Het lichaam des Heren onderscheidend

Door William Marrion Branham

1 Goedenavond vrienden. Gaat u zitten. Het is fijn om hier weer te zijn vanavond onder dit dak en onder deze fijne christenmensen. En wij verwachten dat God vanavond het buitengewoon overvloedige doet, boven alles wat wij zouden kunnen doen of denken. Wij weten dat Hij werkelijk is.

2 Hoevelen voelen, dat u werd genezen gisteravond in de diensten? O, dat is heel fijn. We zien er naar uit dat de rest van u vanavond wordt genezen. En ik geloof dat wij nog steeds een paar gebedskaarten uitgegeven hebben. Billy gaf er helemaal geen uit, vertelde hij me, omdat wij niet hadden... Neem alleen maar een paar van die van gisteravond en er zouden sommigen van die mensen mogen zijn, die voelden, dat zij graag in de gebedsrij zouden komen. Of wij zouden misschien een paar ervan een poosje later op de avond kunnen gebruiken voor een onderscheidingsrij.

3 Het is niet de onderscheiding, die de persoon geneest. Het brengt ze alleen in de gesteldheid om omhoog te zien en hun genezing te aanvaarden, die Jezus al voor hen heeft gedaan. Kijk, het opleggen van handen is een erg goed ding, omdat dat schriftuurlijk is, maar het is geen manier voor de heidenen om genezen te worden.

4 In de Bijbel was er een Jood, die had... Zijn dochter was erg ziek, ten dode en zij stierf. En hij zei tot Jezus: "Mijn dochter ligt op sterven, maar kom en leg Uw handen op haar en zij zal gezond worden."

5 Maar toen de Romein, de overste over honderd, de heiden, toen zijn dienstknecht ziek was, zei hij: "Ik ben niet waardig dat Gij onder mijn dak komt. Spreek slechts het Woord." Dat is wat het hart van Jezus bewoog. Hij hoefde hem geen handen op te leggen. Hij wilde slechts het Woord horen.

6 U ziet, ik houd van die geschiedenis, omdat die Romein herkende dat Hij een man met autoriteit was. En als hij tot een mens zei: "Doe dit", of "doe dat", deed hij het. En hij herkende diezelfde autoriteit in de Here Jezus. Want hij wist, dat als hij tot een mens zei die onder hem stond: "Ga heen", of "kom hier", dat hij hem moest gehoorzamen. En hij wist, dat al de ziekten en krankheden onder de heerschappij van de Here Jezus stonden. Daarom hoefde Hij niet te komen om de dienstknecht de handen op te leggen. "Spreek slechts het Woord en mijn knecht zal leven."

7 En Jezus verbaasde Zich en Hij zei: "Ik heb zo'n geloof in Israël niet gevonden." Dus ik zou zeker hopen dat ik leef om de dag te zien, dat wij Amerikanen dat soort geloof zullen hebben. "Spreek slechts het woord, Here, en mijn dienstknecht zal leven." O, het zal een grote dag zijn.

8 Nu, wij zijn... Soms wanneer de zalving erg zwaar rust, als ik soms geen kans krijg om een uitnodiging te doen, dan zullen een paar andere broeders, broeder Sullivan of enige van mijn edele broeders hier daarvoor zorgdragen. Iemand zou misschien mogen zeggen dat wij alleen Goddelijke genezing brengen. Goddelijke genezing is gewoon als uit vissen gaan. U toont de vis nooit de haak. U toont hem gewoon het aas en hij grijpt het aas en hij krijgt de haak. Dus dat is de wijze waarop het is met Goddelijke genezing. Het is aantrekkelijk, omdat het demonstreert en bewijst, dat er een God is Die leeft en in u geïnteresseerd is. En de ongelovigen zien dat. Snel vangt zijn oog het op en weet hij dat er een levende God bestaat en dan zit hij aan de lijn van de redding. God kan hem dan gaan sturen en hem binnen halen. Dus, daarvoor is er Goddelijke genezing, enkel en alleen voor dat doel.

9 De jongens hier hebben een paar van de banden en de boeken en opnamen enzovoorts, waar zij een klein werk van zichzelf van hebben, waar zij voor zorgen. We hebben geen... voor mijzelf. Ik heb alleen die boeken en een paar er van moet ik kopen. Er zijn er een paar van, die aan mij toebehoren, de predikingen. De andere zijn boeken die ik koop van broeder Lindsey, getiteld "Mijn levensgeschiedenis" en dan is er één, getiteld: "Een profeet bezoekt Zuid Afrika." En drie of vier van de predikingen behoren geloof ik aan mij. Zij hebben ze hier; niet voor geld. Gewoon zo, dat de boodschap uitgaat; dat is de hoofdzaak.

10 Draag de boodschap uit, want wij leven in een uur later dan wij denken. Het is in het sluiten van het tijdperk en de gemeente is in een vreselijke, vreselijke toestand. En wij proberen alleen zonneschijn te verspreiden onder de mensen. Niet te proberen hen te bekeren tot enige van onze geloven, maar om te proberen ze er toe te krijgen dichter bij de Here Jezus te leven en Hém te geloven. Niet om leden van de ene kerk naar een andere te trekken, maar om meer leden tot die gemeente te zenden is ons doel.

11 Nu, even voor wij het Woord openen voor de avondboodschap, die kort is. We willen u niet al te lang houden, omdat velen van ver buiten de stad komen en u terug moet gaan om te werken, maar wij zullen tot zaterdagavond wachten en u dan tot laat houden. En dan zondag hoeft u niet eerder naar de zondagsonderwijzing te gaan dan om 9.30 uur. Dus laten wij onze hoofden even een ogenblik buigen voor een woord van gebed.

12 Here, wij zijn boven denken dankbaar voor de gelegenheid om te komen en onze hoofden te buigen voor de levende God. En weten, dat ons beloofd is door Zijn heilige Zoon, de Here Jezus, dat wij kunnen hebben wat wij vragen als wij het de Vader vragen in de Naam van de Here Jezus, Zijn Zoon. En er is ons verzekerd, dat wij een onderhoud zullen hebben of gehoor zullen vinden bij Hem, als wij komen in Jezus' Naam. Want Hij heeft gezegd: "Vraag de Vader iets in Mijn Naam, Hij zal het geven!" En wij zijn absoluut zeker vanavond, dat Hij ons hoort en dat wat wij vragen zal worden toegestaan, omdat wij voelen dat ons vragen de wil van God is. Want Hij heeft op een zekere plek gezegd: "Gij hebt niet, omdat gij niet vraagt en gij vraagt niet, omdat gij niet gelooft." Here, de reden dat wij komen is omdat wij geloven en wij geloven dat u zult antwoorden. En onze gebeden zijn niet alleen om door mensen gehoord te worden, maar wij geloven dat Gij luistert en zijn zeker, dat Gij ons zult antwoorden omdat Gij het beloofde te doen. Wij wilden u vragen, dat alleen Uw wil geschiede. Laat het zijn vanavond, Here, dat elke zondaar die hier is, die U niet kent als hun Redder, moge dit de avond zijn dat iets zal worden gedaan of gezegd, dat zij U zullen aannemen als hun Redder.

13 Mogen degenen zonder de Heilige Geest vanavond, die verlangend zijn en wachtend op dat uur, wanneer de schellen van hun ogen zullen vallen en dan zal de wens van hun hart hun gegeven worden. O Here, moge de Heilige Geest vanavond elk hart vervullen. Moge er zo'n manifestatie van de Geest Gods zijn dat hun zielen zo zullen worden geroerd dat al de twijfel en bijgeloof uit hen zal weg worden genomen en de Heilige Geest in hun leven zal komen en hen verzegelen in het Koninkrijk van God.

14 Sta het toe vanavond, Here, dat er niet één ziek persoon zal zijn in ons midden als de dienst voorbij is. Moge iedereen worden genezen. Wij wilden hen niet vergeten, die in de ziekenhuizen zijn en die aan het ziekbed gekluisterd zijn en de gevangenis, die zeer Uw genade van node hebben. Wees met hen, Here.

15 En als wij weggaan vanavond, mogen wij zeggen zoals de discipelen: "Wij hebben vreemde dingen gezien vandaag." En moge onze harten brandend zijn binnen in ons als wij naar onze diverse huizen gaan. Wij zijn van u afhankelijk, onze Redder, om deze dingen te geven aan ons overeenkomstig Uw belofte. En Uw belofte is altijd Uw wil. Wij vragen het in Jezus' Naam. Amen.

16 Als u zou willen opslaan, graag, vanavond in de heilige geschriften, het eerste boek van de Korinthiërs, het elfde hoofdstuk. Dan wilden wij een deel van de Schrift lezen, beginnend bij het drieëntwintigste vers.

     Want ik heb van de Here ontvangen, hetgeen ik ook u overgegeven heb, dat de Here Jezus in de nacht, in welke Hij verraden werd, het brood nam;

     En toen Hij gedankt had, brak Hij het en zeide: Neemt, eet, dat is Mijn lichaam, dat voor u gebroken wordt; doet dat tot Mijn gedachtenis.

     Evenzo nam Hij ook de drinkbeker, na het eten van het avondmaal, en zeide: Deze drinkbeker is het Nieuwe Testament in Mijn bloed. Doet dat, zo dikwijls als gij die zult drinken, tot Mijn gedachtenis.

     Want zo dikwijls als gij dit brood zult eten, en deze drinkbeker zult drinken, zo verkondigt de dood des Heeren, totdat Hij komt.

     Zo dan, wie op onwaardiglijke wijze dit brood eet, of de drinkbeker des Heeren drinkt, die zal schuldig zijn aan het lichaam en bloed des Heeren. (Nu, ik wil mijn tekst lezen uit het negenentwintigste vers:) Want die onwaardiglijk eet en drinkt, zal schuldig zijn aan het lichaam des Heeren..." (Nu wacht, ik heb dat verkeerd gelezen.) Want hij, die onwaardiglijk eet en drinkt, niet onderscheidende het lichaam des Heren, die eet en drinkt zichzelf een oordeel, het lichaam van de Here niet onderscheidend. (Ik heb boven deze Bijbel gehuild en er zijn een paar verbleekte bladzijden in.) ... het lichaam des Heren niet onderscheidend.

17 Nu, mijn onderwerp vanavond is: "Het lichaam des Heren onderscheidend."

18 Nu, onze eeuwige bestemming wordt niet geheel bepaald door wat wij zien en wat wij horen, maar het wordt bepaald door welke onderscheiding wij hebben van wat wij zien en wat wij horen!

19 Paulus had geen meningsverschil met hen, dat zij het avondmaal namen. Hun handeling was goed, maar hun onderscheiding was verkeerd. Want het nemen van het avondmaal des Heren is het gebod van de Here. Maar om het onwaardiglijk te nemen, het lichaam des Heren niet onderscheidend, is waar het verkeerde ligt.

20 Deze christenen namen het avondmaal en leefden het leven niet. Christendom is een ervaring en een leven. En deze christenen leefden gewoon elk soort leven, een armzalig voorbeeld gevend van hun belijdenis. En Paulus zegt, dat er "om deze reden velen ziek zijn en zwak onder u en velen slapen;" wat betekent dat zij dood zijn, omdat zij het lichaam des Heren niet hebben onderscheiden.

21 En wij, die onszelf christenen noemen, en wij hebben geen recht om het avondmaal te nemen, tenzij wij hoger leven dan een blaam van de wereld. Wij hebben er geen recht toe. Het avondmaal is voor diegenen die juist leven; als een voorbeeld van christendom.

22 Het slechtste wat er in de wereld is, is een persoon die probeert iets na te doen. En er is daar teveel van in de wereld vandaag. Niet alleen doen wij het in deze dag; zijn schuldig aan dezelfde misdaad, waarvoor Paulus de Korinthe-gemeente berispte, maar om te proberen iets te doen, wat de Here had geboden zonder het lichaam des Heren te onderscheiden. En het lichaam des Heren zijn de gelovigen. Maar vandaag doen wij dingen terwijl wij helemaal niets van het Woord van God onderscheiden. Wij behoorden een onderscheiding te hebben over alles wat wij doen! Het behoorde te worden afgemeten aan het Woord van God. Alles wat de christenen doen en zeggen, behoorde te worden afgemeten aan het Woord van God.

23 Vandaag zijn de mensen nogal wat veranderd en zij hechten soms meer vertrouwen aan wat de kerk zegt dan wat het Woord zegt. Ze geloven dan dat de kerk betere rechten heeft om onze smaak te onderscheiden, dan wat het Woord van God heeft. Bijvoorbeeld zoals deze. De kerk zou mogen zeggen: "De dagen van wonderen zijn voorbij." En vele mensen zullen dat geloven, omdat zij denken dat de kerk er meer over weet dan de Heilige Geest, Die het Woord schreef! Daarom, wij zijn niet in staat om de dingen Gods te onderscheiden.

24 Jezus zei eens: "Tenzij een mens wederom geboren wordt, kan hij het Koninkrijk Gods niet zien" (of: begrijpen). En met andere woorden: U kunt het Koninkrijk van God niet onderscheiden, tenzij u wederom geboren bent!

25 Mensen, die zullen komen, vertellen ons dat diegenen die de ervaring van de doop van de Heilige Geest hebben aangenomen, dat zij fanatiekelingen zijn, of dat zij de een of andere goddeloze naam zijn die de duivel op de gemeente spelde door ze 'heilige rollers' te noemen. Ik heb in heel de wereld gepredikt en ik heb nog nooit een 'heilige roller' gezien. Het is een naam die de duivel op de gemeente van de levende God spijkerde.

26 Soms hebben de mensen niet de juiste onderscheiding. Ze zijn daar bang voor. Weet u niet dat onze Here in het openbaar werd verklaard een krankzinnige te zijn? De Farizeeën, de hoge kerk, zeiden: "Die Man is Zijn verstand kwijt. Hij heeft een duivel en Hij is gek." En het woord gek betekent krankzinnig te zijn. En als zij Hem krankzinnig noemden, hoeveel te meer zullen zij het Zijn discipelen noemen!

27 Paulus zei tot Agrippa: "In de wijze, die ketterij wordt genoemd – krankzinnig – dat is de wijze, dat ik de God van onze vaderen aanbid." Ik ben zo blij vanavond om hand in hand te staan met hem. Op de wijze, die fanatisme wordt genoemd voor de moderne kerk, dat is de wijze, dat ik God aanbid.

28 Zij werden ketters genoemd, omdat zij het lichaam van de Here niet juist onderscheidden. Dat is de gemeente van de levende God.

29 En de gemeente vanavond wordt krankzinnig genoemd, omdat de mensen niet de onderscheiding hebben! Indien een mens wederom geboren is – en u vertelt mij dat u wederom geboren bent – en u gelooft niet dat Goddelijke genezing een belofte van God is en u gelooft niet dat de doop van de Heilige Geest voor de mensen vandaag is, dan moet ik zeggen, dat uw geboorte van de verkeerde geest was! Omdat de Heilige Geest zei: "Deze belofte is aan u en aan uw kinderen en aan hen, die verre af zijn, zovelen als er de Here God toe roepen zal." U aanvaardt het door een intellectuele opvatting. Mensen nemen iemand anders woord ervoor en krijgen niet de onderscheiding. Zij kunnen geen onderscheid maken tussen goed en kwaad.

30 Ik denk vandaag dat velen van ons, intellectuele reuzen – niet ons, maar vele intellectuele reuzen – Gods mensen zijn nooit grote intellectuelen geweest. De Bijbel zei dat de kinderen der duisternis wijzer zijn in deze wereld, dan de kinderen des lichts. God vergeleek Zijn volk met schapen. Zij zijn niet knap en intelligent. Hij houdt ze op de wijze zoals zij zijn, zodat Hij hen kan leiden! Als u probeert uw eigen intellectuele denken te gebruiken, sluit u regelrecht God buiten! Zonen Gods worden geleid door de Geest van God! Maar het is een grote intellectuele dag waarin wij leven.

31 Hier een paar maanden geleden (u las het in de krant) daar in New York hadden zij een rechtszitting. En twee kleine predikers, die zich geleid voelden door de Here, enige tijd geleden, kleine kerels ongeveer zoals ikzelf, die nauwelijks hun ABC kennen, en de Here leidde ze naar de Bowery en zij kochten een bepaald gebouw. En daar predikten zij het evangelie aan hun gevallen broeders. En de een of andere grote firma kwam om dat te kopen en zij allen verkochten, maar deze kleine predikers niet. Zij hadden een openbaring, dat de Here wilde, dat zij daar bleven. Dus zij hielden hun eigendom, en de autoriteiten brachten hen voor de rechtbank.

32 En zij stuurden bericht en haalden één van die grote intellectuele reuzen, gevolmachtigde advocaat Greenmore. En hij maakte dat die kleine kerels zich beschaamd voelden over zichzelf. Hij plaatste zijn woorden zo correct, en zo als een schoolvoorbeeld, en op zo'n wijze, dat die kleine kerels niet wisten hoe hem te antwoorden, want hij was een intellectuele reus – één van de beste procureurs die er zijn in New York. En zij hadden die kleine kerels zo in de war gebracht dat zij niet wisten wat te zeggen. Tenslotte klopte hij en zei: "Wat hebt u voor uzelf te zeggen?"

33 En een van de kleine predikers ging staan en hij hield de handen van de ander vast en hij zei: "Meneer, het enige ding wat wij weten, dat de Here ons vertelde het gebouw te nemen."

34 En procureur Greenmore zei: "Hier stop dat, wij willen geen Here in dit geval betrekken." Ongeveer twee weken later probeerde een vliegtuig onder de brug door te vliegen en het dook in het ijskoude water en daar lag procureur Greenmore in het water, worstelend en stervend. Ik vraag mij af of hij God bij díe scène wenste!

35 Wat was er aan de hand? Hij had het lichaam van de Here niet onderscheiden. Want die kleine predikers waren gezalfd door de Heilige Geest en hadden de wil van God. Wij hoeven geen intellectuele reuzen te zijn. Wij hebben nodig eenvoudige dienstknechten van de Here te zijn en Zijn lichaam te onderscheiden. In al zijn knapheid en zijn schranderheid en zijn ontwikkeling... U weet dat de Bijbel zei: "Het zou beter voor u zijn, dat een molensteen aan uw hals was gehangen en u werd verdronken in de diepten van de zee, dan Mijn gezalfden te beledigen." Ik veronderstel dat hij heel wat tijd had om te bedenken om de Here op het toneel te roepen, maar hij onderscheidde het lichaam van de Here niet.

36 Soms vraag ik mij af of wij, intellectuele Amerikanen, genoeg onderscheiding hebben om goed van kwaad te onderscheiden. Speciaal de jeugdrechtbanken bewijzen dat wij het niet bezitten om goed en kwaad te onderscheiden voor onze kinderen. En zij schijnen een goed psychologisch antwoord te hebben, bijvoorbeeld zoals dit: Als zoonlief naar zijn papa komt en hij stampt met zijn kleine voet en hij schreeuwt het uit en hij schudt zijn hoofd en zegt: "Pa, het kan me niet schelen wat je zegt, ik wil een sportwagen." (Dat is typisch Amerika.)

37 En de vader zegt: "Goed junior, ik zal hem voor je kopen."

     U zou tot die vader kunnen zeggen: "Waarom deed u het?"

     "O, ik heb hem lief."

38 Herinner je, pa: Junior zal gaan opgroeien om een man te gaan zijn op een dag. En hij zal trouwen en een gezin hebben. God helpe die vrouw die leeft met een jongen, die zo is opgevoed om zijn zin te krijgen in alles wat hij wil. Kan geen goed van kwaad onderscheiden. Dat is geen liefde, dat is pure onkunde. De Bijbel is juist. Spaar de roede en u bederft uw zoon.

39 Kleine Fanny zal naar moeder toekomen en zij wil naar de rock en roll gaan! Moeder zegt haar dat zij dat niet kan doen. "Maar o, moeder, je bent wreed voor mij." Natuurlijk, u houdt van Fanny en u laat haar gaan. Zij zou daar terecht komen onder dat stel gangsters bij al die nonsens. Komt binnen en trekt haar kleine geverfde lipjes samen en vertelt u een leugen dat er niets kwaads bij zit. God zij de man genadig, die zoiets als dat zou trouwen als vrouw! Goed van kwaad onderscheiden. Wij kunnen het bij ons zelf niet onderscheiden.

40 Ik vraag me soms af of wij goed van kwaad kunnen onderscheiden voor onze eigen lichamen, speciaal het lichaam des Heren. Wij onderscheiden geen goed van kwaad voor ons eigen lichaam. En dag na dag en week na week en maand na maand en jaar na jaar werken geleerden in de laboratoria en plakken hele grote platen aan en alles en met advertenties waarschuwen zij de mensen: "Kanker met dozen vol! Mannen, tweehonderd zeventig en nog wat duizend Amerikanen zullen dit jaar sterven van het roken van sigaretten." En u rookt regelrecht door! We kunnen zelfs ons eigen lichaam niet onderscheiden, laat staan de Heilige Geest te onderscheiden en in het lichaam des Heren.

41 Zag u dat artikel onlangs, wat deze geleerde liet verschijnen, alles van zijn onderzoek? Hij zei: "Niet alleen krijgt u kanker van sigaretten, maar u hebt vijftig procent meer kans om ook wat anders op te lopen!" En u rookt regelrecht door.

42 Een vrouw kwam me een tijdje geleden tegen, toen ik daar zo hard als ik maar kon op hamerde. Zij was een gewoonte-rookster en zij zei..., zij stak een klein briefje in mijn zak. Zij zei: "Lees dit als u thuis gekomen bent."

43 Ik zei: "Ik dank u wel, ik zal het nu lezen." En ik nam het er uit en ik begon het te lezen.

44 Zij zei: "Het is niet beleefd voor een prediker op de preekstoel om tegen roken te spreken. U hebt daar niets mee te maken."

45 Ik zei: "Het is mijn plicht om te spreken tegen alles wat fout is." God helpe de prediker die niet genoeg onderscheiding van het goede heeft, van iets wat fout is. Een prediker die niet de nood van zijn mensen kan onderscheiden door de Heilige Geest... God zei: "Dit lichaam is een tempel van de Heilige Geest. Als gij het verontreinigt, zal Ik het vernietigen." Wij behoorden er tegen te spreken. De moeilijkheid er van is: wij hebben teveel sigaretten rokende predikers. Dat is er aan de hand. En zij zijn bang om het te zeggen in hun samenkomst, omdat zij weten dat zij evenzo schuldig zijn.

46 Recht onderscheidend – goed scheidend. Whisky, alcohol – "Waarom," zeggen zij, "is het verkeerd?" Overal op uw televisiescherm, op elk aanplakbord, in uw krant staan grote kroezen bier met liefelijke jonge vrouwen die het drinken. Zij tonen u wanneer zij beginnen. Kijk een poosje later weer naar hen. Het vult hun geest met vergiftige toxine. De toename van krankzinnigheid is daardoor vreselijk. Het veroorzaakt immoraliteit onder de jongeren. En zelfs de kerken vandaag, vele ervan, prediken het en brengen het in praktijk: "Drink matig." U weet dat het de waarheid is. En vertellen hun jongelui thuis, en ouders: "Laat uw kinderen drinken. Ze zullen toch gaan drinken. Leer hen dus gewoon om matig te drinken." De Bijbel veroordeelt het. Het is niet juist. God helpe een man, of een kerk, met niet meer onderscheiding dan dat. Kunnen het goede niet van het kwade onderscheiden.

47 O, het is een verschrikkelijke dag waarin wij leven. Het lichaam des Heren onderscheidend. In onze gemeente en onder onze kerkmensen vandaag is het zo'n schande; de wijze waarop onze vrouwen zich gedragen evenzo. Vele van hen dragen immorele kleding, die kleine korte broekjes. Het is zo zondig. Een dame vertelde mij, en velen hebben het mij verteld. Ze zeiden: "Billy, je kunt maar beter ophouden met daarover te spreken." O nee! Ik moet misschien tegen de pilaren prediken, maar ik zal de waarheid vertellen. Zo is het. Zo is het. Het is de waarheid. Dank u. Het is fout en het is zondig.

48 Er was een dame die zei tegen mij, zij zei: "Ik draag geen korte broeken (shorts), ik draag lange broeken."

49 Ik zei: "Dat is nog slechter." De Bijbel zei: "Het is God een gruwel als een vrouw een kledingstuk aantrekt wat aan een man toebehoort." Het is de waarheid. En dan is het alibi: "Ze maken geen andere kleren meer." Maar ze maken nog steeds naaimachines en ze verkopen stoffen.

50 Een vrouw die zich zo kleedt, zal schuldig gaan zijn aan het overspel plegen op de dag van het oordeel. U mag zo rein zijn als een lelie voor uw man of uw vriend, maar Jezus zei: "Maar wie ook een vrouw aanziet om haar te begeren, heeft reeds overspel met haar gepleegd in zijn hart." Dus u zou misschien niet enig ding verkeerd hebben gedaan in werkelijkheid. Maar toen u zich zo kleedde, u zelf zo aan de man voorstelde, aanbood, zal hij verantwoording moeten afleggen voor het plegen van overspel. En u bent de schuld! En de kerk staat dat toe; het lichaam des Heren niet onderscheidend. Wat jammerlijk!

51 Hun haar af te knippen. De Bijbel zei dat van een vrouw die haar haar afknipt, haar man het recht heeft om van haar te scheiden, omdat zij ontrouw is. Hij zei dat zij haar hoofd onteert! Is dat waar? En de man is het hoofd van de vrouw!

52 Ik weet dat het hard is, maar wij hebben onderscheiding nodig! Wij hebben onderscheiding door het Woord nodig! Het Woord is juist! Neem het Woord. Gods Woord is altijd juist.

53 Wij kunnen niet onderscheiden door wat mensen denken, wat intellectuelen ons vertellen, wat psychologen ons vertellen. Wij moeten gaan door wat God zegt! "De mens zal niet leven van brood alleen, maar van elk woord dat de mond Gods uitgaat." "Het lichaam des Heren niet onderscheidend, zijn er velen zwak en ziek. Velen slapen." – Dood, geestelijk dood. De laatste plaag die Egypte trof was de dood. De laatste plaag die de kerk heeft getroffen is de geestelijke dood. Wat wij vandaag nodig hebben is een geestelijk ontwaken, een geestelijk ontwaken tot onderscheiding.

54 Deze mensen zouden dit gedaan mogen hebben, o, met goede bedoelingen. Die man in het zuiden, die dokter gaf die man onlangs dat zwavelzuur wat hem doodde. Hij had goede bedoelingen. Hij dacht dat hij goed was, maar hij had een armelijke onderscheiding. Hij onderscheidde zijn medicijn niet.

55 Zoals het kleine meisje wat langs de straat liep. Zij vond een klein poesje en het was helemaal nat en ongeveer half bevroren. En zij nam het mee en zij opende de ovendeur en zij zette hem in de oven om warm te worden. Haar bedoelingen waren goed maar haar onderscheiding was gebrekkig. Als wij niet uitkijken zullen ook wij het poesje gaan bakken met wat van onze intellectuele onderscheiding.

56 De communist is bij ons binnen gekomen. De wereld is bij ons binnen gekomen. Onze gemeenten zijn afgebroken. Mensen scheiden zichzelf af, zonderen zichzelf af. Naar het schijnt, het geloof niet hebbend. Haarkloverijen hebbend over kleine onbeduidende leerstellingen. Wij behoorden samen te komen met arm en hart en te bidden en te vasten en te roepen, tot God de Heilige Geest terugzendt, opdat wij geestelijke onderscheiding zouden mogen hebben!

57 Het uur is nu gekomen tot de eindtijd. Wij zijn in de schaduwen van het komen van de Here en de gemeente kan het niet onderscheiden! Wij leven in een later uur dan u denkt!

58 Als Paulus zou kunnen opstaan van de doden vanavond in Middletown... Over een brandend vuur gesproken. Ze zouden hem in de gevangenis hebben voor het daglicht aanbrak, als een maniak of een wildeman. Die man, gevuld met de Heilige Geest en ziende dat de dingen gaan op de wijze dat ze zijn en wetende dat de tijd op handen is; er zou een opwekking zijn, of zij zouden naar de gevangenis moeten komen om hem te horen. Dat is waar.

59 Nu, alles wat Jezus zei; en de Bijbel zegt dat in de laatste dagen, juist voor het komen van de Here, er grote tekenen zullen zijn en wonderen die plaatsvinden op de aarde. En u weet dat de kerk zo dood is in theologie en allerlei scholingen en trainingen en studieprogramma's dat het die dingen niet meer kan onderscheiden!

60 Zei Jezus niet tot de gemeente in Zijn dag: "Gij kunt de aanblik van de hemel onderscheiden, maar de tekenen der tijd kunt gij niet onderscheiden. Want als gij Mij zoudt hebben gekend, dan zoudt gij Mijn dag hebben geweten." Het uur van de bevrijding van de gemeente en zij kunnen het niet onderscheiden!

61 Wij zijn zo... Er is iets fout. Ik spreek over de gehele gemeente, allen die zichzelf christenen noemen. God kan beginnen iets te doen, en geestelijke dingen gebeuren: mensen worden gered en gevuld met de Heilige Geest. Vele duizenden die zichzelf christenen noemen, zullen zich er van aftrekken en zeggen: "O, dat zijn 'heilige rollers.'" U hebt geen geestelijke onderscheiding. Want alles wat de Heilige Geest doet, staat geschreven in de Bijbel. Beoordeel alle dingen door de Schrift.

62 Dat is hoe wij het opmerken, om te zien of ons onderscheidingsvermogen juist is. Als de Bijbel zei: Jezus is Dezelfde gisteren, vandaag en voor eeuwig", geloof ik het. Als de Bijbel... als Jezus zei: "De dingen die Ik doe zult gij ook doen", geloof ik het. En als de Bijbel zei dat de Heilige Geest voor elke generatie is, – "zo velen als de Here onze God zal roepen" – ik geloof niet dat een handdruk dan haar plaats inneemt. Ik geloof dat het dezelfde Heilige Geest is Die toen viel. Dezelfde tekenen tonende, dezelfde wonderen.

63 Het beste getuigenis wat wij hebben, dat wij de Heilige Geest ontvingen, is wanneer onze geest getuigenis aflegt met het Woord. Als wij onszelf christenen noemen en zeggen dat wij gevuld zijn met de Geest en wij zien dat de doop van de Heilige Geest uitgegoten werd op de gelovigen voor alle tijdperken en onze geest vertelt ons, dat dat voor een ander tijdperk is, dan bent u fout. Dat is juist.

64 Wanneer de Bijbel zegt dat Jezus Christus Dezelfde is vandaag, gisteren en voor eeuwig en onze geest zei: "Nee, Hij is dood. Hij is heengegaan", dan is er iets verkeerd. Jezus zei: "De werken die Ik doe zult gij evenzo doen. Zie, Ik ben met u, altijd, zelfs tot het eind van de wereld." En als onze geest zich daarvan terugtrekt, hebben wij de Heilige Geest niet. Want de Heilige Geest zal zeggen: "Amen", op elk woord wat Hij schreef.

65 Nu, intellectuele kennis zal u er van weg trekken, maar de Heilige Geest zal "Amen" zeggen op Zijn eigen Woord. Hij zal het zeker. En Hij zoekt en speurt en probeert iemand te vinden in wie Hij Zichzelf kan leggen. Hij verlangt er naar het te vinden.

66 Denk niet dat u Zijn goedheid kunt uitputten. Zou u zich kunnen voorstellen: een klein visje, een centimeter lang, daar in het midden van de grote oceaan, die zegt: "Ik kon maar beter zuinig drinken van dit water. Ik zou het misschien doen opraken." Dat zou net zo dwaas zijn als proberen te denken dat u ooit Gods goedheid zou kunnen uitputten. Vraag overvloedig, opdat uw vreugde moge vervuld zijn! Geloof God voor alles wat Hij beloofde. Het is het uwe.

67 De profeten van het Oude Testament, Daniël en de anderen zeiden: "In de laatste dagen zal het volk, dat hun God kent, daden doen." Dat is een belofte! Wanneer de intellectueel naar de daden kijkt, dan zullen ze zeggen: "O, dat is psychologie. Dat is geestelijke telepathie. Het is de werking van de duivel." Maar de Heilige Geest zal terug antwoorden: "Amen. Dat is de waarheid." Juiste onderscheiding. Zij beloofden het. Jezus beloofde het. Jezus zeide: "De werken die Ik doe zult gij evenzo doen, zelfs groter dan deze zult gij doen; want Ik ga naar Mijn Vader."

68 Paulus beloofde door de Heilige Geest dat in de laatste dagen de gemeente zou afvallen. Miljoenen van hen. Er zal een afval komen. Want mensen zullen roekeloos zijn, opgeblazen, meer liefhebbers der wellusten dan liefhebbers Gods, onverzoenlijk, achterklappers, onmatig en zonder liefde tot de goeden. Niet het juiste onderscheidingsvermogen.

69 "O," zegt u, "dat is het communisme." Dat zijn zogenaamde christenen! Let op het volgende vers. "Hebbende een vorm van godzaligheid, maar de kracht daarvan verloochenend!" Geen geestelijke onderscheiding. Als u geestelijk onderscheidingsvermogen hebt en de Heilige Geest is op u, dan hebt u geestelijk onderscheidingsvermogen. Het zegt "Amen" op elke belofte van God. Paulus zei dat die dagen er zouden zijn.

70 Wij hebben het gekregen. Het is hier! Het is over ons en wij kijken en zien het. Wij horen het overal. En wat doen we? Het behoorde ons samen te trekken. De Bijbel zei: "Onszelf samen verenigend en dat des te meer naarmate wij die dag zien naderen." Het behoorde de ene opwekking na de andere te zijn. Vreugdevuren van Gods heerlijkheid gebouwd in elke gemeente en in elke plaats. Een groots samenkomen waar al de gemeenten een van hart en eenstemmig zich samen vergaderen en hun mensengemaakte theologieën vergeten en het uitschreeuwen tot God om geestelijke kracht en geestelijk onderscheidingsvermogen. Dat is het uur wat wij nodig hebben.

71 Ik zou dit mogen zeggen dat Jezus ons een dag gaf, zoals ik het gisteravond aantipte, om de eindtijd te kennen. Jezus zei: "Zoals het was in de dagen van Lot, zo zal het zijn in het komen van de Zoon des mensen." Nu, onderscheidt uw geest dit juist? "Zoals het was in de dagen van Lot..." Bedenk, Lot was een type van Amerika. Het is... het heeft het bewezen. Wat was de zonde van Sodom? Het was bederf. En in dit Amerikaanse land van ons, hebben de vrouwen zichzelf zo zeer verlaagd, dat de natuurlijke wegen van de mannen zijn verdorven.

72 Ik was in Los Angeles, een paar weken geleden, bij de christen zakenlieden en pakte een van hun bekende bladen en zag dat een van de onderzoekers zei dat vorig jaar bederf en homoseksualiteit waren toegenomen met twintig procent.

73 Jezus zei: "Zoals het was in de dagen van Sodom." De politie en de moordenaars en alles wat gewoon heel de tijd in beweging is om kapot te maken; jongens die met elkaar leven als man en vrouw; vrouwen die op dezelfde wijze leven. Bedorven! Hun geesten zijn vuile geesten omdat zij geen geestelijk onderscheidingsvermogen hebben. Dit alles is een lust en een vuilheid en zij kunnen zich zelfs niet met elkaar bevredigen. Zij trouwen zelfs niet. Zij vangen gewoon aan en gaan uit, totdat... Zij zijn bedorven! Jezus zei dat het er zou zijn in de laatste dagen. En hier is het.

74 En u herinnert zich ook dat in de dagen van Sodom, – elk van u predikers en u Bijbel-bestudeerders, ik geloof dat u hiermee zou instemmen. Dr. Scofield en vele anderen doen het, bijna al de leraars, Charles Fuller enzovoorts, van grote geleerden in het land – dat Abraham de geestelijke gemeente voorstelde. Lot stelde de vleselijke of natuurlijke gemeente voor. Hij was ginds in Sodom en de zonde... Toch had hij rechtvaardigheid in zich, maar hij ging er mee mengen. En bedenk, er waren twee intellectuele predikers die afdaalden om tot Sodom te prediken. Zij deden geen wonder; verblindden hen alleen. En de prediking van het kruis verblindt de ongelovige. Dat is wat de grote samenkomsten van Billy Graham en zij hebben gedaan. Dat heeft hen slechter gemaakt!

75 Toen Billy Graham een paar weken geleden bemerkte, – u hoorde het – dat toen... Hij was aan het wandelen in Engeland en hij moest zijn vrouw naar binnen halen uit de parken, waar hij een grote opwekkingssamenkomst had, omdat mannen en vrouwen sexuele handelingen verrichtten buiten, vrij in het publiek, waar hij de opwekkingssamenkomst had.

76 Doet dat enig goed? Niet intellectueel. Het neerroepen van de wraak van God zal nodig zijn en heilig vuur uit de hemel om ooit een verandering in de wereld te brengen. En het zal er niet zijn! Mensen zien er naar uit dat een groot iets komt, en u bent aan het eind van wat reeds is gekomen. De laatste tekenen zijn gegeven aan de heidengemeente. De Joden zullen dat krijgen nadat de gemeente is opgenomen, maar wij zijn aan het eind van het heidentijdperk.

77 Nu, tot slot zou ik dit mogen zeggen. Hebt u bemerkt wat voor soort persoon het was die achterbleef om te spreken tot de geestelijke gemeente? Hij zat met zijn rug naar de tent en hij – een vreemdeling – vroeg: "Waar is uw vrouw Sara?"

     Hij zei: "Zij is in de tent."

78 Hij zei: "Ik zal u gaan bezoeken, Abraham, overeenkomstig de belofte die Ik u gaf." En Sara binnen lachte in zichzelf.

     En de engel zei: "WAAROM LACHTE ZIJ?"

79 Jezus zei: "Zoals het was in de dagen van Sodom, zo zal het zijn in het komen van de Zoon des mensen."

80 Nu, begrijpt u het? Begrijpt u waarom een bediening zoals deze alleen naar Volle Evangelie-mensen kan gaan? Ziet u, waartoe het gekomen is? Ik werd opgevoed in een Baptistengemeente en ingezegend als zendingsbaptistenprediker, maar toen iets mijn hart trof, had ik onderscheidingsvermogen, dat dàt het Woord van God was. Hij manifesteerde het.

81 Zij zeiden me: "Je zult een 'heilige roller' zijn, Billy. Niemand zal naar zulk gedoe als dat luisteren."

     Ik zei: "God heeft het gezonden. God beloofde het in Zijn Bijbel. Hij zal iemand hebben die er naar luistert." Zo is het.

82 Laten wij het lichaam des Heren onderscheiden; de tijden onderscheiden waarin wij leven. Wij zullen geestelijk sterven als wij dat niet doen! En als dit waar is dan is de Heilige Geest bij ons. En wij hebben het laatste teken van de komst van de Here gekregen, juist voordat Hij is gekomen. Bedenk, dat was vlak voordat Sodom verbrandde! Slechts een paar uren voordat het verbrandde.

83 Ik geloof vandaag... Velen van u hoorden allemaal wat Chroetsjov zei onlangs tot de Amerikanen. U las het in uw kranten. Hier is zijn verklaring. U hebt een natuurlijk onderscheidingsvermogen, dan zult u dit begrijpen. Hij zei: "Als er een God is, zal Hij de tempel gaan schoonvegen en haar zuiveren van jullie kapitalistische geldwisselaars." U ziet wat dat betekent, niet waar? En hij heeft gelijk! Een heiden, een duivel, een dergelijke bedrieger moet de bedreigingen eruit gooien. Toch slapen zij; zondigend, drinkend, er gewoon geen aandacht aan schenkend, omdat zij geen geestelijke onderscheidingsvermogen hebben van het lichaam van de Here. Wat een dag waarin wij leven.

84 Broeder en zuster, tot u mijn geliefden, ik probeer niet partijdig te zijn. Ik vertel u alleen de Waarheid. Ik ben alleen verantwoordelijk voor de Bijbel. En ik vertel u, als u in mij gelooft, dat ik Zijn profeet of Zijn dienstknecht ben, gelooft u dan dat ik u de Waarheid vertel. Het eind is dicht nabij. Hoe dicht, ik weet het niet, en niemand anders weet het. Maar ik weet dat wij leven in de schaduwen van Zijn komst.

85 Kunt u die bedreigingen niet zien? Ziet u wat wij hebben gekregen? Het land probeert het weg te drinken, het weg te lachen. U kunt het niet. U doet dat om het geestelijke onderscheidingsvermogen niet te hoeven nemen, opdat God hun het teken aan de wand kan tonen. We weten dat het er is. U kunt het luidruchtig afleiden met grappen en Hollywood, televisie of thuisblijven en er op afdingen als u wilt. Maar een werkelijk wederom geboren man of vrouw, die onderscheidingsvermogen van de Heilige Geest heeft, zal zijn plaats in de gemeente vinden; aanbiddend en het uitschreeuwend en alles doen wat in zijn leven is om te proberen zondaars binnen te brengen. Zeker. Als het God is laten we... U behoorde uw hart erin te leggen. Als u onderscheidngsvermogen hebt gekregen. Werk, ga niet gewoon heen en zeg: "Ja, ik geloof dat. Dat is de Waarheid. Dat is goed. Amen." en ga naar huis. Ga aan het wérk! U hebt onderscheidingsvermogen. Werk, terwijl het licht is! Want de nacht komt wanneer geen mens kan werken. Werk, terwijl wij een open deur hebben! Werk, terwijl wij samenkomsten kunnen hebben als deze. Haal onze geliefden binnen. Breng ze het evangelie binnen. Neem onze vrienden, onze buren; God stierf voor die mensen en wij behoorden bezorgd genoeg om hen te zijn om te werken tot onze handen bloeden! Wij zullen ledig komen als wij het niet doen.

86 Zoals het kleine meisje hier ginds in Kentucky, wat onlangs stierf in de heuvels ver weg. Er waren ongeveer acht kinderen. Eén klein meisje, ongeveer de middelste van hen, rond de twaalf jaar oud; haar zusters en broers waren zo lui en wilden niets doen. En haar moeder lag op sterven met deze verschrikkelijke ziekte van tuberculose. En het kleine meisje, zij deed het dweilen, het koken en wassen, het verzorgen van haar moeder, terwijl de rest van hen rond lummelden en speelden en ging zwemmen.

87 Tenslotte stierf haar moeder. En toen moest het kleine meisje doorgaan omdat geen van hen wilde werken. En ze werkte en ze werkte en ze werkte totdat zij tenslotte de gevreesde ziekte kreeg, ondervoeding en doordat zij niet genoeg te eten had, enzovoorts, stortte het lichaam van het kleine ding ineen. Zij was stervende.

88 De één of andere zondagsschoolonderwijzer kwam bij haar binnen en zei: "Ben jij een christen?"

     Zij zei: "Ja, dat ben ik."

     Zei: "Tot welke denominatie behoor je?"

     Zij zei: "Ik hoor niet bij enige denominatie."

     Zei: "Vertel me dan, hoe ter wereld zul je Jezus gaan ontmoeten. Wat zul je Hem gaan tonen tot welke kerk je behoort?"

     Zij zei: "Ik zal Hem slechts mijn handen laten zien en dan zal Hij het begrijpen."

89 Nu, ik denk dat dat is waar Hij op zal gaan zien bij ons allen, wanneer wij zien dat er zulke samenkomsten hier plaats vinden. Hij zal gaan zien naar onze handen en zien wat wij eraan hebben gedaan. Geestelijke onderscheiding; het lichaam des Heren niet onderscheidend.

90 Laten wij bidden. Als die handen aan het werk behoorden te zijn en u weet dat zij het zouden moeten zijn. Wilt u ze dan niet opheffen tot God en Hem vragen die handen te heiligen voor Zijn dienst, terwijl wij bidden? Hef uw handen op.

91 Heer, kijk naar die handen en ook naar de mijne, Here. Ik wil komen als een gehard soldaat. Ik wil niet ledig komen. Ik wil prediken totdat ik sterf. Ik wil trekken en smeken en vasten en bidden, want ik weet dat de avondschaduwen vallen en het uur is spoedig op handen, Heer. Open mijn ogen om meer tekenen van Uw komst te zien. Zet de harten van deze mensen in brand vanavond met de grote wonderen die U beloofde.

92 Wanneer wij de voorzegging zien van de wereld en horen dat zondige mensen het uitroepen, dat Hij de hoofdsteden zal gaan wegvagen. Wij beseffen dat zij daar de bommen hebben om het te doen. Slechts een of andere fanatiekeling is nodig om het te laten afgaan. U houdt genade voor ons totdat U Uw gemeente gereed hebt. Here, wat hier is vanavond, maak ons gereed. Stel onze harten in de dienst. Toon ons Uw tegenwoordigheid want wij geloven dat Gij bent opgestaan van de dood. En onze geest onderscheidt dat Gij hier bent, dezelfde Jezus gisteren, vandaag en voor immer. U bent hier in de vorm van de Heilige Geest om te werken door Uw gemeente; om te genezen en te redden. Hoor ons, Here, als ik deze mensen en mijzelf aan U opdraag in de Naam van Jezus, Gods Zoon. Amen.

93 O, omwille van Zijn genade, omwille van Zijn goedheid. Ik voel me gewoon werkelijk uitgewassen. Dat lag op mijn hart. Ik moest het zeggen. Ik hoop dat ik mijn Methodisten-, Baptisten- of Pinkstervriend niet kwetste. Als ik het deed, ik bedoelde het niet om u te kwetsen. Ik wil u wakker maken, u een beetje schudden. Wij zijn aan het einde, geen onderscheiding van het lichaam des Heren hebbende. Onszelf afscheidend, ogenschijnlijk het geloof niet hebbend. Als er ooit een tijd was dat wij ieder van u nodig hadden, is het op dit moment nu. U hebt mij nodig en ik heb u nodig. God heeft ons beiden nodig. Laten wij onze harten en pogingen samen verenigen. Laten wij niet denken dat wij Nazarener-christen zijn of Pilgrim Holyness, Katholiek, Presbyteriaan, Pinkstermensen of wat wij ook zijn – laten wij christenen zijn. Laten wij het lichaam des Heren onderscheiden en een arm uitstrekken naar zelfs de verachtelijkste zondaar en die in de kudde brengen. Dat is mijn nederig gebed.

94 Die engel Gods, Die naar Sodom kwam; Hij kwam en Hij is beloofd. Bedenk, diezelfde engel kwam. Iedereen weet dat dat God was. Het was niet dat lichaam, omdat het lichaam stof was.

95 Ik sprak dat niet lang geleden tegen iemand, dat dat God was. Ik zei..., hij zei... (een prediker) Hij zei: "O, nu broeder Branham, u gelooft toch niet dat die man God was?"

96 Ik zei: "Hij was God. Abraham zei dat Hij het was." Hij noemde Hem Elohim. Dat is de Almachtige God; Hij en twee engelen."

     Hij zei: "Wel, dacht u dat Hij in een lichaam woonde?"

97 Ik zei: "Dat is zo gemakkelijk." Wij zijn opgebouwd uit zestien elementen: petroleum, kosmisch licht, calcium, kalium, enzovoorts. God verzamelde Zich gewoon een klein handje vol. Hij deed: "Sjjjh." Zei: "Stap erin Gabriël. Sjjjh. Stap erin Michaël." En blies er een voor Zichzelf. Zei: "Ik hoorde dat Sodom ongeveer rijp is. Laten Wij afdalen en zien. Laten Wij zelf afdalen. Abraham heeft gepredikt en anderen hebben gepredikt, laten wij voor Onszelf gaan zien."

98 Naar wie kwamen Zij? Naar de uitverkorenen. Deze Ene stapte naar achteren en sprak tot Abraham. Abraham noemde Hem Elohim. Let op die... dat hoofdletter 'El', en zie of dat niet juist is: de Here God Jehova. Hij was in een lichaam van vlees. U beseft gewoon niet wat God is. God kan gewoon: "Sjjjh" doen. Ik ben blij dat ik die God ken. Een dezer dagen zal ik niets anders zijn dan misschien vulkanische as, maar Hij zal spreken en ik zal weer tot leven komen. Hij is God.

99 Mijn vrouw zei niet lang geleden, ze zei: "Billy, je hebt bijna een kaal hoofd."

     Ik zei: "Ik heb er niet een haar van verloren."

     Ze zei: "Waar zijn ze dan?"

100 Ik zei: "Vertel me waar ze waren voor ik ze kreeg, dan zal ik je vertellen waar ze nu wachten tot ik kom." Het is zo. Er is niet een haar van uw hoofd die zal vergaan. [Dan begint het tweede gedeelte van de bandopname onvolledig – Vert] ... Die alle dingen beheerst zal zeggen: "William Branham", en zo verder, "kom naar voren." En ik zal komen in Zijn gelijkenis. Halleluja! Diezelfde God door de Heilige Geest woont onder ons vanavond. En de heerlijkheid des Heren Zichzelf bewijzend door dezelfde natuurlijke tekenen die Hij deed.

101 Als een wijnstok vandaag druiven draagt zal zij morgen druiven dragen. Als het een druivenwijnstok is, dan zal zij altijd druiven dragen. Wij zullen nooit binnenkomen onder intellectueel verstand. Wij zullen moeten binnenkomen door de Heilige Geest, omdat dat de enige soort geest is die de Heilige-Geest-gemeente draagt. Vruchten van de Geest; het leven van Christus in ons.

102 Diezelfde Engel is hier; een getuigenis vóór Sodom en Gomorra's vernietiging – op weg naar vernietiging.

103 Nu, laten wij kijken. Hoevelen hebben er gebedskaarten? Steek uw handen op. Er zijn er veertig of vijftig. Hoevelen hebben geen gebedskaart? Steek uw handen op. Wel, het zijn er drie keer zo veel. Goed. Ik voel me geleid om iets te doen. Laten wij gewoon degenen nemen die geen gebedskaarten hebben gekregen. Laat degenen met gebedskaarten misschien... Wel, zij kunnen er eveneens in komen, maar bij deze onderscheiding willen wij gewoon degenen zonder gebedskaarten nemen. Steek opnieuw uw handen op, degenen die ziek zijn en geen gebedskaarten hebben. Ik kan dan een idee krijgen van wie u bent. Goed.

104 Hier is een ontknoping. Gelooft u dat ik u de Waarheid heb verteld? Gelooft u dat u geestelijk onderscheidingsvermogen hebt om te weten dat het de Waarheid is? Wij hoeven hier niet boven te komen. Ik ben geen genezer. Ik ben een mens. Ik ben uw broeder. Christus is Uw Genezer als u slechts kunt herkennen dat Hij hier is!

105 Nu, als het er op aankomt u te genezen, als Hij hier op deze plaats stond met dit pak aan, zou Hij u niet kunnen genezen, omdat Hij het reeds hééft gedaan. Hij zou alleen kunnen bewijzen dat Hij de Christus was. Hoe zou u het weten? Door de vrucht van de Geest kent u Hem. Wat voor soort leven leefde Hij?

106 Wat deed Hij toen Hij hier was om te bewijzen dat Hij de Messias was? Toen Hij aan Petrus en Johannes werd getoond of Petrus en Nathanaël en zij...? Door hun te vertellen wie zij waren, waar zij vandaan kwamen. Dat was Zijn teken voor de Joden. Dat was het afsluiten van hun tijdperk. Er was nog een klasse mensen die er naar uitzagen dat Hij kwam. Dat waren de Samaritanen, wat half Jood en half heiden is. Hij vertelde de vrouw bij de bron over haar zonden en zij herkende dat het het teken van de Messias was.

107 Zij zei: "Wij weten dat de Messias ons deze dingen zal vertellen. Maar wie zijt Gij?

     Hij zei: "Ik ben het."

108 Nu, Hij ging niet naar de heidenen, is het wel? Want de heidenen zagen niet naar Hem uit. En hoevelen geloven dat God oneindig is? Wel zeker, Hij is oneindig. Dan kan Hij niet het ene ding hier zeggen of doen en hier iets doen en rechtvaardig zijn. Hij moet hetzelfde gaan doen. Als Hij een beter plan heeft gekregen dan behoorde Hij het in de eerste plaats te hebben gedaan. Wanneer God op het toneel wordt geroepen voor iets, en hoe Hij dat daar beoordeelt, als de ene zondaar ooit tot God riep en God redde hem op de verdienste van zijn geloof, dan moet Hij ook de volgende zondaar zo redden en de volgende zondaar en de volgende zondaar. Hij moet het hetzelfde moment doen of Hij deed het fout toen Hij de eerste zondaar redde.

109 Hij moet hetzelfde doen bij genezing. Hij heeft dat werk reeds voltooid. Het enige wat u moet erkennen is dat Hij geen mythe is. Hij is niet een of andere historische God. Hij is een tegenwoordig God. Jezus Christus, Dezelfde gisteren, vandaag en voor immer; op dit moment. Gelooft u dat Hij hier is? Zou u het onderscheiden?

110 Ik wil mijn rug naar deze samenkomst keren. Nu, ik bid dat de Heilige Geest zal bewijzen wat ik vanavond heb gezegd, bij het afsluiten van deze boodschap, dat dezelfde tekenen waarvan Jezus zei, dat die aan Sodom werden gegeven, aan deze generatie zullen worden gegeven. "Zoals het was in de dagen van Sodom, zo zal het zijn bij het komen van de Zoon des mensen." Onderscheid u dan welke Geest hier is!

111 Wie waren het ook weer die ziek zijn en geen gebedskaart hebben? Wij willen de gebedskaarten nemen. Wij zullen voor hen allen gaan bidden.

112 Nu, ik kan u niet vertellen wie wie is. God weet het wel. Eerst wil ik iemand vinden die de Heilige Geest...

113 Elkeen van u nu, begin gewoon te bidden en te zeggen: "Here, wees mij nu genadig en help mij." En zie of Hij het zal doen, zoals Hij zei dat Hij het zou doen.

114 Ik kijk slechts uit naar Zijn teken. Hoevelen weten dat Jezus vandaag een Vuurkolom is, die de kinderen Israëls volgde? "Ik ben van God uitgegaan en Ik ga heen tot God." Is dat wat Hij zei? En toen Paulus Hem ontmoette op de weg naar Damaskus, wat was Hij? Het grote licht, de Vuurkolom. Hij is Dezelfde vandaag en de Heilige Geest Gods. Het lichaam van Jezus zit ter rechterhand van God op Zijn troon in de hemel, maar Zijn Geest is hier op aarde om Zijn werk af te maken en te beëindigen. En Diezelfde Geest Die leefde in het lichaam van Jezus Christus was Dezelfde Geest Die in die engel was die tot Sodom en Gomorra kwam. Gelooft u dat? Dezelfde Die de kinderen Israëls volgde, Dezelfde God.

115 Jezus zei: "Ik ben die Rots die in de woestijn was. Uw vaderen aten het manna en zij zijn dood en Ik ben het Brood des levens, dat van God uit de hemel kwam. Ik ben dat Brood en Ik ben die Rots."

116 "Wel, Gij zegt dat Gij Abraham hebt gezien en Gij zijt niet over de vijftig jaar oud."

     Hij zei: "Voor Abraham was, ben Ik."

117 Wie was de Ik ben? Het brandende licht wat in de struik was Die tot Mozes sprak. Hij is Dezelfde Jezus vanavond. Dat is een bewering, is het niet? Ik zeg dat als een uitdaging. Ik daag elke gelovige uit om het te geloven.

118 Deze kleine die hier zit met een klein wit iets op haar hoofd, hebt u een gebedskaart? Bent u ziek? Zijn wij vreemden voor elkaar? God kent ons beiden. Er hangt een licht boven de vrouw als u het kunt zien, wat vlak boven haar cirkelt. Zij was biddende. Is dat waar? U weet dat u geen kans hebt om hier naar boven te komen. Maar u was aan het bidden omdat ik zie dat daar net beneden een donkere schaduw is. Dood. De vrouw is overschaduwd ten dode. Zij heeft een kanker. Gelooft u dat God u kan genezen? Kanker aan de borst. En ik zie dat er een dokter naar kijkt en hij vertelt u dat hij zal gaan proberen om te opereren. En u staat op de lijst voor een operatie. En ik zie u van een podium of zoiets dergelijks afkomen. U bent een prediker, een vrouwelijke prediker. Dat is "ZO SPREEKT DE HERE". Is dat waar, dame? Wat Hij zei, was dat juist? Ga op uw voeten staan als dat juist is.

119 Nu, gelooft u dat de... Kunt u onderscheiden dat dat dezelfde Jezus is, Die wrd aangeraakt... de vrouw Zijn kleed aanraakte? Niet ìk, Híj! Ik ken de vrouw niet. Zij kent mij niet. God kent ons beiden. God zegene u, zuster.

120 Ik zie een dame in een visioen. Zij is een... zij is aan het bidden. Zij is een jonge vrouw. Zij zit hierzo. Er is iets aan de hand met een baby. Het is een... zij wil... zij wil... Nee, zij heeft een baby gehad. O, het is een misgeboorte. Dat is het geweest; een dode baby. Zij komt uit Kentucky en haar naam is Martin. Waar bent u, mevrouw Martin? Ja, met die gele jurk aan. Dat is waar, is het niet dame? Ga staan als dat zo is. Ik ken de vrouw niet, maar God kent haar en daar is ze. Gezegend zij de Naam van de Here God.

121 Vlak achter haar zit een dame. Zij heeft aambeien. Zij heeft een kwaal in haar rechterzijde. Een beetje gezette vrouw met een zwart uitziende jurk aan. Hebt u een gebedskaart, dame? U hebt er geen. U hebt er geen nodig. Hebt u geloof, dat u geloof hebt om iets aan te raken? U hebt mij nooit aangeraakt. U raakte Hem aan. Goed. Steek dan uw hand op met uw zakdoek erin en aanvaard uw genezing. Ga naar huis en wees gezond in de Naam van Jezus Christus.

122 Kijk eens hier. Daar zit een kleine dame, hier achter, met een geblokt uitziende jurk aan. Zij heeft haar hoofd gebogen. Zij is in gebed voor haar vader. Hij heeft een leverkwaal. Gelooft u dat de Here hem zal genezen, zuster? Gelooft u het? Dan kunt u het hebben.

123 Dame, u was heel erg vriendelijk voor haar om haar te zeggen dat zij het was. De reden dat u dat zei, was omdat de Heilige Geest evenzo direkt naar u bewoog. Dat is zo. Hebt u een gebedskaart? U hebt het niet. U hebt er geen nodig. U bidt voor een moeder. En u denkt er aan haar morgenavond naar de gemeente te brengen. Dat is zo. U hoeft het niet te doen. Leg uw handen op haar en roep de Naam van de Here Jezus aan. Zij zal genezen worden als u het gelooft.

124 Ik daag uw geloof uit! Wie anders heeft er geen gebedskaart en wil het geloven?

125 U, die hier vooraan zit, gelooft u dat ik Gods profeet ben? Een profeet is een boodschapper voor een tijdperk. Gelooft u dat ik Gods boodschap heb? Doet u het? Ik ken u niet, maar God kent u wel. Als God mij uw moeiten zal vertellen, wilt u het accepteren als uw genezing? Gelooft u dat het is Zijn...? Kunt u dan onderscheiden dat...? Als uw geest Hem nu kan aanraken terwijl ik tot u spreek, wilt u dan uw genezing aanvaarden, wilt u het? Het is uw borst, littekenweefsel en bovendien, u bent een prediker. Dat is juist. Dat is "ZO SPREEKT DE HERE." Geloof God.

126 Ik zal u mijn rug gaan toekeren. Bid. Zie of Hij dezelfde Engel is. Zie of het dezelfde God is Die beloofde, toen Hij Zijn rug toekeerde naar de tent. Bid, sommigen van u, dat de Here God Zijn Engel zal zenden en bewijzen dat Sodom was in... het eind op handen was.

127 O Here God, zend Uw engel vanavond en geef dezelfde onderscheiding omdat het een belofte is van Uw Zoon en laat het zo zijn.

128 Een vrouw staat voor mij en zij lijdt aan slijmvliesverlamming van het hoofd. Zij zit daar achter in deze richting. Want ik voel hoe zij haar geloof inzet, wat trekt. Haar naam is mevrouw Whirley. Waar is ze? Laten wij kijken. Hier achterin ergens. Wat ook de... daar... Was dat waar, dame? Goed. Ga naar huis en wees gezond.

129 Heb geloof in God. En enige van de rest van u, bid ergens. Laat het bekend zijn, o Here, dat Gij God zijt.

130 Daar staat een vrouw voor mij, die in gebed is achter in de zaal en zij heeft complicaties. Zij draagt een rood met wit geblokte jurk. Haar naam is mevrouw Lake. Waar bent u, mevrouw Lake? Ga staan waar u ook... God zegene u. Ga naar huis en wees gezond. Uw geloof heeft u gered.

131 Dat is dezelfde Jezus. Het is dezelfde Engel. Hebt u onderscheidingsvermogen om het lichaam des Heren te onderscheiden? Gelooft u dat Christus er getuigenis van aflegt? Als u dat gelooft, steek uw hand omhoog. Hoeveel gelovigen zijn hier binnen, die hun handen op deze manier willen bewegen? Dan gelooft u mij als Gods profeet. Twijfelt u geen moment. Neem die handen die u beweegt tot God en leg ze op iemand die naast u staat en u zult de heerlijkheid Gods zien. Dat is alles wat Hij kan doen. Kunt u het lichaam des Heren onderscheiden? Kunt u onderscheiden dat Zijn Geest hier is? Deze tekenen zullen hen volgen die geloven. Als zij hun handen op de zieken leggen, zullen zij herstellen.

132 Here God, Schepper des hemels en der aarde, Auteur van eeuwig leven, maak dat Satan elke gelovige hier binnen loslaat. Ze hebben hun handen op elkaar gelegd en zij zijn gelovigen. Zij hebben geloof in God, zij geloven dat Gij het zult doen, o Heer. Uw woorden kunnen niet falen, evenmin als Uw beloften. En Uw belofte was: "Indien zij hun handen op de zieken leggen, zullen zij herstellen."

133 Nu, Satan, gij valse demon van benauwdheid, die deze mensen neerslaat in het stof, ik bezweer je in de Naam van Jezus Christus, de Zoon van de levende God, dat je hen loslaat. Kom uit van hen in de Naam van Jezus Christus!

134 Nu, leg uw handen op elkaar en bid het gebed des geloofs. En wanneer u voelt dat de Geest van God onderscheidt dat het Gods belofte aan u is; iedereen die kan voelen dat de kracht in u vaardig is, ga staan en aanvaardt uw genezing. Ik beveel u in de Naam van Jezus Christus, dat elk van u gelovigen opstaat op uw voeten en Jezus aanneemt als uw persoonlijke Geneesheer. Kom overeind, u in die rolstoelen, draagbaren, wat het ook is. Sta op. Geloof God. In de Naam van de Here Jezus Christus: Wees genezen! Zij staan op vanuit draagbaren en rolstoelen en alles.

     Goed. Broeder Sullivan.

Deze site maakt gebruik van functionele cookies.

Download
E-BookPrint
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
pdf Download PDFPDF is het meest ondersteunde formaat met absolute pagina indeling. meer info...
xps Download XPSXPS is een relatief nieuw formaat dat vanaf Windows 7 gelezen kan worden zonder extra software te installeren. meer info...
printPrint
book Download PDFPDF ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
xpsbook Download XPSXPS document ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
English (Engels)