, en doodden tenslotte iedereen die er iets van zei, maar God bewoog gewoon onveranderd door in het wonderbaarlijke, want Hij is almachtig. Hij moet het zijn, Hij is God.
38 Zie wat er nu heeft plaatsgevonden, terwijl we verder gaan met deze episode hier. Terwijl wij verder gaan zien wij Johannes bij de rivier komen prediken. Hij vertelt over Eén die zou komen en die machtiger was dan hij. Hij begon te prediken en na een tijdje verscheen er niemand minder dan de Almachtige zelf, gewikkeld in een klein bundeltje vlees. De grote Jehova God openbaarde Zichzelf in Zijn Zoon Christus Jezus. De Almachtige werd vleesgemaakt en woonde onder ons, wandelde onder ons. Halleluja.
Zoals Hij op het meer van Galilea wandelde, en daarginds lag toen op een nacht de kleine oude boot heen en weer geschud werd; Hij deed alsof Hij er helemaal geen aandacht aan schonk. Hij was moe. Maar er kwam een tijd van overgang; er moest iets gaan gebeuren. Hij plaatste Zijn voet op de rand van de boot en keek omhoog en zei: "Zwijg, wees stil." Ik zeg u, de Schepper van hemelen en aarde lag in die boot en de natuur moest gehoorzamen. Wanneer de Almachtige spreekt, vinden wonderbaarlijke dingen plaats. Amen.
39 Een melaatse, vol van melaatsheid, ging op een dag naar Hem toe, en zei: "Here, U kunt, als U wilt, mij rein maken."
Hij raakte hem aan en zei: "Ik wil het, wees rein."
En wanneer de Almachtige spreekt, komt het wonderbaarlijke naar voren. Halleluja. Zijn melaatsheid verdween als sneeuw voor de zon. Zeker. De Almachtige spreekt. Hij beloofde in deze laatste dagen dat Hij opnieuw zou spreken. Wanneer de Almachtige spreekt, gebeurt het wonderbaarlijke. Beslist.
Merk op. Hij genas de zieken; Hij richtte de doden op; Hij opende de ogen van de blinden. Wat was het? De mensen bewijzend dat daar een overgang was. "Ik heb macht om Mijn leven af te leggen; Ik heb macht om het weer op te nemen. Niemand neemt het van Mij af."
40 Op een dag, in Johannes 17, keek Hij omhoog en zei: "Vader, het uur is gekomen." Halleluja. De overgang is hier. "Alle dingen zijn nu voleindigd, alle dingen komen in gereedheid. Het kruispunt is gekomen; de wereld is gewaarschuwd. Ik heb deze apostelen gezalfd en ze hebben tekenen en wonderen gedaan. Wij zijn door het land gereisd; wij hebben het van voor tot achter uitgekamd. De tijd is hier. De tijd is gekomen."
Broeder, als een Evangelieprediker, vanochtend, geloof ik dat de Heilige Geest vandaag de dag door sterfelijke lippen heen spreekt, door gezalfde predikers die zeggen: "De tijd is gekomen. De tijd is hier." En de Almachtige heeft geantwoord. Het wonderbaarlijke vindt plaats. Dat moet er wezen, we zijn bij de overgang.
41 En daar werd God in het vlees gemanifesteerd, toen Hij al het wonderbaarlijke verrichtte in Zijn almacht. "Spreek het Woord, Here, en mijn dienstknecht zal genezen. Mijn dienstknecht zal niet... zal leven." Hij wist het. Die Romeinse centurion wist het. Hij was een man onder gezag, die wist dat wat er ook onder hem was... wat hij ook zei, dat zij het moesten doen. Hij zei: "Ik zeg tegen deze man: 'Kom', en hij komt en tegen die man: 'Ga', en hij gaat." Hij zei: "Ik ben een man onder gezag. En alles onder mijn autoriteit gehoorzaamt mij. En Here, ik ben niet waardig dat U in mijn huis komt. Spreek slechts het Woord." Halleluja. Hij wist dat dit de Almachtige was. Hij wist dat wanneer de Almachtige sprak, dat het wonderbaarlijke zou plaatsvinden. Oh, tjonge.
Daar stond Hij bij het graf van Lazarus te huilen als een man in Zijn vlees. Martha zei: "Here, als U maar hier zou zijn geweest, dan zou mijn broer niet gestorven zijn. Maar zelfs nu, Almacht, spreek. Wat U ook maar aan God vraagt, zal God doen. Wat U ook zegt, Hij zal het doen."
42 Daar wandelde Hij naar het graf toe, Almacht die Zich hier onder ons manifesteerde en met ons leefde. God in Christus die de wereld met Zichzelf verzoende. Hier leefde Hij met ons, God die Zichzelf door Zijn Zoon bewees, Christus Jezus, Hij was Almachtig en wonderbaarlijk. En als Hij Dezelfde is gisteren, vandaag en voor eeuwig en zei: "Ik zal u nooit verlaten. Ik zal u nooit in de steek laten. Ik zal met u zijn tot aan het einde der wereld." Hoe kunnen wij naar iets anders uitzien, wanneer Hij spreekt, dan dat het wonderbaarlijke plaats zal vinden? Hoe kunnen wij iets anders verwachten?
Hier gaat Hij naar het graf, al wenende. En daar raapte Almacht Zichzelf bijeen en Hij sprak: "Lazarus, kom eruit!" En een man die al aan het rotten was; wiens neus in die vier dagen tijd van zijn gezicht was afgevallen; de huidwormen waren al aan de gang gegaan. Verderving kende zijn Meester. Halleluja. Hij gaf het leven van deze dode man terug en een man die eens dood was, stond op en leefde opnieuw, het wonderbaarlijke. "Ik ben de opstanding en het leven", zei God. "Wie in Mij gelooft, ook al ware hij dood, toch zal hij leven. En een ieder die leeft en gelooft in Mij zal nimmermeer sterven."
43 Spreek, Almacht; wonderbaarlijke dingen zullen plaatsvinden. En Hij doet het altijd bij de overgang. En wij zijn bij de overgang. Wees op uw hoede wanneer u deze dingen ziet gebeuren; wij zijn bij de eindtijd. Almacht spreekt en een dode man, dood en opnieuw levend, ging op zijn voeten staan en ging naar een feestmaal en at avondmaal met Hem. Oh, tjonge. Wat gebeurde er? Op een heerlijke dag sprak Almacht, terwijl wij eens dood in zonde en overtredingen waren. Wij gingen richting hel en Almacht sprak. Wij zijn uit de hel opgestaan richting heerlijkheid en op een dag zullen wij het feestmaal eten in de laatste dagen. Almacht spreekt. Gods Woord is almachtig. Wij geloven het. En Hij stond op vanuit de dood in leven. "Wie Mijn woorden hoort en in Mij gelooft, ook al ware hij dood, toch zal hij leven. Wie leeft en in Mij gelooft, zal nooit sterven." Almacht...
Wij zijn zoals Noach, die voortbouwde aan de ark. Het wonderbaarlijke zal op een dag plaatsvinden wanneer de opname komt en Jezus komt. Wij zijn nu bij dat kruispunt. Wanneer u deze dingen ziet gebeuren, richt uw hoofd omhoog; uw verlossing is nabij. Almacht spreekt, en het wonderbaarlijke wordt gedaan. Hij zei: "Wij zijn bij de overgang, Vader. Ik moet bewijzen Wie U bent." En Hij richtte de doden op; Hij genas de zieken. Toen het uur tenslotte kwam dat Hij moest heengaan, wandelde Hij nederig naar het kruis en werd daar genageld, opgehangen; Hij was niet van de hemel; Hij werd door de hemel verworpen. Hij werd op aarde verworpen.
44 Nadat de mensen de tekenen en wonderen zagen die Hij gedaan had, bespotten ze Hem en scholden ze Hem uit; deze zondige, goddeloze wereld van zonde... Maar toen de oordelen hem optilden... de ark optilden, het oordeel dat uit water bestond, zo werd Jezus ook opgeheven toen Gods oordeel op Hem werd uitgegoten; Hij stierf in onze plaats en werd opgeheven. En de gelovige rust in Hem net zoals Noach in de ark. Laat het oordeel rondgaan; wat maakt het uit? Zeker. Wat... wat, zelfs de dood zelf heeft geen barrières, heeft geen smart. "Oh, dood, waar is je prikkel? Graf, waar is je overwinning?" Ik ben er nooit bevreesd voor om een begraafplaats voorbij te gaan. Ik kan de lofprijzingen van God uitroepen. Ik weet dat ik in Hem voor altijd levend ben. Zeker.
Almacht heeft gesproken. Het sprak tot mijn hart; het sprak tot uw hart. Het wonderbaarlijke werd gedaan. Ooit een kleine, lafhartige zondaar, misschien een ...?... Wat voor iemand u was, een dronkaard, of een sigarettenroker, of iemand die naar dansen ging en op zo'n manier tekeer ging. Almacht sprak en u ontving het en het wonderbaarlijke werd gedaan. En u bent van dood in leven overgegaan en hebt uw zondige wegen verlaten. Almacht sprak en het wonderbaarlijke werd gedaan. Zeker.
45 Er zitten deze ochtend mensen in deze gemeente die een paar jaar geleden door kanker gebonden waren, stervend. Er zijn er die hier zitten die kreupel waren, die verlamd en mank waren en zich voortsleepten. En Almacht sprak en het wonderlijke werd gedaan. Zeker en gewis. Wat is het teken? We zijn bij de overgang. Wij zijn nu bij het kruispunt. We staan op het punt om het millennium binnen te gaan.
Welnu, let op. Wij zijn naar boven bewogen. En toen zij het deden, toen zij Hem tussen de hemelen en de aarde hingen, toen kon de hemel Hem niet ontvangen. De zonde van de wereld lag op Hem. En de wereld verwierp Hem als hun koning. Er was geen plaats voor Hem overgelaten om te sterven. Hij kon niet in de hemel komen, omdat Hij de zonden van de wereld op Zich had. Hij werd gehaat en veracht en bespuwd en verworpen en door de aarde geweigerd. Maar Hij stond tussen hemelen en de aarde en overbrugde de weg. En elke man of vrouw die het verlangt, mag komen door die Bloedstroom uit Zijn zijde, naar de heerlijkheid. Almacht!
46 Wat gebeurde er? Tekenen en wonderen vonden plaats. Wat gebeurde er? De maan begon te huilen. De zon sloot haar ogen en begon te huilen. En ze kreeg zo'n smart, dat ze uitbarstingen had die op druppelend bloed leken. Beslist. Toen ze zag dat de Schepper van hemelen en aarde werd geweigerd door de aarde en met zoveel zonde beladen was dat Hij de hemel niet in kon gaan en stervende was als Middelaar tussen God en mens, die tussen hemel en aarde stond... De zon kon het niet verdragen en zei: "Ik zal niet meer schijnen", en trok zich terug.
De sterren zeiden: "Ik kan hier niet naar kijken." De aarde zei: "Ik kan het niet verdragen." En zij had een zenuwinstorting en braakte stenen omhoog vanuit de aarde. Toen vond het wonderbaarlijke plaats...?... Het was het einde van de weg. Zonde had geheerst tot aan het kruis, maar daar werd voor de zonde betaald. Oh, tjonge. De aarde schudde zo hard dat zij rotsblokken uit de grond wierp, en tegen de heuvels smeet. Ze schudde zelfs zo hard, dat de doden uit het graf opstonden. Van een zenuwinstorting gesproken... En de zon begon uitbarstingen te krijgen en doofde uit. Het wonderbaarlijke vond plaats. Halleluja! Dat gebeurt altijd bij de tijdsovergangen.
47 Kijk wat ermee samenging. En dat was alleen maar om hiervoor een voorbereiding te treffen. Zij eindigden in de donkere tijdperken, vijftienhonderd jaar. Ik wenste dat we tijd hadden, maar we moeten opschieten. Ik wil om twaalf uur stoppen.
En merk op. Bij... De donkere middeleeuwen doorkomend... Ik wenste dat wij tijd hadden om op die periode in te gaan, wat er gebeurde in de tijd van Wesley en Luther, dat zesde tijdperk waarin een verandering optrad, toen de gemeente bevrijd werd uit de donkerheid en opnieuw gebracht werd in het fantastische licht van het Evangelie. Tekenen en wonderen... Oh God, hoe mannen opstonden met Goddelijke genezing, en tekenen en wonderen vonden plaats. Het was tussen het offer en de tweede komst. En kijk wat er toen gebeurde. Toen John Wesley het Evangelie predikte, werd hij uit de kerken en dergelijke verstoten, totdat de mensen zelfs op de vloer vielen en zij water in hun gezicht uitgoten, niet wetend wat er met hen aan de hand was, flauwvallend onder de kracht van de Heilige Geest. Tekenen en wonderen en mirakelen en genezingen vonden plaats.
48 Welnu, broeder, zuster, luister. Wat gebeurt er nu? Wij zijn in de eindtijd. Wij gaan het millennium in. Elke wijzer geeft die richting aan. De oude klok is doorgetikt tot ongeveer twee minuten voor middernacht. Almacht spreekt. Engelen verschijnen. Profeten komen. Profeten die profeteren; visioenen worden uitgestort op de mensen van deze dag. Het Evangelie wordt gepredikt; de zieken staan op; de blinden zien; de doven horen; de duivels gaan wild tekeer; nabootsers, Jannes en Jambres zijn hier. Maar Almacht spreekt. Halleluja. Wij zijn in de laatste dag. Wij zijn bij de overgang.
De harten van de mensen bezwijken van vrees, verwarrende tijden, spanningen tussen de naties. De aarde wordt zo nerveus, dat zij overal aardbevingen uitbraakt. Jezus zei dat het op die wijze zou zijn. Er zullen aardbevingen in verscheidene plaatsen zijn. Wat is er aan de hand? De aarde weet dat ze verdoemd is. Zij is nerveus. De wereld is nerveus. Maar de gemeente gaat op in het Evangelie, verankerd in veiligheid. "Wie tot Mij komt, Ik zal hem op geen enkele wijze uitwerpen." Halleluja.
49 Tenzij een man uit water en Geest geboren is, zal hij het Koninkrijk niet binnengaan. In het Koninkrijk hebt u het zegel van Gods goedkeuring: de Heilige Geest is in uw hart. Laat de golven gaan waarheen zij maar willen. De tijden worden slechter. Almacht staat op. De nabootsers proberen te handelen op dezelfde wijze. En allerlei soorten dingen proberen zij te doen. En de Bijbel zei, dat die grote laatste nabootser daarginds op zou staan en zou zitten op zeven heuvelen; hij zou een drievoudige kroon dragen en hem zou kracht gegeven worden en hij zou kracht hebben, zelfs zoveel dat hij vuur uit de hemel naar beneden kan halen in de tegenwoordigheid van de mensen. Hij zou dat allemaal in de laatste dagen doen.
En hoe zij zouden opstaan en mensen zouden nabootsen, en buigen voor de graven van dode mensen en van alles, en op botten wrijven en dergelijke. Maar terwijl zij de beenderen wreven en voor hun heiligdommen bogen, sprak Almacht en het wonderbaarlijke vond plaats. Ze zeggen dat het allemaal nonsens is, toch groeit de gemeente. Grote genezingsopwekkingen overal door het land heen. Tekenen en wonderen gaan overal naartoe. Engelen verschijnen aan de mensen. Tekenen en wonderen zijn hier.
50 Wat is er, vrienden? Wij zijn in de eindtijd. Wij zijn bij de overgang. "Heft uw hoofd omhoog", zei Hij, "uw verlossing is nabij." Ziet u wat ik bedoel? Het is een overgang van de tijd. "En het zal geschieden", zegt God, "in de laatste dagen, dat Ik Mijn Geest zal uitstorten; uw zonen en dochters zullen profeteren." Profeten werden beloofd. "Uw jonge mannen zullen visioenen zien, en Ik zal wonderen in de hemelen boven tonen." Vliegende schotels en alles, grote verbijstering. En de aarde zal geschud worden met verschillende... grote aardbevingen zullen komen en grote vulkanen zullen uitbarsten en grote problemen en nood in de wereld. De naties zullen proberen vrede te vinden met het mes achter hun rug; zij zullen overal verontrust worden, al deze dingen. En de mensen zullen slechter en slechter worden. "En wanneer de vijand als een vloed binnenkomt, dan zal Ik een standaard ertegen oprichten." De Geest van God. De tijdsovergang, het einde van de weg.
Afrika is in beroering met grote genezingssamenkomsten, tekenen en wonderen verschijnen, overal rond de wereld, overal. Wat is het? De tijdsovergang, de eindtijd.
51 "Wagens zonder paarden die zich verdringen over de snelwegen." Al deze verschillende dingen die Hij zei: "De dochters van Sion, hoe zij zich kleden en wandelen", hoe homoseksuelen en verschillende dingen zouden verschijnen. Hoe perversies... Mensen zouden overgeleverd worden aan sterke dwalingen en al zulke dingen, hoe ze koppig zouden zijn, het hoog in hun bol hebben, liefhebbers van plezier meer dan liefhebbers van God, verbondsbrekers, valse aanklagers. En één dezer dagen, mijn geliefde broeder, zal Jezus komen. En degenen die zo tekeer gaan tegen wat zij vandaag de dag fanatisme noemen, om te geloven in het ouderwetse Evangelie van Christus en het spreken van de Almacht en van het plaatsvinden van wonderbaarlijke dingen... Hij zei: "Deze tekenen zullen hen volgen die geloven. In Mijn Naam zullen zij duivelen uitwerpen, met nieuwe tongen spreken, of slangen opnemen, of dodelijke dingen drinken en het zou hun geen kwaad berokkenen. Als zij hun handen op de zieken leggen, zullen zij herstellen. Deze dingen die Ik deed zult u ook doen; Ik zal altijd bij u zijn, zelfs tot het einde toe. Wanneer deze dingen beginnen te gebeuren, heft uw hoofd omhoog, uw verlossing genaakt."
52 Ziet u, vrienden? Net zoals het was in de dagen van Noach, bij de komst van de Zoon des mensen, zo is het in de dagen van de bevrijding van Israël. Zo is het de Zoon des mensen aan het kruis. Zo zijn wij bij de tijdsovergang. God toont altijd het wonderbaarlijke, doet grote tekenen en wonderen: geneest de zieken, laat de doden opstaan, werpt duivelen uit, grote opwekkingsgeesten, tekenen in de hemel en op aarde, spanningen tussen naties. Wij zijn bij de tijdsovergang.
Wat is het volgende? Jezus Christus zal opnieuw de tweede keer in heerlijkheid komen om al diegenen te ontvangen die dood in Christus zijn en levend in God. God zal iedereen bij Hem brengen. En de zachtmoedigen zullen de aarde beërven en het geweldige millennium zal aanvangen en er zal nooit meer oorlog zijn. Zij zullen hun wapens op een hoop gooien en hun... hun speren omsmelten in hooivorken en ploegscharen enzovoort; en de ene natie zal nooit meer het zwaard tegen de andere natie opnemen en ook zal er nooit meer ziekte zijn, zal er nooit meer moeite zijn, zal er nooit meer hartzeer zijn, maar daar zullen wij leven in Zijn tegenwoordigheid hier voor eeuwig en voor altijd. En met al deze tekenen en dingen zijn wij bij de overgangstijd. Wij zijn aan het einde van de weg.
53 Ik ben zo blij vandaag dat ik weet dat ik mijn ziel verankerd heb in Christus Jezus, in een haven van rust. Ik ben zo blij om God in Zijn heilig Woord te zien, terwijl Hij tekenen en wonderen verricht en geeft dat ik weet dat ik vandaag, voor mijn kleine gemeente hier, kan zeggen, net zoals ik het eerder zei toen ik uitging: "U zult de grote, edele kracht van de almachtige God zien in die almachtige, wonderbaarlijke kracht, die het buitengewoon overvloedige zal doen, boven alles wat wij ooit gedacht of geloofd hebben, wat precies nu voor de deur staat en u ziet het bewezen, precies hier binnen uw eigen kerkdeur." Dus mijn lieflijke, kleine vrienden, stel Christus nooit teleur. U leeft voor Hem, door het kruis. Hef uw hart op en houd heilige handen tot God opgeheven. En als de gemeente iets deze richting begint op te gaan, die richting, of mensen praten en zeggen dit, besteed er helemaal geen aandacht aan. Houd uw hart alleen op het kruis gericht en op Christus en leef voor Hem. Moge God het u toestaan. Wij zijn bij de overgang, het kruispunt van wegen.
Zullen wij onze hoofden een ogenblik buigen voor een woord van gebed. Ik vraag me af of de zuster dit prachtige, oude lied zou willen spelen: "Mijn geloof ziet op naar U." Honderdnegenentachtig... vierentachtig.
54 Terwijl wij in gebed zijn, vraag ik me af, terwijl uw hoofden gebogen zijn... Wij zijn bij de overgang, vriend. We zijn er. Al deze dingen, deze seksuele afwijking tussen vrouwen en mannen, deze grote nood die u ziet. Wat betekent het? Ik heb het door de Bijbel bewezen, het is elke keer bij de tijdsovergang geweest, nooit vóór de tijdsovergang, altijd in de tijdsovergang. Net voordat... Kijk hoe de mensen nu afgedwaald zijn, zij zijn afgedwaald in theologie, en "de dagen van wonderen zijn voorbij." Ziet u dat zij het in elk ander tijdperk deden?
Maar net voor de tijd van de verandering, kwam God naar beneden in almacht en deed het wonderbaarlijke. Dat is de reden waarom mensen de dingen over mij zeggen die zij doen. Dat is de reden dat zij praten over alle Christenen die dat geloven. Maar ziet u wat er met hen die geloofden gebeurde daarginds? Zij waren veilig. Abraham was zo veilig als hij maar kon zijn (Amen), datzelfde gold ook voor Mozes. Geen plagen vielen hem of Israël lastig. Ook raakte het Noach niet. Henoch werd opgenomen voordat het ooit gebeurde, en stond op de balustraden der heerlijkheid, terwijl hij toezag hoe het eraan toe ging.
55 Als u hier vanochtend zonder Christus bent en u weet dat uw ziel niet in orde is, terwijl u uw hoofden gebogen heeft, zou ik willen dat u aan God... Ik weet niet wanneer ik ooit weer met u zal spreken. Maar wij zijn bij de tijdsovergang. Als u in gebed voor God gedacht wilt worden, zou u dan nu uw hand tot Hem omhoog willen heffen? God zegene u meneer. God zegene u meneer. U, u, ja. God zegene u. Velen van u, dozijnen handen.
Nu, terwijl u uw hoofd gebogen houdt, willen wij dat de gemeente dit zachtjes neuriet. Als u wilt, wij hebben een open altaar hier. Kom en spreek met mij een woord van gebed tot God voor uw ziel. Ik zal het graag doen, om met u te bidden.
Mijn geloof ziet op tot U, (Niets anders dan U),
U, Lam van Calvarie,
Goddelijke Redder,
Hoor mij nu terwijl ik bid,
Neem al mijn zonde weg,
Oh, laat mij van deze dag af aan,
Geheel de Uwe zijn.
Moge Uw rijke genade...
(Bent u aan het bidden, vraagt u Hem om u genadig te zijn? Bekeer u, zondaar vriend, precies nu en geef Hem uw leven.)
... mijn ijver inspireren,
Omdat U voor mij gestorven bent,
Oh, moge mijn liefde tot U,
Puur, warm en onveranderlijk zijn,
Een levend vuur!
56 Terwijl zij nog een vers aanslaat, laat ons nu in gebed zijn. Hemelse Vader, wij zijn niet veel om mee te beginnen, Here. Wij kwamen enkel hier, omdat U ons in bestaan hebt gesproken. U voedde ons en bewaarde ons. Wij die U aangenomen hebben, zijn erg dankbaar, Here, dit te weten dat wij op een dag veranderd zullen gaan worden. Dit oude vuile, vernederde lichaam waar wij in leven zal veranderd worden en bekleed en gemaakt worden als Uw lichaam. Wij rusten veilig in deze ark. En door Uw Woord deze ochtend, door de Heilige Geest, is het dat Hij aan de mensen de wegwijzer gebracht heeft. Wij zijn bij het einde, de verandering. Tekenen en wonderen verschijnen, geweldige dingen gebeuren er. Wij weten, Here, dat wij bij het einde zijn. Dat is de reden dat deze dingen hier zijn. Op elk moment zullen we de komst van de Here kunnen zien.
En God, ik bid; terwijl U de harten van de mensen kent, geef ik hun dit aanbod, deze uitnodiging. Zij kunnen komen, Here, het nu aannemen. U zei: "Wie tot Mij komt, zal Ik op geen enkele wijze uitwerpen. Wie Mijn Woorden hoort en Hem gelooft die Mij gezonden heeft, heeft eeuwig leven en zal niet in het oordeel komen, maar is al overgegaan in eeuwig leven."
57 Ik bid Vader, dat U zult handelen met de harten van de mensen, vandaag. Niet om te proberen hen over te halen, ik geloof dat de dag daarvan voorbij is. Enkel de weinigen die U hebt overgelaten, Here, moeten op nuchtere wijze komen, gezond, op hun belijdenis, gelovend, Christus accepterend en opeisend dat God tot hun harten is gekomen en gesproken heeft. Ik bid, God, als U eerder aan harten geklopt hebt, dat dit vandaag opnieuw de klop zal zijn; als het de laatste is, geef het, Vader. Uw Woord is de waarheid. Wij bieden het U nu aan, Here, dat de Heilige Geest nu aan elk hart zal werken terwijl wij het laatste vers zingen.
Met uw hoofden gebogen, als u naar het altaar wenst te komen om te bidden, zondaarvriend, kom dan nu naar voren als u Christus aanneemt. Of u die teruggevallen bent, kom nu meteen en kom bij het altaar staan. Wij zullen ook met u bidden. In orde.
Als ik 's levens donkere doolhof betreed (dat is wat u doet),
En smarten zich over mij verspreiden (dood, ziekte),
Weest U mijn gids; (Oh God)
Gebied dat de duisternis in daglicht verandert,
Veeg de tranen van verdriet weg,
Laat mij ook nooit afdwalen
Van Uw zijde.
58 Terwijl uw hoofden gebogen zijn... Broeder Wood, ik wil dat u uw hoofd een moment omhoog heft. Broeder Cox, u in het gebouw, broeder Fleeman, ik wil dat u uw hoofd opheft, alleen u mensen. Ziet u wat ik u verteld heb? "Waarlijk, waarlijk, Ik zeg u dat een profeet in zijn eigen land onder zijn eigen mensen..."
Welnu, vriendelijke, hemelse Vader, wij bieden U deze boodschap aan, Here, de zaden die diep in de harten van de mensen gezaaid zijn, dat op de één of andere glorieuze dag Jezus zal komen en al de heiligen zal vinden (die Hij ook zal vinden), dat iedereen opgenomen zal worden en naar de heerlijkheid zal worden meegenomen. Wat een dag van verheuging zal dat zijn wanneer Jezus, onze Here, terugkeert. Wij realiseren ons dat wij zo dankbaar zijn dat we in deze dag leven. En God, ik bekeer me van alles waarvan ik weet dat wij niet van onszelf zouden kunnen leven, Here, maar wij zijn... wij zijn zondaren om mee te beginnen. En dagelijks vertrouw ik op U, wetend dat ik dagelijks zondig, wetend dat dagelijks dingen met mij gebeuren en in mijn leven, die U niet zouden behagen. Welnu, ik belijd mijn kwaad en neem U aan, mijn Here, terwijl mijn eigen ziel bij het altaar van deze kleine tabernakel ligt deze morgen, terwijl ik mij hier verootmoedig, Here.
59 Oh God, ik heb U in het verleden met die Goddelijke gaven tekort gedaan, zoals U het daarginds op een avond op zo'n wonderlijke wijze getoond hebt. En het spijt me. Ik bekeerde me tot U in het visioen en nu met mijn gezonde... in deze dimensie waar ik nu in leef, bekeer ik mij tot U, mijn Here, en vraag dat U mij zult vergeven en mij zult helpen, en door Uw genade hebt U mij al verteld dat deze dingen zouden gaan plaatsvinden in de toekomst nu. Wetend dat zij zullen gebeuren; daarom, Here, vraag ik dat U mijn ziel en mijn hart zult heiligen terwijl ik het aan U overgeef.
Oh God, schud niet alleen de aarde, maar ook de hemelen opnieuw, Here, laten we naar de velden daarginds gaan waar miljoenen aan het wachten zijn, Here, die hongeren en dorsten en roepen en smeken, en naar de heidenen die in duisternis sterven. Oh God, schud deze grote, overspelige natie Amerika, die gevallen is in onzin en in een modern Sodom en Gomorra. "Oh, gij morgenster, hoe is het gekomen dat gij gevallen zijt. Gij liep goed. Wat is er met u gebeurd?" Maar: "Oh, Jeruzalem, Jeruzalem, hoe dikwijls heb Ik over u willen broeden."
60 En zo is het met Amerika vandaag de dag, terwijl de Heilige Geest het in mijn hart uitroept: "Hoe dikwijls heb Ik u een brandende toorts voor de naties en de wereld willen maken, maar u hebt Hollywood geaccepteerd. U hebt de trend van de wereld aangenomen. En nu bent u overgegeven aan een Jambres en Jannes en hoe u... hoe uw dag is gekomen. Hoe hebben machtige mannen de landen doorkruist. Hoe hebben zij het uitgekamd om te pakken wat ze konden pakken. Welnu, u trekt erbij weg en wordt overgelaten aan de andere naties."
Oh God, zij zit in de as van haar eigen puinhoop. Zij zit op haar eigen zeepbel van glamour. En op de één of andere heerlijke dag zal de Zoon van God in Zijn heilige gerechtigheid vanuit de hemel geopenbaard worden. Hoe zullen we dan standhouden? Oh God, sta vandaag toe dat onze harten in U gegrondvest worden. Vergeef ons onze vele zonden.
61 En Vader, zegen deze predikers die hier deze morgen zijn, Evangeliepredikers. Oh God, mogen zij vandaag uitgaan met deze boodschap op hun harten, en zeggen: "Ik zie nu de eindtijd, de wegwijzers, en ik weet dat wij bij de tijdsovergang zijn aangeland en dat is de reden van al wat hier gaande is. Ik vroeg mij af waarom mijn hart zo aangeraakt was deze laatste paar jaren." Ja, Here. Ja, Here. Mogen zij het zien. Mogen hun ogen geopend worden, zodat ze hier rondkijken en zeggen: "Ja, hier is het. Ik zie dat al deze boze dingen tekenen zijn. Zij zijn bovennatuurlijke tekenen van de vijand." Tjonge, hij doet grote wonderen. Hij doet geweldige dingen, zodanig dat hij vuur vanuit de hemel laat vallen. Ja, zij hebben satellieten helemaal rond de aarde, en... en het zijn natuurlijke dingen, de vijand die tekenen van vuur en van al het andere teweegbrengt. De valse manen en valse zonnen en al dergelijke dingen.
62 Maar God, U zei dat daarboven ook tekenen zouden zijn, die zij niet zouden begrijpen. En wij leven om het te zien. Ik ben zo dankbaar, Here, zo dankbaar voor Christus. En ik bid dat U zult... door Uw nederige dienstknecht; met tranen van berouw op mijn wangen, God, geef ik mijn leven vandaag weer opnieuw aan U. Wilt U mij helpen, dierbare God, om nederig te blijven en houd nederige mensen om mij heen die U willen dienen, dierbare God, die het werk van God willen doen, Jezus, totdat U mij door de dood vrijmaakt van deze vernederde tabernakel. En dan, Vader, wil ik bij U zijn.
Zegen deze dierbare, kleine gemeente. God, zegen onze geliefde herder hier, onze broeder Neville, onze dierbare, geliefde vriend, die hier staat of het nu koud of heet is, of het makkelijk of moeilijk gaat en nog steeds maakt hij aanspraak op dit onvervalste Evangelie van de Here Jezus Christus. God, zegen hem en zijn kleine vrouw en kinderen. O God, moge hij het Evangelie in de harten van de mensen branden totdat Jezus komt. Zegen hem, God. Geef hem grote kracht. Wij houden van hem en weten dat hij een nederige man is en voor U werkt. En ik ben dankbaar voor hem, Here, dat ik hem hier achter kan laten met deze kleine... deze kleine schaapskudde hier, die ik hier ooit had. En God, ik bid enkel dat U hem zult helpen om vele andere schapen naar binnen te brengen tot de kudde. Sta het toe.
63 Doe dat voor elke prediker die aanwezig is en niet alleen hier, Here, maar overal in de wereld, want wij weten dat de dag een dag van noden is; de tekenen zijn hier; de duivel is tekeer gegaan als een briesende leeuw met het vals beschuldigen en met nabootsingen, en... Maar God, U richt een standaard ertegen op door de Heilige Geest. En wij zijn dankbaar.
Welnu, zegen ons samen. En vandaag, Vader, terwijl wij voor de zieken gaan bidden, moge U elke prediker hierbinnen opnieuw zalven. Sta het toe, Here. En moge elke gelovige hierbinnen gezalfd worden en elk ziek persoon gezalfd. En moge, wanneer wij hier weggaan... moge elk persoon volledig gezond gemaakt zijn, en moge de glorie van God over onze zielen zijn, omdat wij het bidden in Jezus' Naam. Amen.
64
Mijn geloof ziet naar U op,
U, Lam van Calvarie
Oh, Goddelijke... (Laten we onze handen opheffen terwijl we zingen.) Redder,
Welnu, hoor mij terwijl ik bid,
Neem al mijn zonden weg,
Oh laat mij van deze dag af aan,
Geheel de Uwe zijn!
Langzaam nu: "Blijf bij mij", terwijl onze hoofden gebogen zijn, terwijl wij alle dingen aan U opdragen, onszelf, ons leven, onze dienst. Gebruik ons allen, Here. Moge iedereen vandaag geïnspireerd weggaan. Moge dit een dag zijn die wij ons nog lang zullen herinneren vanwege de Heilige Geest die met ons is en die ons zegent.
Welnu, geef de zieken, Here, wat ze nodig hebben, vandaag. Sta het toe, Here. Wees genadig, Vader. Doe dit omwille van Christus, bidden wij.
En nu, grote Leraar, U leerde ons allemaal op een dag. U leerde het Uw discipelen als een voorbeeld voor ons allen. U zei: "Bid op deze wijze:
Onze Vader, Die in de hemelen zijt, Uw Naam worde geheiligd.
Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, op aarde, zowel als in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood
En vergeef ons onze overtredingen, zoals wij ook hen vergeven die tegen ons overtreden.
En leidt ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze.
Want van U is het Koninkrijk, en de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid. Amen."
65 "Geloven alleen", als u wilt, zuster. Voor hoevelen moet er gebeden worden, zouden we uw handen kunnen zien, van diegenen die voor zich willen laten bidden? Ik vraag mij af of u aan de rechterkant hier zoveel mogelijk op één rij kunt gaan staan. En dan, als u aan deze kant, in het middelste gangpad in de rij wil gaan staan, hier, zo mogelijk. Diegenen vanuit dit gangpad, kom op één rij aan deze kant staan en degenen van het middelste gangpad hier. In orde. Laten we nu zingen.
Geloven alleen, geloven alleen,
Alles is mogelijk, geloven alleen;
Geloven alleen, geloven alleen,
Alles is mogelijk, geloven alleen.
Hoevelen zijn er ooit eerder in een samenkomst in een genezingsdienst geweest? Laat mij uw handen zien! Allemaal. Oh, tjonge. Almacht, het wonderbaarlijke... Ik vraag me af, ik... Er komt iets tot me, het verandert precies nu mijn gedachten over iets. Ik zie dat de gebedsrij ons waarschijnlijk tot drie uur bezighoudt voordat u hier allen weg bent.
Waar is broeder Tom Meredith? Is hij nog steeds hier? Broeder Junior Jackson, deze andere predikers... U predikers, Evangeliepredikers die in Goddelijke genezing gelooft, kom gewoon even hierheen.
... geloven alleen.
Geloven alleen, geloven alleen,
Alles is mogelijk, geloven alleen;
Geloven alleen, geloven alleen,
Alles is mogelijk geloven alleen.
66 Even een ogenblik; ik wil u iets vragen. Want broeder Cox en velen van u hier weten dat in dit deel van de week... ik vertelde u dat ik vanochtend hier geen genezingsdienst wilde hebben. Maar ik had een paar vrienden die mij gebeld hebben, maar ter ere waarvan? Broeder Hall hield een opwekking, een genezingsdienst bij broeder Durbin, en broeder Hall... en dus maakte ik afgelopen week een aankondiging over zijn diensten. Dat is de reden dat ik die aankondiging deed, omdat hij onze broeder is en samenkomsten houdt. En tjonge... Tjonge, broeder Hall, bent u dat, broeder Hall? Broeder Hall is bij ons. In orde.
Broeder Hall, sluit u vanavond af bij broeder Ashton? Bij broeder Durbin, aan de andere zijde van de rivier. Zij hebben genezingsdiensten. Ik ken broeder Hall, een fijne broeder, een gezalfde dienstknecht van de Here.
67 Ik vraag me af, broeder Hall, gaat... als het niet uit de orde zou zijn om samen te werken, zou u vanmorgen ons willen bijstaan om te bidden voor de zieken, zou u het willen doen? Ik zou niet graag een prediker weerhouden die daarvoor bidt... Zou u hier willen gaan staan en met uw tegenwoordigheid hier met ons voor de zieken bidden. Laten we zeggen: "Dank de Here voor broeder Hall." Hij heeft een samenkomst daarginds bij broeder Durbin deze week, velen van u hebben deze ongetwijfeld bijgewoond. Ik leerde broeder Hall lief te hebben toen hij hier de vorige keer was. En dan heeft hij ook nog eens zoveel succes. De Here gaf hem enorm succes in het bidden voor de zieken. En ik geloof dat hij al aardig lang daarmee bezig is, te bidden voor de zieken. En...
Broeder Hall, zou u een woord tot de mensen willen spreken, hebt u iets in gedachten? In orde. Wij hadden een goede samenkomst deze week, broeder Hall? Wij zijn zo blij dat u hier bent.
68 En nu voor u zieke mensen... niet alleen dat, deze predikers hier. Wij staan allemaal op één lijn als een fort, gelovend in almacht. Wij geloven dat God, de Almachtige, in deze laatste dagen wonderen volvoerd heeft en de zieken en de lijdenden genezen heeft. En wij zien dat Zijn alomtegenwoordigheid precies doet wat Hij zei dat Hij zou doen. Wij zijn hier om deze ochtend voor u te bidden. En ik geloof dat God het zal doen. En even een ogenblik...
Broeder Jack Oakey is hier van het 'Opwekkingscentrum'? Tjonge, wij zijn blij om u te hebben, broeder Jack Oakey, waar u ook maar bent. Mijn broeder kwam mij zojuist vertellen over een zekere broeder Jack Oakey, bent u in het gebouw, en wilt u, welnu komt u hierboven bij ons, broeder Oakey, waar u ook bent. En andere predikers, wel, wij zijn blij u te hebben. Als u in genezing gelooft, kom hier. Dit is onze taak om deze dingen te doen en te bidden voor de zieken en de lijdenden. Dat is geweldig fijn.
69 Broeder Oakey zal... Is dat broeder Oakey die hier staat, Opey... Oakey, ik ben zo... ?... Wat zegt u? In orde. U evangelisten... Velen van u zijn fijne predikerbroeders. Ze zijn helemaal hier naar boven gekomen: vriendschap. Oh, dat is wonderbaar. Kom maar hierheen. Wat is uw naam, broeder? Broeder Jack Arkey. Wij zijn blij om u bij ons te hebben, broeder Jack. Welnu, dat is fijn en...?... U kunt allemaal elkanders handen schudden, terwijl u hier naartoe komt en met elkaar kennismaakt.
En nu zijn wij...?... voor ons deze ochtend, om voor deze mensen te bidden. Er zijn sommigen van hen in een stervende toestand. Een dame die precies daarachter staat, met de witte hoed op, zij heeft kanker. Er staat een man hier voor mij die kanker heeft. En er zijn vele... vele verschillende dingen. Hier ligt een dame met een gebroken enkel die niet geneest. Wij hebben, oh, vele, vele gevallen hier: een dame die hier zit met artritis, in een rolstoel. Zij gelooft dat God haar gezond zal laten worden. Wij geloven dat ook.
70 Welnu, broeders, het enige wat wij kunnen doen is bidden. Is dat juist? Alleen bidden. Ik ben een beetje te zwak vandaag om in visioenen te gaan. Ziet u, ik heb werkelijk... ik heb hard gepredikt.
Dus nu, laten we onze hoofden buigen en ik zal de broeders gaan vragen... dat iedereen zal komen en een plaats zal innemen precies hier vooraan, zodat wij voor deze zieken kunnen bidden. Ik zal dadelijk met u naar beneden komen en wij zullen voor de zieken gaan bidden en de anderen laten langskomen en voor iedereen bidden en ieder van ons legt handen op de zieken en gelooft dat God gezond gaat maken. Gelooft u het, broeder Hall, gelooft u dat met uw gehele hart? In orde. Het zal gaan gebeuren.
Laten we nu, als u wilt, mijn broeders, naar beneden gaan, daar naast de stretcher. Als jullie nu daarlangs een kleine gebedsrij willen maken. Ik zal hier beneden beginnen. Wij zullen bidden. En wij willen dat heel de gemeente met ons meedoet, wilt u het doen, vrienden, terwijl we voor deze zieken bidden?
71 Welnu, jullie mensen, hier zijn fijne evangelisten en er zijn predikers van genezingscampagnes om deze ochtend met u te bidden. En wij zijn blij om nu tot de bediening te komen om voor de zieken te bidden. Laten we nog eenmaal bidden.
Vader, in Jezus' Naam, ontvang ons nu. Wij vragen de Heilige Geest om over ons te komen en om ons te zegenen en om ons te geven datgene waar wij vandaag om vragen. Moge deze geweldige, almachtige kracht van God juist nu over ons bewegen, en moge de Shekina heerlijkheid, oh God, die verbleef onder de ineengevouwen vleugels van de Cherubim, nu komen onder de ineengevouwen armen van het kruis, en op ons komen vandaag, Here, om genezen te worden...?... de kracht van God verwachtende. Wij bidden de mensen de zegeningen toe. Moge niet één, niet één ontbreken, maar moge iedereen genezen worden in Jezus Christus' Naam. Amen.
72 Welnu, broeder Neville, als u de olie neemt, kom hier aan de rand van de plaats staan, terwijl wij starten... En laten we eerst bidden voor de dame op het veldbed en dan zo de rij af gaan. En dan doen wij een stap terug en dan laten we de anderen er doorheen komen. In orde. De Here zegene nu. Iedereen nu in gebed, wees nu in gebed. In orde, broeders. Laten we bidden voor haar genezing. [Broeder Branham stapt weg van de microfoon en hij en de andere predikers bidden voor de zieken – Vert]
Onze hemelse Vader, onze zuster ligt...?... die hier ligt, zij zal op dit bed blijven voor de rest van haar leven. Maar wij geloven vandaag, Vader, terwijl zij hier naartoe is gekomen om voor gebeden te worden. Dan deze Uw broeders, die U geloven voor de...?... bevrijding voor haar...?... Wij bidden nederig, nu dat zij genezen zal zijn, dat U deze... deze toestand van haar weg zult nemen. Voorzie in de calcium voor die voet, haar been, of wat er gebroken is. Ik bid dat zij gezond gemaakt zal worden en dan zij in staat zal zijn om rond te wandelen en God te verheerlijken. Met de handen op haar vragen wij deze zegening in Jezus Christus' Naam. Amen.
73 Vader God, terwijl wij hier bij het altaar staan deze morgen, en deze, onze gekleurde zuster... Wetend dat op een dag terwijl Jezus het kruis naar boven naar Calvarie droeg, naar Golgotha, dat Hij viel onder het gewicht van het kruis en daar kwam een gekleurde man langs die het naar boven droeg. Hij deed er erg lang over, wandelend in de bloedige voetafdrukken van zijn Here. Hier zit één van zijn dochters vandaag, Here, die getroffen is en ziek, die hier vandaag in deze stoel zit. En zij zou hier haar hele leven in blijven, als Gij niet genade zou hebben, Here, voorbij de dokter. Maar ze zou nooit...?... En wij bidden in Jezus' Naam dat uw been genezen mag worden. En moge zij lopen en helemaal beter gemaakt worden, in Jezus Christus' Naam. Amen.
[Broeder Branham loopt van de microfoon vandaan, en hij en de andere predikers bidden voor de zieken een minuut of zestien. De band voor de rest van de gebedsrij is veelal onverstaanbaar – Vert]
74 [Broeder Branham komt terug naar de microfoon toe – Vert]
Dierbare, geliefde vriend, in de Naam... Wacht, hier is een dame die komt voor gebed. Kom meteen hier naartoe. [Broeder Branham loopt van de microfoon vandaan en bidt voor de dame – Vert] U broeders... Onze dierbare, hemelse Vader, wij leggen handen op onze zuster...?... En wij zijn zo dankbaar om haar beter te zien worden. Moge haar geloof niet weifelen en moge zij volledig gezond gemaakt worden...?... Here...?... Halleluja...?...
Welnu, broeder, wij hebben gedaan wat de Here zei, is dat juist? Wij zijn blij dat we onze bezoekende predikerbroeders bij ons hebben; zijn wij vrienden, zeg dan: "Amen.", jullie allen die... [Samenkomst zegt: "Amen." – Vert] Wij heten jullie hier zeker ook welkom, mijn dierbare broeders, om bij ons te zijn. En vandaag zijn we van plan om op tijd te stoppen. Wij zijn blij dat u hier bent geweest.
75 En mijn broeders, ik bid constant voor u. Bidt u voor mij waar u ook heengaat en bidt nu, wanneer ik weer naar buiten, naar de velden trek. En mogen onze wegen elkaar keer na keer weer kruisen.
Onze kleine broeder Oakey, ik heb hem ontmoet; ik kan mij zijn geliefden herinneren daarginds in... in Californië. Is dat dokter Oakey daar...?... Oh, de andere Oakey, ja. En ik... en ik weet dat er een heleboel Oakeys buiten zijn, maar ik wist gewoon niet welke...?... Ik ken een dokter Oakey, de tandarts, weet u en dus... En dus... Bent u ook familie van hem? Uw neef, welnu, dat is machtig mooi, fijne man.
76 Welnu, wat hebben we met u mensen hier gedaan? Hier komt het antwoord. Wij zouden hier niet staan en handen op de zieken leggen, tenzij wij het zouden geloven. Wij hebben de mensen de halve dag hier in deze gehoorzaal zien zitten en daar zijn mensen met kanker, blinden, kreupelen geweest. Laat me enkel iets aan u vreemdelingen hier laten zien. Hoevelen hier zijn genezen op die manier door God, laat me uw handen omhoog zien gaan? Die blind waren, kankergevallen en van alles. Ziet u? Hij... Hij zal voor u hetzelfde doen. Ziet u.
Dit is de reden waarom wij het doen: Wij geloven in ons gebed. En nu ter afsluiting, voordat wij de dienst overdragen aan onze broeder Neville, denk aan de diensten vanavond.
En vanavond, als daar iemand is... of ... als u weet van geliefden die niet binnenkwamen om voor gebeden te worden, broeder Hall hier, is bij broeder Durbin en dat zal zijn bij... Wat is het adres, broeder? [Een broeder geeft het adres – Vert] Wat? Zeventiende Market in Louisville, waar zij een genezingscampagne zullen hebben. En dat was de werkelijke reden dat ik terughoudend was over het hebben van een samenkomst. Ik vind het niet fijn om naar een plaats te gaan waar iemand een genezingscampagne houdt en dat dan iemand anders er ook eentje begint. En dat is de reden dat ik dat zei over het niet... over de diensten deze ochtend, het was ter eerbiediging van broeder Hall bij broeder Durbin. Omdat zij beiden erg dierbare vrienden van mij zijn. En wij willen geen genezingscampagne hier aan de gang hebben, terwijl broeder Hall er ook eentje daarginds heeft. Ik ben daar zeker van. En dus, wij houden van hem.
77 En nu, broeder Oakey, waar bent u, broeder? [De broeder geeft het adres door – Vert] 4030 West-Market. Is die andere broeder daar bij u? Zijn jullie samen? In orde. Welnu, dat is bij 3040... 4030, 4030 West Market, Louisville, een andere campagne. En dus, hoelang zult u daar gaan zijn, broeder Oakey? Deze hele volgende week. Dat is fijn. Nu, u allen hebt het, 4030 West-Market. Goed. Dat is fijn.
Welnu, is de... Ik heb nog een paar predikers gezien. Deze broeder hier, hebt u een campagne ergens gaand, meneer? Nee. Nou, dat is erg goed. Dat is fijn. En deze broeder hier is een prediker voor de Joden, geloof ik... Een prediker voor de Joden, ik dacht dat hij in New Albany woont. En dus zij we erg blij dat... Heb ik er één gemist? Is daar nog iemand anders ergens? Ik hoop van niet. Het is niet mijn bedoeling er één te missen. Natuurlijk broeder Junior Jackson, u weet waar hij in New Albany zit. Broeder Tony Meredith heeft een radio-uitzending. Heeft u een gemeente, broeder Meredith? Geen gemeente, alleen een radio-uitzending. Hij kondigde het een paar minuten geleden aan. En broeder Neville heeft een dienst hier, omdat u mensen hier in de buurt bent voor vanavond. En voor deze aanstaande woensdag en door de week heen, en zijn... zijn diensten... zijn radio-uitzending is op zaterdagochtend.
78 In orde. Als iedereen zich goed voelt, zeg: "Amen." [Samenkomst zegt: "Amen." – Vert] In orde dan. Wilt u niet met deze geweldige, blije groep predikers samenkomen om het Evangelie te prediken en ook om voor de zieken te bidden? God moge het u toestaan, vrienden.
De jonge man daar, die onlangs uit een autowrak werd geslingerd, had een stuk verwrongen staal dat helemaal door zijn zijde sloeg en door hem heen ging en aan de andere zij eruit stak. Een lieve, biddende moeder, God spaarde hem voor een doel. Sinds zij het mij verteld had, dacht ik... Vanmorgen ontmoette ik hem toen ik in de hal kwam. Hij gaf mij een hand. Ik zei: "Ben jij niet die jongen?"
Hij zei: "Ja meneer."
Hij kreeg een roeping voor de bediening, God zij hem genadig. Welnu, mij broeder en...?... Gewoon een jonge man die daar zat met een bruine jas aan... Moge God toestaan dat hij een vlammend licht zal worden, terwijl wij bij het kruispunt zijn en het Evangelie prediken, het volle Evangelie prediken, het hele Woord van God prediken en voor niets compromissen sluiten, daar precies op de post van plicht staan. God zal een grote strijder van hem maken.
79 Welnu, laten we nog een laatste gebed bidden voor de zieken. Welnu, hemelse Vader, wij danken U ook voor deze jongeman deze ochtend, Here. En terwijl hij hier deze ochtend zit te luisteren naar het Woord en terwijl we deze predikers met hun harten in vuur zien staan, terwijl ze handen op de zieken legden, wil ik U nu vragen... Het getuigenis daar ziende, mensen die hun handen opheffen die van een kanker zijn genezen en van blindheid en doven en stommen en kreupelen, het is... het is een uitdaging.
En wij kijken naar beneden naar dit gezegende, oude Woord en het zei dat deze dagen hier zouden zijn. En hier staan wij; wij zien de almachtige God met Zijn arm uitgestrekt en tekenen en wonderen geschieden. Wij horen het geluid van een overvloed aan regen in de lucht. Wij weten dat wij in de geweldige dag van de laatste regen zijn, wanneer Satan gebonden zal worden en in het vuur geworpen, gebonden met een keten van omstandigheden waar hij niet uit kan komen en hij de natiën niet meer kan misleiden, en een regering van duizend jaar millennium zal er op aarde plaatshebben, terwijl wij onze Here Jezus zullen verheerlijken en Hem zullen aanbidden, en Hem kronen als Koning der koningen, de Here der heren.
80 En deze oude, zondige aarde zal één dezer dagen openbarsten, wanneer de atoomkrachten los worden gelaten en de waterstoffen zullen... en elke zee en de wateren zullen... de zee zal huilen totdat zij droog is. Oh God, en de zon zal nalaten te schijnen en de maan zal haar licht niet laten zien en de sterren des hemels zullen vallen als een... een ontijdige vijgenboom wanneer zij door een machtige wind geschud zal worden; en de mensen zullen tot de rotsen roepen en tot de bergen, en tot wat zal dit kleine licht uitgroeien. Dan zullen de doden in Christus opstaan. Oh, wat een paradijs. Een natie zal niet meer het zwaard tegen een andere natie opnemen. Noch zullen wij ooit meer een gebedsrij voor de zieken hebben. Vandaag is de dag van verlossing.
Vader, wij brachten deze mensen tot U en wij hebben U in Jezus' Naam gevraagd... U zei dit: "Vraag de Vader iets in Mijn Naam; het zal gebeuren." Welnu, wij... Het is niet ons gebed waar wij geloof in hebben. Het is Zijn bede waar wij geloof in hebben. "Vraag de Vader iets in Mijn Naam; Ik zal het doen."
81 Welnu, Satan, jij die zo slecht bent geweest en deze mensen hebt gebonden en velen van hen met de dood hebt gemerkt en hen kreupel hebt gemaakt en hen hebt blindgemaakt en hun allerlei soorten kwaad hebt aangedaan; jij bent verslagen. Jij bent verslagen, omdat wij gedaan hebben wat Jezus zei. Daarom kijkt ons geloof nu en zegt tegen jou: "Verlaat de mensen." Kom uit van hen in Jezus' Naam...?... en moge iedereen gezond zijn in Jezus Christus' Naam. Prijs de Here. Ik geloof.
Ik kan, ik zal, ik geloof werkelijk;
Ik kan, ik zal, ik geloof werkelijk;
Ik kan, ik zal, ik geloof werkelijk.
Dat Jezus mij nu geneest.
Ik neem Hem op Zijn Woord;
Ik neem Hem op Zijn Woord;
Hij brengt mij bevrijding, vrij;
Ik neem Hem op Zijn Woord.
Ik kan, ik zal, ik geloof werkelijk;
Ik kan, ik zal, ik geloof werkelijk;
Ik kan, ik zal, ik geloof werkelijk.
Dat Jezus mij nu geneest.
82 Gelooft u het niet? [Samenkomst zegt: "Amen." – Vert] Oh nu, broeder Hall, gelooft u het? Gelooft u dat God het zal doen, broeder Tony? Zuster Snyder, gelooft u het? Zuster, gelooft u het? Gelooft u het, zuster? Dan is geloof de vaste grond van de dingen die men hoopt, het bewijs van de dingen die niet gezien worden. Door geloof zien wij de grote muren van Jericho vallen. Christus leidt u door geloof. Gelooft u het? Amen. Wij geloven het; heb nooit de geringste twijfel. God zal het voleindigen. Almacht! Het is zo zeker! Het moet mij gewoon volgen. "Deze tekenen zullen hen volgen die geloven." Amen. Is Hij niet wonderbaar?
Welnu, terwijl wij onze hoofden voor een ogenblik buigen voor het slotgebed. Wij zijn samengekomen voor een korte tijd van gemeenschap. Wij zullen onze broeder Neville vragen of hij hier nu naar boven wil komen, terwijl we allemaal onze hoofden buigen in een woord van gebed terwijl we eerst neuriën met onze hoofden gebogen.
Ik kan, ik zal, ik geloof werkelijk;
Ik kan, ik zal, ik...
Gedenk, Hij is werkelijk aan uw zijde. Hij is daar om aan uw hart bekend te maken...?... Voel gewoon Zijn kracht nu in u komen. "Ik kan"? Zeker kunt u het.
Ik zal Hem op Zijn Woord nemen;
Ik zal Hem op Zijn Woord nemen;
Hij brengt aan mij verlossing vrij (op Calvarie);
En ik zal Hem op Zijn Woord nemen.
Zullen we onze hoofden nu buigen. Welnu, broeder Neville, wat u ook maar zeggen wil...