Izebel-godsdienst
Door William Marrion Branham1 Laten we even blijven staan terwijl we God hiervoor danken. Laten we onze hoofden buigen.
Genadige en heilige Vader God, we zijn zo blij dat U een God bent Die een tegenwoordige hulp is in een tijd van benauwdheid. We danken U voor wat U voor ons hebt gedaan. We kunnen gewoon niet uitdrukken vanuit ons hart hoezeer we dit waarderen en hoe U ons te hulp schiet wanneer we in problemen zitten.
We hebben door de jaren heen geleerd op U te vertrouwen en U te geloven. En ik bid vanmiddag, Here, dat U Uw zegeningen zult uitstorten op deze mensen. Moge er geen zwakke in ons midden meer zijn als deze dienst is geëindigd. Als er een in ons midden zou zijn die niet in orde is met God, moge de kracht die Jezus opwekte uit het graf hun sterfelijke lichamen opwekken, Heer, en hun ziel, en wend hen tot U. Geef het, Here.
Zij, die zonder de Heilige Geest zijn, moge dit de grote dag zijn die ze nooit zullen vergeten, want mag het de dag zijn dat God Zijn Geest op hen uitstort. Geef het, Here. Vergeef onze zonden. We willen bidden dat U broeder Sullivan zegent, onze beminnelijke en dierbare vriend, die dacht aan de mensen en ze elke mogelijkheid probeert te bieden die hij kan om hen te helpen. Ik bid dat U broeder Sullivan zult zegenen. Zegen de predikers overal door het land. Geef hen buitengewone overvloed. Heer, mogen ze dapper staan in de kansel om het Woord van God te verkondigen.
Want we leven in de afsluitende uren der geschiedenis van deze wereld. Laat Uw goedheid ons in deze tijden overschaduwen, want we vragen het in Jezus' Naam. Amen. U kunt gaan zitten.
2 Ik ben u en God hier zo dankbaar voor. Broeder Sullivan nam het op zich. U ziet, het zou niet juist geweest zijn als broeder Sullivan dat deed, dus wij maakten ons op om ervoor te zorgen. Wij danken u voor uw vriendelijkheid.
En nu, wat de liefdegave betreft, u hoefde dat niet te doen. Neen, dat was niet nodig. Ziet u, ze hebben de onkosten betaald, het hotel, het voedsel dat we hadden, en dat is alles wat nodig was. Maar dank u heel hartelijk, en het zal gebruikt worden om de zending te helpen en mensen tot God te brengen. Er zullen geen sigaretten mee gekocht worden, geen whisky, niets wat verkeerd is; het zal voor de juiste zaak gebruikt worden. En ik bid dat God dat op uw rekening zal plaatsen daarboven en het met tienduizend zal vermenigvuldigen, elke dollar of stuiver of cent die u aan deze dienst gaf.
3 En nu wil ik het leger van de Verenigde Staten danken dat zij ons dit gebouw lieten hebben om in te zitten, om deze diensten te hebben. Ik dank hen zeker met heel mijn hart.
4 En zoals ik begreep, zei broeder Sullivan: "Alles zal precies betaald worden." Wij hebben nog nooit een stad verlaten of voor alles was gezorgd, zonder een cent schuld. We geloven gewoon in niets anders. U moet niemand iets schuldig zijn; u moet betrouwbaar en rechtuit zijn. En als u iemand iets schuldig bent, speel open kaart met hen en zeg hun dat u hun schuldig bent, maar dat als zij u gewoon wat tijd geven u hun zult betalen. Ziet u? Altijd, dat is een betere... Dat is een goed kenmerk van Christendom: eerlijk zijn, oprecht.
5 U wilt gewoon leven waarover u spreekt. Als u het zelf niet leeft, hoe zou u van iemand anders kunnen verwachten het te leven, ziet u. U bent dus geschreven brieven, gelezen door alle mensen, wees dus altijd eerlijk, rechtvaardig, waarachtig. Zeg de waarheid ongeacht hoe erg het iets kwetst. Zeg de waarheid, hoe dan ook, omdat u het dan altijd weer precies zo kunt vertellen. En als u een leugen vertelt, zou u er een miljoen mijlen omheen kunnen gaan, maar toch moet u opnieuw tot die leugen terugkomen; en u deed dan een kwade zaak. Wees gewoon eerlijk, dan kunt u het altijd op dezelfde manier vertellen, omdat het de waarheid is.
6 Zo is het met de Bijbel. Zeg het gewoon zoals de Bijbel het zegt; sluit er geen compromissen mee, zeg het gewoon op die manier, zoals het hier precies is geschreven en u er met uw vinger naar kunt wijzen. Zo verslaat u Satan. Satan zei tegen Jezus: "Als Gij de Zoon van God zijt, laat mij U dan een wonder zien doen. Men zegt dat U een 'wonderwerker' bent. Laat deze stenen brood worden en laat het zien. U bent hongerig."
7 Hij zei: "Maar er is geschreven: 'De mens zal niet leven van brood alleen.'" Ziet u? Hij nam het Woord des Vaders en versloeg de duivel regelrecht op zijn eigen grondgebied. U kunt dus hetzelfde doen: de duivel verslaan op zijn grond, met het Woord des Heren.
8 Dan zal ik altijd dankbaar zijn aan broeder Sullivan. Dit is... Neem mij deze uitdrukking niet kwalijk: ik denk dat toen men broeder Sullivan maakte Hij het patroon gewoon wegwierp. Er is niemand zoals hij. Er is slechts één man die ik ooit in mijn leven ontmoette die mij deed denken aan broeder Sullivan, dat was E. Howard Cadle. Ik weet niet of hij hem ooit kende of niet, van... Broeder Cadle was gewoon een goede, oude boerenknaap zoals broeder Sullivan. En hij stak zijn handen zo diep in zijn zakken dat zijn bretels naar beneden getrokken werden en hij sprak met zijn hoofd opzij, en hij was gewoon één E. Howard Cadle. En ik ben blij broeder Sullivan als vriend en broeder in het Evangelie te hebben. En ik bid dat God hem zal zegenen en zijn kleine gemeente hier, zijn dierbare vrouw, zijn geliefden.
9 En tot u, de andere predikers die hier zijn, tot u en uw samenkomst, Volle Evangelie-predikers; wij mogen het met elkaar niet eens zijn over kleine technische dingen van de Schrift. Ik ben het met mijn vrouw niet eens over sommige punten. En weet u waarover dat is? Zij houdt van appeltaart en ik van kersentaart; we zijn het dus niet eens. En ik vertel u wat ik met het mijne doe: ik houd van een goed, heet stuk kersentaart (ik zou het nu precies kunnen hebben) met boter er bovenop en dan stroop er bovenop; en broeder, u hebt iets, waard om gegeten te worden! Mijn vrouw is er bang voor. Ik denk dat zij bang is voor de calorieën, zij houdt er misschien wel van! Maar u weet hoe de vrouwen zijn; zij zijn bang... Zij worden zo mager dat u hen met een speld zou kunnen vastprikken en hen tot het been kunnen snijden en toch willen zij nog afslanken. Dat is hun natuur, denk ik, dus is er... Maar ik houd daarvan. Nu, daarover zijn wij het oneens, maar over andere zaken zijn wij het wel eens. Maar ziet u, wij zijn niet perfect in overeenstemming. Zo zouden wij hetzelfde willen zien, broeders, maar de hoofdzaak is dat wij taart eten, dat is het voornaamste.
10 Hoofdzakelijk, over de doop met de Heilige Geest en de komst van Christus en de grote Evangelische, fundamentele leerstellingen van de Bijbel staan wij zeker arm-in-arm. Als één groot geheel van verenigde broeders, zonder een denominatiebarrière, zonder iets om ons te hinderen, marcheren wij samen naar Calvarie, als één groot leger.
11 Als ik u ooit tot enige hulp kan zijn, zal ik het graag doen. En ik ben er zeker van dat u hetzelfde tegen mij zou zeggen. En u kunt een hulp voor mij zijn. Er is één ding dat u kunt doen, dat ik weet, en dat is voor mij bidden dat God mij nooit verkeerd zal laten gaan. Het is niet in mijn hart om verkeerd te gaan; ik wil juist gaan, ik wil doen wat juist is. Want ik besef, zoals broeder Jack Moore mij eenmaal vertelde toen hij zei: "Broeder Branham, ik zou niet in uw schoenen willen staan voor al uw ervaring op de dag van het oordeel, omdat God van u een groot antwoord zal verlangen, want Hij heeft miljoenen mensen in uw hand gegeven."
12 Nu, als ik weet dat ik daar zal moeten staan en me moet verantwoorden voor die mensen, welk Evangelie moet ik dan prediken? Welke oprechtheid, wanneer ik het met Zijn bloed gekochte in mijn hand houd? En als Hij mij een gave gegeven heeft om... zonder een spoor van twijfel zou elk verstandig denkend persoon moeten weten dat het van God komt. En als ik daarmee iemand op het verkeerde pad zou leiden, gewoon omdat een bepaalde groep dat zei, zou God mij ervoor laten betalen op de dag van het oordeel.
13 Maar toen ik niet lang geleden het visioen zag en het de mensen hoorde uitschreeuwen... Hebt u gisteravond uw boekje gekregen? De 'Stem' van de zakenlieden. Dat is goed. En in het visioen (op een keer zullen wij het in details laten drukken; dit is niet alles erover), maar daarin, en dat ziende... en ik stond daar gewoon net zoals ik nu sta. En ik keek naar mijzelf, daar liggend op het bed, keek naar mijn vrouw, maar toch stond ik hier en keek naar mijzelf. En hier stonden die mensen er zo rond omheen toen ik zei: "Zal Paulus geoordeeld moeten worden voor het Evangelie dat hij predikte?"
14 Zei: "Ja."
15 Ik zei: "Ik heb gewoon elk Woord gepredikt precies zoals hij het deed."
16 En die miljoenen riepen het uit: "Daar rusten wij op!"
17 Dat is de wijze waarop ik het hebben wil wanneer ik daarheen oversteek, ziet u. Ik wil dat het op die manier is, gewoon zó, gewoon wat Paulus zei. Ik wil er niet één ding aan toevoegen of er één ding van afnemen. Gewoon wat de Bijbel zei, dat is de wijze waarop ik wil dat het blijft voortgaan, ziet u. En natuurlijk, u mensen houdt daarvan; denominaties zullen er aan elke kant een hindernis tegen opwerpen.
18 En dan, vele keren denken de broeders dat ik tegen mijn broeders ben. God weet wel anders; zolang Hij maar weet wat waarheid is. Ziet u? Het is niet tegen broeders, het is het systeem dat maakt dat wij geen broeders zijn. Het is niet het Woord van God dat ons er van weerhoudt broeders te zijn, het is het systeem waar wij ons invoegen dat ons er van weerhoudt broeders te zijn. Dat is juist. Dus waarop moeten wij staan? Sta op het Woord en God zal daarop alle mensen ernaar toe trekken (dat is juist). Organiseer het nooit, maak er nooit een denominatie van, bewaar het evenwel in God en blijf gewoon doorgaan; houd gewoon het einde in het oog, houd vast, God zal de rest ervan brengen.
19 Er zijn zoveel dingen geweest die u voor mij gedaan hebt en ik waardeer het. Nu, als ik u kan helpen, door u een gebedsdoekje of iets te geven... Nu, vraag mij geen leerstelling, want ik heb geen verlangen dat te doen. Zoveel mensen schrijven mij vragen over huwelijk en echtscheiding, enzovoort, wat een verwarring is in de gemeente. Ik verwijs hen altijd terug en zeg: "Vraag het uw voorganger."
20 De mensen hebben mij brieven geschreven en vragen: "Hoe staat het hiermee en hoe staat het daarmee?" Ik verwijs de brief terug, u zult hem krijgen. Spreek uw voorganger voor kleine zaken, omdat hij tenslotte uw herder is. Hij is degene die God zond om over u te waken. En wij zouden het daarover oneens kunnen zijn en dan veroorzaakt dat verwarring in uw gemeente. Wij willen dat niet. Neen! Neen! Wij willen gewoon dat u stopt met dingen te doen die zondig zijn, dingen buiten de Bijbel, en dat u gewoon naar God toe blijft voortbewegen. Ziet u? En als je kleine wrijvingen veroorzaakt en dergelijke dingen, brengt dat de gemeente in verwarring. Dus, ik zou liever hebben dat uw voorganger u vertelt over huwelijk en echtscheiding en deze dingen en die dingen, laat hem het doen, Hij is ook Gods dienstknecht en hij is toegerust om dat te doen.
21 Herinnert u zich de goede Samaritaan die de verwonde man vond? Hij bracht hem naar de herberg (dat is de gemeente) en gaf de man daar twee penningen en zei hem dat als hij nog meer nodig had, hij het hem zou betalen wanneer hij kwam. Hij heeft dus twee penningen; hij is in staat om aan u te dokteren als hij een man van God is. Als hij een man van God is die staat op het Woord van God, heeft hij wat God hem geeft: de Geest en het Woord. Is dat juist? Waarin moeten wij aanbidden? In Geest en in Waarheid. En het Woord is de Waarheid. Is dat juist?
22 Nu, dank u nogmaals zeer hartelijk. En nu, ik ben vreselijk vermoeid, echt vermoeid deze middag. Ik ben niet van plan ooit nog in een hotel te verblijven zolang als ik leef. Eén groot dronkemansfeest en heel de nacht door, met de deuren slaan en schreeuwen, en vrouwen... O! Ik zat gewoon heel de nacht op, naar de sterren kijkend. Dus ik ben niet van plan om nog ooit naar een hotel te gaan. Ik zal naar een motel gaan. Ik zal een truck kopen zodat ik er in kan slapen buiten op de parkeerplaats ergens. Ik zal er een kopen, een tent en een slaapzak, of ergens waar ik tot mijzelf kan komen, ergens. Dat is juist...
23 Deze natie is zo zondig, geen wonder! Het is ondermijnd en door en door rot. Precies hier in een andere plaats, in uw staat... Niet alleen deze staat, overal. Precies hier, enkele jaren geleden, was ik in een religieuze bijeenkomst hier in de staat, in een grote stad. En die avond had een religieuze groep, een orthodoxe kerk, een conventie met tieners. Ik ben nooit... ik ben in Afrika geweest onder 'voodoo' en alles; maar zoiets dergelijks heb ik nooit gehoord. En de volgende morgen (ik kan het u niet precies vertellen, wij zijn een gemengd gehoor) ... op de vloer liggend, hadden immorele dingen gedaan, whiskyflessen overal. En die jonge kinderen, jongens en meisjes, heel de nacht samen in dezelfde kamer. En de volgende morgen dan zat de 'heilige vader' daar buiten en men kwam zo voor hem buigend naar hem toe, onder de Naam van Jezus Christus!
24 Ben ik gek geworden? Wat is er met mij aan de hand? Ik kan die dingen niet verdragen! Het is iets dat mij verscheurt als ik dat zie. Moet dat mijn Here Jezus vertegenwoordigen? Een dronken, immorele feestbende met immorele dingen die... gebruikt voor jonge mannen en vrouwen, liggend op de vloeren en in de vuilnisbakken en flessen en... O, mijn goedheid! Zou u dat Christendom kunnen noemen? Geen wonder dat de wereld in een zondige toestand is. Wel, wat zegt de zondaar wanneer hij daarnaar kijkt (duizenden van hen)?
25 Die jonge meisjes waren zo dronken dat zij nauwelijks op hun benen konden staan, en heel de nacht met die jongens in de kamer met de verschrikkelijkste vuilpraat die u ooit in uw leven hoorde. Ik legde hoofdkussens zo over mijn hoofd om te proberen te gaan slapen. Buiten op de gang, dronken, en zo door de gangen rennend, religieus!
26 Nu, dat kan ik verwachten van deze zondige mensen zoals nu, die zichzelf sportlui noemen, ginds bij het bowlingspel. Als één van mijn kinderen naar een bowlingbaan zou gaan, zou ik hem het land uitjagen (Hm, hm). Om dat sport te noemen, dat is geen sport. Wat is deze...? Als u in orde wil zijn, kom in orde met God. Dat is waar.
27 Ik wil gewoon een woord uit de Bijbel voor u lezen. U vindt deze paar woorden die ik hier wil lezen als tekst in het zeventiende hoofdstuk van 1 Koningen, het eerste vers:
... Zo waarachtig als de HEERE, de God Israëls, leeft, voor Wiens aangezicht ik sta, indien deze jaren dauw of regen zijn zal, tenzij dan naar mijn woord! (1 Koningen 17:1.)
28 Als ik u ooit een gebedsdoekje kan zenden, schrijf mij gewoon; mijn secretaris die hier nu is, broeder Maguire. Hoevelen hebben er ooit een gebedsdoekje van ons gekregen? Laat ons uw hand zien. Sta op, broeder Jim. Ik wil u zien, en uw vrouw ook. Hier is mijn secretaris en zijn vrouw, degenen die met mij werken. Dat zijn de jongen en het meisje die u uw gebedsdoekje zenden vanuit de samenkomst, beiden toegewijde Christenen. En de stem, die lieflijke stem die u hoort aan de telefoon wanneer u mij opbelt, dat is de kleine dame die hier zit, zijn vrouw. Haar vader en moeder en zo zijn hier vandaag bij ons, en de geliefden, allemaal rondom. Dus... En dan kent u mijn veldsecretaris, meneer Mercier, broeder Leo Mercier, hij is hier ergens en broeder Gene Goad. Dus als wij u een gebedsdoekje kunnen zenden, wanneer dan ook, als er iets is wat wij kunnen doen, bidden voor u aan de telefoon; wat wij ook kunnen doen, zullen wij doen.
29 Deze vreemd uitziende man met een staf in zijn hand, zijn stappen vast, zijn ogen glinsterend van de heerlijkheid Gods, zijn baard opzij waaiend, een oud harig stuk schaapsvel rondom hem gewikkeld; hij liep met flinke tred de weg op naar Samaria. Hij was niet veel bijzonders om naar te kijken, maar hij had "ZO SPREEKT DE HERE" voor die grote natie Israël. Ja, Elia, de Tisbiet, een profeet van de Here. Hij was niet veel bijzonders om naar te kijken, maar hij had het Woord des Heren.
30 Hij was niet bevreesd om voor de koning te staan, want hij was in de tegenwoordigheid geweest van één groter dan de koning, hij was in de tegenwoordigheid van Jehova geweest. Daarom wist hij waar hij stond. En toen hij voor de koning verscheen, stotterde en stamelde hij niet, hij wist waarover hij sprak. Hij kon tot de koning zeggen: "ZO SPREEKT DE HERE GOD van Israël: 'Er zal geen regen of dauw zijn tot ik er om roep.'" Waarom zei hij dat: "Tot ik er om roep. Tenzij op mijn woord"? Omdat hij het Woord des Heren had. Hij was een profeet en de profeet heeft het Woord des Heren.
31 Het is een treffende zaak de parallel te zien tussen Israël van het Oude Testament en het Amerika van nu. Beide waren grote naties. Beide werden zij gesticht en hun volk was er gekomen wegens godsdienstvervolgingen.
32 Israël was door Farao vervolgd en was gedurende honderden jaren in slavernij geweest; waar het hun was ontroofd om de ware en levende God te aanbidden; en dat voorrecht was hun afgenomen en zij waren slaven geworden. Maar God had hun een belofte gedaan in Zijn Bijbel, of in Zijn Woord, en door Zijn profeten, dat Hij hun een land zou geven. En zij waren in dit land gekomen en dreven de inwoners van dat land eruit en hadden hun erfenis in bezit genomen, want God had daarmee een doel.
33 En zo is het met deze grote natie van ons. Wij kwamen hier en op Plymouth Rock werd deze natie gesticht op basis van vrijheid van godsdienst, omdat onze voorvaderen de Roomse vervolgingen van het moderne Izebel-systeem waren ontvlucht, en zij waren gekomen en hadden vele grote vervolgingen en martelaarschap doorstaan onder dat valse systeem van Izebel. En in overeenstemming met de Bijbel, met Openbaring, het dertiende hoofdstuk, had God hen een oase en een plaats beloofd, want de vrouw werd naar de woestijn gevoerd waar zij gevoed werd voor een tijd, tijd en een halve tijd. God had de belofte gedaan aan Amerika, of aan de gemeente (aan de vrouw), om in dit land te komen.
34 Merkte u het op in Openbaring 13? Al de andere beesten waren opgekomen uit de zee, de wateren; Openbaring 17:15 zegt: "De wateren, die gij zaagt, zijn natiën en menigten van volken." Al de andere beesten kwamen op uit het water, natiën en menigten van volken. Maar toen de Verenigde Staten opkwamen, kwam het op uit de aarde, waar geen mensen waren. En bedenk dat toen het opkwam, het eruit zag als een klein lam.
35 Nu, een lam heeft twee horens en dat zijn burgerlijke en kerkelijke krachten. Maar toen zij zich verenigden, herinner u dan dat dat lam sprak zoals de draak voor hem had gedaan; en de draak was Rome.
36 Toen de draak voor de vrouw stond om haar kind te verslinden, zodra het geboren was; de rode draak... Wie stond voor de vrouw Israël om het kind te verslinden zodra het geboren was, en zond een vervolging uit en doodde al de kinderen van twee jaar en jonger? Rome, de draak, stond bij de vrouw om haar kind te verslinden zodra het geboren was.
37 En dan ontdekken wij dat dit land opkwam als een bevrijd land en was... had een lam, wat het Lam van God betekent. Maar na een poosje sprak ditzelfde systeem dat wij hebben als de draak en oefende al de macht uit die de draak voor hem had.
38 De een loopt perfect parallel met de ander. En bedenk, wanneer deze... Israël kwam op en nam haar thuisland Palestina in, dreef al de inwoners van dat land weg en nam het land in bezit. Wij kwamen binnen en namen het af van de Indianen, verdreven hen en namen het land in bezit. God had daar een reden voor. God zou de wereld aantonen wat Hij kon doen met een kleine groep mensen die vrijheid wilden, vrijheid van godsdienst om God te dienen.
39 Wat deden zij voor Israël? Hij maakte Israël de machtigste natie in de wereld en zij bleef dat tot zij buiten de wil van God geraakte. Wat deed Hij met Amerika? Hij maakte haar het machtigste land in de wereld tot zij uit de wil van God raakt. Precies parallel, de een met de ander.
40 Toen Israël in het land kwam, waren zij een groot volk, omdat zij een groot leiderschap hadden. Zij hadden Godvrezende mannen over zich zoals David, koning Salomo. Heel de wereld vreesde hen en zij verheugden zich over dat voorrecht van geen oorlogen te hebben, geen moeiten, en ze leefden onder de kracht Gods, zodat mensen van over heel de bekende wereld kwamen om hen te zien. God gaf hun een gave van onderscheiding; die was op Salomo. En de koningin van het Zuiden, van... de koningin van Scheba kwam helemaal door de Sahara-woestijn heen (zij had er drie maanden voor nodig) enkel om de wijsheid van Salomo te horen. En toen zij zag dat Salomo geesten kon onderscheiden, en haar de geheimen in haar hart bekendmaakte, zei zij: "Al wat ik over u gehoord heb, was waar en nog meer bovendien." Zij was overtuigd dat dat God was.
41 En Amerika, op de basis van onze voorvaders die hier kwamen voor religieuze vrijheid... Wij hadden in die dagen godvruchtige mannen als leiders: George Washington, Abraham Lincoln, mannen van beroemd karakter, mannen van God. Amerika was Amerika in die dagen.
42 George Washington, hier te Valley Forge, voor hij de Delaware overstak, bad heel de nacht tot hij doornat was tot aan zijn middel toe, knielend in de sneeuw. En de volgende morgen toen de Amerikanen begonnen over te steken, was er slechts ongeveer twintig procent van hen die schoenen hadden om te dragen, het Amerikaanse leger. Maar zij hadden een principe, zij hadden iets om voor te vechten. Zij gaven er niet om wat kwam of ging. (De boer kwam binnen, stopte zijn ploeg en spande zijn os uit en nam zijn geweer en ging strijden voor wat hij wist wat vrijheid was.) En de volgende dag, geloof ik dat het was, waren er vier of vijf kogelgaten (musketkogels) in zijn jas en hoed, maar zij hadden hem nooit geraakt.
43 Mannen van God stichtten deze natie, grote mannen. Geen wonder dat zij schreven:
Lang moge ons land helder zijn.
Door het heilig licht der vrijheid,
Bescherm ons door Uw macht,
Grote God, onze Koning!
44 Een tijdje geleden sprak ik met een oude man te Corydon, Indiana. Hij vertelde mij erover toen het Capitool in Corydon was en hoe hij... hij zei hoe hij in een ossenkar heenging om de gouverneur te horen spreken. En hij en de gouverneur waren de enige twee die een tweedelig pak aan hadden. Hij zei dat hij schapen fokte en ze schoor en de wol waste; zijn zusters sponnen het en maakten hem een jas die bij zijn broek paste. En de oude kerel zat daar; zo'n 85 of 90 jaar toen, trok zo aan zijn baard en zei: "Billy, dat was toen 'Amerikee' 'Amerikee' was."
45 Ik keek naar de oude kerel en ik dacht: "Jongen, je... een hoop van deze jongeren zou het niet willen geloven, maar je zegt de waarheid."
46 Wat gebeurde er met Israël na heel deze godsvruchtige achtergrond? Zij begonnen zorgeloos te worden. Zij begonnen tot een plaats te komen waar zij er niet om gaven wat er gebeurde. Zij begonnen te verzwakken in hun aanbidding van God, hoewel zij een vorm van godsdienst behielden, juist zoals wij hebben. Zij hadden een vorm van godsvrucht. Maar zij begonnen vrij te raken met hun mensen en zij begonnen verschillende ketterijen in hun gemeente binnen te brengen. De aanbidding van Bileam begon binnen te kruipen en Israël werd genotziek, dronken en dergelijke en bracht tenslotte een leider binnen die God niet kende: Achab, die zijn vader opvolgde. En zijn vader was een goddeloos man, een rijk man, maar een goddeloos man. En hij deed alle zonden, meer dan iemand voor hem ooit had gedaan. Maar Israël, in haar dronkenschapsverdoving, plaatste een dergelijk man op de troon, om heerser over hen te zijn. Zij dachten dat het allemaal in orde was. Precies zoals veel Amerikanen vandaag doen: "Hij is een goede politicus, wat voor verschil maakt het dus. Het zal niet uitmaken omdat hij een goed politicus is."
47 Veel Amerikanen, teveel, hebben hun geboorterecht als Amerikaan verkocht en zeggen: "Wat maakt het uit zolang je maar enkele extra dollars kan krijgen van de regering om te leven?" Zij hebben zich verkocht aan hun buik en de lusten en verlangens van een zondige wereld, en hebben de eigenlijke zaak waarvoor wij te Plymouth Rock landden, vergeten. Zij vergaten onze erfenis en gingen heen en verkochten zich aan de genotzieke menigten. Zoals het was in de dagen van Israël, zo is het nu gegaan; Amerika is dezelfde weg ingeslagen, precies hetzelfde pad naar beneden: genot!
48 Na een poosje onderschreef de regering zonde: "Zolang u een synagoge had, wat maakt het dan uit?" Dat is precies wat Amerika deed. En wij begonnen onszelf te organiseren en kleine groepen te vormen en zondiger, zondiger, zondiger. Wij zouden moeten zijn gebleven bij de ware principes waarvoor wij hier landden! Zonde begon de gemeenten binnen te kruipen precies zoals toen. Vrouwen begonnen hun haar te knippen, immorele kleding te dragen, elk jaar korter. En mannen begonnen dit te doen, dat en wat anders, kaartspelen en bunco-spelletjes te doen in de gemeente, en gewoon even werelds als zij waren, gek van genot, dronken verdoofden.
49 Predikers studeren af in het seminarie en de bisschop zegt: "Predik, jongens, wat je maar wenst. Wat mij betreft is het bloed van Jezus Christus 1900 jaar geleden opgedroogd." Tot de gemeente niets anders dan een organisatie werd, een club. Moge u deze middag nooit vergeten! Het wordt als een club; de wereld begint binnen te kruipen, predikers beginnen compromissen te sluiten, net zoals zij deden in de dagen van Achab. Zondig, door en door rot en steeds maar door ging het, gewoon zo hard als het maar gaan kon.
50 Ofschoon God hen profeet na profeet zond en met tedere barmhartigheden bedelde bij de mensen, keerden zij het de rug toe. Zij wilden hun eigen weg, zij waren Israëlieten, zij waren vrij, zij waren een grote natie, hun voorvaderen deden zus-en-zo (David en Salomo), zij konden doen wat zij wilden. Precies hetzelfde als waarop wij onszelf gebaseerd hebben, precies waar Washington en onze voorvaderen voor stonden. Maar, broeder, wij zijn een miljoen mijl bij die dingen vandaan; onze kerken zijn er een miljoen mijl...
51 De oude... De Methodistenkerk vandaag in vergelijking met wat de Methodistenkerk vroeger was! Wat de Pinksterkerk vandaag is en wat zij vroeger was! Wat de Baptistenkerk vandaag is met wat zij vroeger was! Als we tijd hadden om terug te gaan, in type, naar John Smith en velen van die vroege hervormers. John Smith zei voor hij stierf: "Het verschrikkelijke is dat de Methodistenvrouwen gouden ringen aan hun vingers beginnen te dragen." Methodist! Wat zou hij vandaag zeggen als hij hen zag met hun haar geknipt en verf over heel hun gezicht, korte broekjes dragend? Het is vanwege de zonde!
52 Wat heeft God in Amerika gedaan? Opwekking na opwekking gezonden, opwekking na opwekking. Predikers hebben het Woord gepredikt, geprobeerd om de mensen terug naar God te roepen. En wat deden zij? Hetzelfde als wat Israël deed: het afwijzen! De draak met hen steken! Noemde hen "heilige rollers"! Wierp hen in de gevangenis!
53 Als één van mijn zusters en één van mijn broeders, buiten deze gemeente vandaag, in dat hotel zouden hebben gestaan gisteravond, en ze hun handen opgeheven en God geprezen en gejuicht zouden hebben op die plaats, zouden zij er vandaag voor in de gevangenis zitten. Maar een dronken, verdoofde troep van idiote "onheilige rollers" kan daar blijven en de hele nacht schreeuwen; dronken en vloekend en de kleren van hun vrouwen trekkend, en tekeer gaan en op de vloer vallen en de hele nacht schreeuwen, en men kan er zelfs geen woord over zeggen. Geen wonder dat wij verdoemd zijn onder de hand van God!
54 Merk op, dat God steeds weer predikers zond, die tekenen en wonderen deden, Zijn Woord bewijzend. En het ergste van de zaak is dat veel modernistische geestelijken het verwierpen en de gek staken met elke opwekking. Zoals de zogenaamde Kerk van Christus en zo: "De dagen van wonderen zijn voorbij." Proberend hun best te doen om het van dat kleine overblijfsel van God af te sluiten. Zoals het was in Israël, zo is het vandaag. Vele malen moet God Zijn volk uit die organisaties en denominaties nemen, hen eruit halen, de woestijn in, alleen, om tegen hen te spreken. En Hij zal een overblijfsel hebben, maak u daar niet bezorgd over. Hij deed het toen, Hij zal het nu doen. Steeds maar verder gingen zij door in zonde, door de dingen heen wadend. Waarom? Hun leiderschap. Er is niets om hen te stoppen.
55 Wel, eerlijk, ik ken vele naties die als zij de mensen op straat zouden betrappen, gekleed zoals wij hier in Amerika doen, hen in de gevangenis zouden zetten. Toen ik naar St. Angelo in Rome ging (nu, denk u even in, hoe laag dat is), had men daar een bord bij de St. Angelo catacombe: "Aan de Amerikaanse vrouwen: 'Doe alsjeblieft kleren aan om de doden te eren.'"
56 Als er iets is dat u misselijk maakt, dan is het wel als u een stel zogenaamde Amerikanen ziet binnenkomen. Ik zat in Luzern; wij deden ons tegoed aan een biefstuk op een dag, broeder Arganbright en ik. De volgende dag gingen wij weer, omdat het er goed was om te eten. Ik kon daar wat water krijgen; zij wilden niets anders serveren dan wijn. En ik wilde water hebben; ik moest heel de tijd een kan water onder mijn eigen arm dragen, omdat men u geen water aan tafel wilde serveren. Ik ging dan daar naar binnen en alles was in orde tot "Miss America" binnenkwam met een kleine, vuile snotneus poedelhond; met genoeg driestuivers juwelen aan en zo, een sigaret op het eind zo naar buiten stekend; ging daar zitten, zich iets aanmetend wat zij niet was; en zette die poedel op tafel, het smerige, vuile ding.
57 Het is... Een hond is het slechtste ding waarvan God spreekt. Zelfs de tiende ervan kon niet eens betaald worden in het huis van God. "Het is zoals de hoer, een tiende van de hoer", zegt de Bijbel. En toch, daar hebt u het. Zij zullen geboortecontrole praktiseren en bijna duizend dollar betalen voor een hondje dat ze meenemen en het de liefde geven als voor een kind, zodat zij heel de nacht lang kan uitgaan, en ze zal geboorteregeling toepassen.
58 Wat wacht er anders dan chaos! U mag mijn stem nooit weer horen, maar ik wil dat u zich dit herinnert: wij zijn aan het einde!
59 Daar vinden wij wat er gebeurde, wat het deed. Tenslotte kwam het grote uur: Achab werd verkozen en toen hij het werd, huwde hij Izebel; die verdorven vrouw, die heel Israël tot afgoderij leidde. En zoals Israël toen deed, wel, dit... Zij moeten in een afvallige toestand geweest zijn om ooit iets dergelijks in hun natie te laten gebeuren. De wetten worden gemaakt door het volk voor het volk en wij hebben hetzelfde gedaan!
60 Er was een tijd dat Amerika niet wilde... men wist wel beter dan die oude prostituée toe te staan, de oude hoer die het bloed van de martelaren dronk (hen doodde) ... En de reden dat zij hierheen vluchtten: voor vrijheid; zij zouden zich iets dergelijks niet hebben laten welgevallen. Het toont aan dat wij in een afvallige toestand zijn, een hele natie, om iets als dat te verkiezen. O natuurlijk, nu u... sommigen van u goede ondubbelzinnige democraten zullen dit denken: "O, wel, hij zal een goed politiek leider zijn." Dat mag in orde klinken voor het verstand, voor het vleselijk verstand. Maar voor het Woord van God en het geestelijk verstand, kan het niet juist zijn. Zeker is het dat niet, enkele extra dollars meer en wat belasting minder of iets dergelijks.
61 En wij hebben een moeilijke tijd, onze zendelingen op het veld vandaag, omdat wij nu beschouwd worden als een Katholiek land. Welzeker, Rusland wordt als communistisch beschouwd, omdat zij een communistische leider hebben. Rood China wordt als communistisch beschouwd, omdat zij een communistische leider hebben. Wij worden als Katholiek beschouwd, omdat wij een Katholieke leider hebben.
62 O, toen Achab op de troon zat... U zegt: "Hij was op de troon." Dat is juist, maar Izebel was het hoofd achter die troon. Zij was degene die de leiding in handen had. Kijk hoe zij de wetten van het land nam en er een draai aan gaf ten bate van haar eigen voordeel en hebzucht, maar ze liet Achab het doen, omdat zij met hem getrouwd was. En zo is het met onze leider vandaag. Ik zeg niet dat hij geen aardige man is, maar kijk wat er achter hem is: de hoer, precies datgene waarom wij hierheen zijn gevlucht (om Amerika te worden); juist de principes waarop Amerika gebouwd is. Wij verkozen iets dergelijks door onze eigen vrije keuze.
63 Nu, ziet u waarom mijn stem vrij spoedig gestopt zal worden; iemand zal het weten! Ja! Waarom? In Openbaring 2:20 noemt zij zichzelf "een profetes". Let u slechts op de golf van zonde die nu gebeurt. Let u erop dat de zaken hand in hand zullen gaan. Let u op het modernisme, let u op de goddeloze dingen die in de kerken gebeuren. En uiteindelijk zal er een vervolging komen. De Bijbel zegt het; ZO SPREEKT DE HERE! Zeker, het zal er zijn.
64 Wat zal er dan gebeuren? Precies zoals het toen was, zo zal het nu zijn. Zij was de macht erachter, zij was degene die het beheerste. Lees het... ik geloof dat het het... ongeveer het zeventiende of achttiende hoofdstuk is, daarin ergens. U zult ontdekken wat Izebel deed: hoe zij Achab nam en hij kon er niets over zeggen, omdat het zijn vrouw was. Kijk waarop de natie toen gebouwd was: een teruggevallen Israëliet met een heidense vrouw achter hem, die een aanbidster was van Baäl. En wat deed zij? Zij maakte tenslotte alles zo modernistisch en zo mooi, en de mensen hadden het zo gemakkelijk, dat de hele gemeente ervoor viel, predikers en al. Zei Elia niet: "Here, ik ben de enige die overgebleven is?" En zoals het toen was, loopt het vandaag parallel.
65 Allen waren te bevreesd om iets te zeggen. Is het zo ongeveer niet hetzelfde vandaag? Zij waren te bang om iets te zeggen. Wij ontdekken dus dat zij gewoon slap waren, willekeurig, dronken en tekeer gaand, genotziek en al het andere, precies zoals het vandaag is. Izebel die die Schriften verdraaide... Wat deed zij... of die wetten, zoals Izebel ze zal verdraaien. Bedenk dat Izebel zichzelf een "profetes" noemt om de mensen te onderwerpen, en zij zegt dat zij "de enige stem van God op aarde is". Zij zal de vleselijke gezindheid het doen geloven, zo zeker als de wereld.
66 "Er zal een aanbidding komen van een vrouw in de Verenigde Staten en dat zal Maria zijn." Ik zag het, dertig... 1931. Zeven dingen gebeurden. Ik heb het hier precies op papier bij mij, schreef het in 1931. Hoe ik zei: "Deze president, Franklin D. Roosevelt, zal veroorzaken dat heel de wereld... zal er toe bijdragen dat de wereld in oorlog gezonden wordt." Het was nog niet tot oorlog gekomen, gedurende de tijd van de crisis. Ik zei: "Een ander ding..." En mijn moeder, een Democraat in hart en nieren, als zij mij niet hard aankeek toen ik dat zei. Ik zei: "Ik geef er niet om of het een Republikein is of dat hij een Socialist was of wat anders ook, dit is ZO SPREEKT DE HERE." En ik zei: "Zij doen dit; zij staan de vrouwen toe om te stemmen. En wanneer zij dat doen, hebben zij één van de schandelijkste dingen gedaan die deze natie ooit gedaan heeft." En ik zei: "Op een dag zal men ervoor betalen." En men deed het bij de laatste verkiezing. Dat is wat hem verkoos, vrouwen.
67 En u, dierbare gekleurde mensen in het zuiden, hoe u stemde! U zegt: "Het gaat u niet aan om dat vanaf de kansel te zeggen." O ja, ik heb het, het is het Woord van God! En de bloedvlek van Abraham Lincoln, degene die u bevrijdde, ligt daarginds in het museum op de jurk van een vrouw, en u verkoopt uw geboorterecht. Schande over u.
68 En u mensen, ten behoeve van politiek, omdat u gewoon een goede Democraat bent, stemde u voor iets dergelijks; en u verkocht uw geboorterechten van Amerikanisme en christendom, om het over te geven aan de hoer die ons in deze natie deed vluchten, wat ons maakte wat wij waren. Ziet u hoe zij is binnengekropen? Heel langzamerhand, tot zij nu op de troon zit. Zeker! De troon van het Witte Huis.
69 Let op! Reeds... Zag u het onlangs over de Katholieke scholen en de Protestantse scholen? Ondersteunt de Katholieke school maar niet de Protestantse. Zie? O broeder! Let u erop dat een golf rommel nu tevoorschijn komt. Merk op. En toen zij het deden, kijk wat er gebeurde. Al deze zonde die zich ophoopt. Het kwam zover dat het land tot een soort schrikbarende plaats geraakte.
70 Enkele jaren geleden toen men... de Pinkstermensen voor het eerst opkwamen, redde het de natie enkele jaren terug toen Al Smith begon. Amerika wist toen beter. Maar Pinksteren werd zo werelds dat zij er gewoon weer in terugvielen en ze verkochten hun rechten als Christen aan de politiek en haar politiek boven de Bijbel. O my!
71 Nu, wacht even en houd gewoon in het oog hoe dit uitpakt. Nu, wij ontdekken wat zij deden en de dingen die zij deden; wij zien het hier gewoon precies parallel mee lopen, zonde aan elke hand. Izebel kwam binnen; zij betoverde al de mensen. En merk op, tenslotte begint zij grote beelden te bouwen voor Baäl. Is dat juist? En de Baälpriesters groepten samen van overal vandaan om in die plaats te komen, en begonnen het land met Baälaanbidding te bederven.
72 Kijk hoe zij het gedaan hebben, kijk hoe zij zich ingebed hebben. Gewoon de dingen die zij gedaan hebben, kijk waar zij vandaag aan toe zijn. Kijk naar het katholicisme dat verzwelgt, verzwelgt, en verzwelgt; introuwt, dit brekend, precies wat Daniël zei dat zij zouden doen, IJzer en leem zullen zich niet vermengen, maar hun zaden met elkaar vermengend, brekend. Elk Protestants meisje dat een Katholieke jongen huwt moet haar kinderen Katholiek opvoeden. Alles zoals dat, huwen, zich samen mengen, zodanig dat het tot een plaats is gekomen dat het de gehele Verenigde Staten totaal heeft doorknaagd.
73 Wat zullen wij doen als zendeling, ginds uitgaande om te bevrijden in Zuid-Amerika en in heel de rest van de wereld, Tommy Osborn en de rest, om te proberen de mensen uit dat heidendom te krijgen, terwijl zij met hun vinger terug kunnen wijzen op het feit dat wij onze leider verkozen, op dezelfde zaak? Wat gaat er met deze wereld gebeuren? Het zou elke persoon hier binnen moeten schudden. Hoe zullen wij ons verantwoorden? Wat zal de zendeling moeten zeggen wanneer zij zeggen: "U komt hier om ons hiervan te bevrijden terwijl uw eigen volk dezelfde zaak in uw bestuur op de troon plaatst?" Hoe zullen wij... wat...?
74 Kijk terug in de bladzijden der geschiedenis, sla terug en zie of het niet absoluut bijna ongrondwettelijk is dat het zo is. Zij zouden het jaren geleden niet doen, maar ziet u, wij hebben onze christelijke rechten aan de politiek verkocht en zo draaide de duivel zichzelf erin: Achab was niets anders dan een stroman voor Izebel. Dat is alles wat dit zal zijn, gewoon een stroman. Hij zal het zelf niet doen, maar dat systeem achter hem zal hem ertoe drijven. Precies juist! Wek uw bewustzijn op, u Christen. Maak uzelf wakker, het is later dan u denkt. De toestand waarin wij zijn; de toestand waarin zij waren en hoe zij zichzelf slapper lieten worden.
75 Hoe moet het grote liefhebbende hart van God het hebben uitgeroepen en hebben geweend, toen Hij Zijn zendingsmensen zag. Maakte hen een voorbeeld; al de naties kwamen van overal, omdat God hen had gezegend, en men zag hen in eenheid. Geestelijk, God dienend. En dan te bedenken dat Hij ernaar verlangde dat zij terugkwamen naar hun eerste liefde om te doen wat juist was, maar voortdurend gingen zij verder en verder weg tot tenslotte Izebel binnenkwam. Dat is precies wat wij hebben gedaan. We zijn weggedreven van de beginselen van Christus. Toen God Zijn predikers door het land zond, predikten zij heiligheid, de Pelgrim Heiligheidsmensen, Nazareners, Pinkstergroepen: "Keer terug tot God! Keer terug tot God!"
76 En de echt vanouds gevestigde kerken lachten gewoon en staken er de gek mee. Veel van die modernistische gelovigen, wel, zij veroordeelden alles wat die mannen deden en zeiden dat het van de duivel was. Wat veroorzaakte het? En de gemeente begon ernaar te luisteren, de meerderheid begon te luisteren. Het eerste, weet u, als de Katholieke vrouw dit soort dingen zou kunnen dragen kon de Protestantse het ook. Als de Katholieke kerk dit kon doen, kon de Protestantse het ook. Als dan de Methodist het kon, wat dan met de Baptist? Als dan de Baptist het kon, wat dan met de Pinkstermensen?
77 Ziet u, daarin brengen mensengemaakte systemen u. Halleluja. Dat is waar. Dat is de reden waarom ik er tegen ben, omdat Gods Woord er tegen is. Door de mens gemaakte systemen: God is er tegen, Zijn Woord is er tegen, Zijn profeten zullen er tegen zijn, Zijn ware dienstknechten zullen er tegen zijn, allen die geboren zijn uit de Geest van God zullen er tegen zijn.
78 Kijk hoe Israël werd, hoe zij meedreven met het tij, tot uiteindelijk Izebel kwam. Kijk hoe Amerika werd en meedreef met het wereldse tij tot Izebel tenslotte de troon nam. Dat is juist. Nu, Izebel was niet echt op de troon van Egypte... of troon van Israël, maar zij was het voornaamste hoofd achter de troon. En de Katholieke hiërarchie is niet op de troon van de Verenigde Staten, maar zij is het systeem erachter, omdat hij met haar gehuwd is. En de Bijbel zegt dat zij in dit land "een beeld zouden maken, gelijkend op het beest".
79 O broeder, zuster, wat is er aan de hand? Wel, ik weet wat het is. De Bijbel zei dat zij in deze Laodicéa-tijd zouden komen en daar zijn wij aan toegekomen. U kunt mij nu haten, maar op een dag zult u dat niet meer doen, wanneer u ontdekt wat de waarheid is. U mag het oneens zijn en opstaan en het gebouw uitgaan; dat toont gewoon uw onwetendheid. Maar op een dag zult u het beseffen, op een dag zult u verlangen en weten dat het de waarheid is! Ik spreek het in de Naam van de Here! Ik stel mijzelf op als een schietschijf, wat mij uiteindelijk naar het graf zal drijven. Ik zal een getuige zijn tot ik sterf, indien God mij zal helpen. Dat is juist.
80 Wij zijn hier in deze toestand waarin wij vandaag zijn; alles gaat op die wijze voort. En zoals Israël, zoals Achab deed, een stroman voor Izebel, omdat hij met haar gehuwd was, onze leider in Amerika... Hoe werd onze... Weet u dat onze leider een rijk man was? Hoevelen weten dat? Een multimiljonair! Iemand zei het mij, in een tijdschrift of op de radio of televisie of zoiets. Jack Benny of iemand anders maakte een... Ernie Ford, geloof ik dat het was. Iemand zei dat zijn vader hem hielp om twee staten te krijgen die hij niet bezat. Hij bezit gewoon zo ongeveer de rest. Hoe verkreeg hij het? Hoe kwam dat geld er? Door de Whisky-val die... sterke drank. Dat is de reden dat hij de belasting op whisky en dat spul verlaagde. Dat maakte hem tot een rijk man. Hetzelfde wat onze natie vervloekte, hetzelfde wat de geest van de mensen verdierf, de zaak die onze jongens dronkaards deed worden, en onze meisjes tot prostituées, het geld daaruit maakte van hem een rijk man.
81 Dezelfde zaak, dat oude Izebelsysteem, dezelfde zaak die onze mensen vervolgde, dezelfde zaak die hen ginds bedwelmde (in Romanisme) en hen verbrandde en hen uit elkaar trok en van alles met hen deed, hetzelfde bloed der martelaren (zegt de Bijbel) is in haar! Daar zijn zij, samen gehuwd. En wij Amerikanen wankelen gewoon voort: "O, wel, wij krijgen een paar extra dollars en wij hebben een goede tijd. Wij zijn beter af dan al de andere naties." Maar, broeder, wacht u gewoon even.
82 Laten wij het nu letter voor letter nemen, gedurende de volgende ogenblikken en bezien wat er gebeurde.
83 De predikers gingen gewoon door en nestelden zich bij hen, gingen gewoon met hen door, heel het systeem. Het hele Israëlietische systeem ging regelrecht door met Izebel. Zij hadden een vorm, ja. En zegt de Bijbel ons niet dat wij in de laatste dagen 'een vorm van godsvrucht' zullen hebben? Al de profetieën zijn vervuld, broeder, wij zijn aan het einde! Nationaal zijn wij aan het einde! Geestelijk zijn wij aan het einde! Elk systeem is aan zijn einde! Het volgende is het komen van de Here en de verandering van de gemeente.
84 God zond elk teken, wonder, deed alles wat Hij kon doen, proberend om de mensen te trekken, maar voortdurend gingen zij er gewoon in door. Kijk naar deze stad hier, kijk naar dit land hier rondom, met tientallen honderden en honderden Pinkstermensen; en waar zijn zij vanmiddag vanwege het staan op de Waarheid? Omdat iemand hun zei niet met de samenkomst samen te werken. U, arme, opzettelijk... God zij u genadig is het enige wat ik kan zeggen. Als u, Christenen, niet meer ruggengraat hebt dan dat, bent u een meeloper in plaats van iemand met een ruggengraat. Juist! Wat wij nodig is "het Evangelie te preken met tanden erin", wat de zaak aan stukken zal hakken. Deed gewoon met de rest van hen mee; en dan vraagt u zich af waarom wij er over tekeer gaan. Dan, ziet u, wordt u met de nek aangekeken. Ik verwacht het, ik moet wel.
85 Dit alles speelde zich af in Israël. Tenslotte kwam er op een dag een oude, harig uitziende kerel aanstampen uit de woestijn, Elia de Tisbiet. Hij kwam beslist niet uit één van de organisaties; hij kwam uit de woestijn! Hij had niets met hen te doen. Hij was een profeet van de Here. Broeder, hij schudde dat Izebel-koninkrijk voor alles dat er in was. Zij haatten hem. Hij had geen samenwerking, dat garandeer ik u. De Bijbel zegt van niet. Zeker. Ik kan mij indenken dat hij die Izebels met beschilderde gezichten het vuur aan de schenen legde. Hij legde de bijl aan de wortel van de boom zoals Johannes deed; de spaanders vielen waar zij maar wilden, maar hij velde haar. Hij schudde de natie, toonde dat zij verkeerd waren en probeerde hen terug te roepen naar een ware levende God, en terug naar Zijn Woord in plaats van naar een Izebel-aanbidding.
86 Wat deden zij? Ontvingen zij hem? Zij haatten hem! Maar zijn woord ging evengoed door, omdat hij het ZO SPREEKT DE HERE had! God werkte met hem en toonde dat hij een gezalfde profeet was, doordat de dingen die hij zei, gebeurden. En door alles wat hij deed bewees hij dat hij Gods profeet was. Maar toch wilden zij het niet geloven, omdat hij hun speelhuizen afbrak. Hij zei hun dat zij 'verkeerd' waren. Achab was een losbol. Waar! En u merkt op dat zij hem niet geloofden, maar hij predikte het toch. Geen van de predikers was het met hem eens. Hij zei: "Ik ben de enige die is overgebleven, Here. Kijk eens naar hen, zij willen niet... zelfs niet één, niemand wil samenwerken." Maar hij had een opdracht te vervullen en hij deed het. Hij had het Woord des Heren: ZO SPREEKT DE HERE! En hij viel de natie aan, hij viel de kerk aan, hij viel alles aan wat er was, en God was met hem!
87 Ons is beloofd, in de laatste dagen, dat hij zal terugkeren, ook naar dit land. Ik weet dat Jezus, toen... toen zij Hem vroegen, in Mattheüs 17: "Waarom zeggen de Schriftgeleerden dat Elia...?"
88 Let op wat Hij zei: "Elia moet waarlijk eerst komen." Verleden, tegenwoordig... in de toekomstige tijd; maar vervolgens gaf Hij Johannes als voorbeeld. Johannes was niet Maleachi 4. Johannes was Maleachi 3: "Zie, Ik zend een bode voor Mij uit om de weg te bereiden."
89 Maleachi 4, Hij zei: "Zie, Ik zend u de profeet Elia, voor de grote en geduchte dag des Heren komt, als heel de aarde zal verbrand worden als een stoppel."
90 Voor die dag zal Ik Elia zenden, en dat was Johannes niet, omdat de Here de aarde nimmer verbrandde toen Johannes kwam. En als u het in het laatste hoofdstuk opmerkt, in het laatste vers zei Hij: "En hij (let op; hij, sprekend...) zal het hart der vaderen terugvoeren tot de kinderen en het hart der kinderen tot hun vaderen."
91 Let nu op! Toen de eerste Johannes kwam, de eerste Elia, wat deed hij? Hij kwam en bracht een boodschap en keerde de harde harten van de oude orthodoxen tot het geloof van de jonge gemeente, de kinderen. Maar wanneer de volgende Elia komt, in de eindtijd, moet hij teruggaan en de harten der vaderen nemen... van de kinderen, liever, en hen terugvoeren naar het geloof van de pinkstervaderen. Ziet u het verschil? Hij zal niet één van deze zogenaamden hier zijn, die wij vandaag hebben; hij zal direct teruggaan naar Handelingen 2 en van daar af aan beginnen. Hij zal het onvervalste Evangelie prediken, gewoon dezelfde dingen zeggen als die Petrus zei op de Pinksterdag, omdat wat hij zei op Pinksteren volkomen wordt bevestigd door de rest van de Schriften. Hij zal niet bij een organisatie rondhangen, wanneer Elia komt. Hij zal vrouwen haten zoals Elia deed, net zoals... of slechte vrouwen, net zoals Johannes deed. Hij zal een wildernisliefhebber zijn net zoals zij waren. Hij zal niet sparen. Wij zien er naar uit dat hij komt. Hij zal komen. God zei dat hij zou komen en hij zal hier zijn!
92 Ik geloof, indien er iets is, dat de boodschap die wij vandaag hebben die grote komst van hem zal voorafgaan! Jazeker! Hij is op weg, reeds geboren. Zoals Elia was, en de woestijn uit kwam stampen, zal hij zichzelf ergens bekendmaken. Hij zal Handelingen 2 prediken; hij zal het geloof van deze oude pinkstervaderen direct terugbrengen naar de... het geloof van deze pinksterkinderen, gewoon terugbrengen naar het geloof van de pinkstervaderen. Hij zal regelrecht teruggaan naar Handelingen 2, Handelingen 2:38, en zo helemaal door. Hij zal het echte, ongerepte Evangelie brengen. Hij zal niets te doen hebben met Izebel en haar systeem. Hij zal een dienstknecht Gods zijn. Beslist! De Bijbel zei dat hij zou komen. Hij zal profeteren en zijn boodschap in het gezicht van deze Izebels uitschreeuwen, precies zoals Elia in het begin deed tegen Israël. Zij zullen hem haten! Zij zullen niet met hem samenwerken, neen. Hij zal komen! God beloofde het en hij zal op het toneel komen. Hij zal tot de uitverkoren gemeente prediken zoals er staat dat hij zou doen, die uitverkorenen schudden, het vleselijke ervan afschudden, de wereld en dergelijke, het afschuddend, het inkokend, de gemeente samenbrengend, één volk.
93 Ik weet dat u zegt: "Dat is mijn denominatie." Broeder, u bent verkeerd! Johannes kwam als een éénmanssysteem om één Man te introduceren: Jezus Christus. En de Elia zal geen systeem zijn, het zal een man zijn, Jezus zei het. Het zal één man zijn die gezalfd is met de Heilige Geest. En hij zal geen drie of vier goden introduceren, hij zal er Eén introduceren: de Here Jezus Christus, omdat zijn boodschap de pinksterkinderen weer terug zal schudden naar het geloof van de vaderen.
94 Bedenkt u, broeder, dat indien ik deze dingen zeg om gemeen te zijn, ik naar het altaar behoorde te komen. Ik zeg het u: "Het is ZO SPREEKT DE HERE!" Als God niet heeft betuigd dat ik u de Waarheid gezegd heb, in de hele natie, de wereld rond, zeg mij dan waar de fout was. Ik zeg u de Waarheid! Keer terug naar God, snel! Kom uit van deze systemen omdat de Bijbel zegt, in het boek Openbaring, dat de Rooms-katholieke hiërarchie een hoer was en dat zij een moeder was van hoerendochters. Wat is dat? Kerken, systemen.
95 En waar kwam de Methodistenkerk, en waar de Lutheraanse kerk vandaan? Waar kwam de Methodist, de Baptist, waar kwamen alle organisaties vandaan? God organiseerde nooit een gemeente. De Katholieke kerk zegt dat zij daarginds begonnen toen "Jezus de kerk organiseerde". Ik wil de bladzijde in de geschiedenis of de bladzijde in de Bijbel daarover wel eens zien. Er was nooit een organisatie gedurende 306 jaar. Na de dood van de laatste apostel vormden zij het Concilie van Nicéa en maakten een organisatie. En toen Luther er uitkwam... hij was een groot man van God, maar zodra hij heenging, ging die kleine groep mensen terug en vormde een nieuwe organisatie. Toen ging de Heilige Geest eruit en kwam op John Wesley. Hij organiseerde nooit iets, maar nadat hij was heengegaan, organiseerden zij zich. Toen kwam de Heilige Geest binnen met de Pinkstermensen en zij gingen uit van de Methodisten. En wat gebeurde er? Vervolgens organiseerden zij zich.
96 Maar er zal een eenmanssysteem voortkomen met de kracht en de zalving van Elia, om de profetie te vervullen. Halleluja! Hij zal het schudden. En bedenk, hij profeteerde tegen hen en profeteerde, en vertelde hun al de dingen, en God werkte met hem. Maar zijn laatste boodschap was een aanval op het Witte Huis (hm, hm). Toen Johannes kwam was zijn laatste boodschap op het Witte Huis van die dag gericht. Elia's laatste boodschap, toen hij die morgen die weg afging, na daarginds in de tegenwoordigheid van God te zijn geweest... Hij wandelde die weg af met z'n oude haren mantel over zich, zijn kale hoofd blonk, z'n bakkebaarden waaiden op, die kleine oude ogen glinsterden van de glorie van God. Die stok in zijn hand en zijn voeten gewoon zo stevig als zij maar konden zijn. Wat deed hij? Hij wandelde van Samaria af recht in de tegenwoordigheid van het Witte Huis, om te zeggen: "ZO SPREEKT DE HERE!" Niets vrezend. De kerken hadden hem afgewezen, de mensen hadden hem afgewezen, nu geeft hij dus zijn laatste aanval op het Witte Huis.
97 Wat gebeurde er dan nadien? Luister! Na die aanval werd zijn stem stil; niemand hoorde hem nog. God riep hem van het toneel, zeggend: "Elia, je hebt je boodschap bekend laten worden in heel Israël; zij weten het. Nu, kom hier in de wildernis, ga weg van hen, scheidt je af omdat Ik iets zal doen. Ik zal hun tonen wat het is om Mijn Boodschap te verwerpen." Wat zette in? Oorlog, hongersnood, voedselgebrek.
98 ZO ZEGT DE HEILIGE GEEST: "Let op wat er komt! Let op wat er zal volgen! Er was een hongersnood, er zal een hongersnood zijn!" O, misschien niet naar brood, maar om het Woord van God en Zijn Waarheid te horen. Al de gemeenten zullen sociaal met elkaar omgaan en er gewoon precies hetzelfde in meegaan, precies alsof zij er reeds door verzwolgen zijn.
99 Wat deed Elia? Hij vond een verborgen bron, hoog op de berg waar hij wat water des levens kreeg, Goddelijke openbaring van God, terwijl hij daar boven zat onder de kracht van God. De openbaringen waren een kleine verborgen bron, terwijl de rest van hen verhongerde. En God zegende Zijn knechten (die raven), zij brachten hem iets te eten terwijl hij geïsoleerd was van de mensen. En zij hongerden daar beneden naar een opwekking, en allen jammerden: "Je hoort niet meer van zijn opwekkingen te... Waar is die oude zonderling die rondgaat met onze organisaties te vervloeken?"
"Waar is hij nu?" Zij wisten het niet. Hij trok zichzelf terug bij God, buiten in een eenzame plaats, waar zij zijn stem niet hoorden. Toen begonnen zij te zien.
100 Wanneer God een boodschap uitzendt en het de mensen vertelt, en zij ontvangen het niet, dan trekt Hij Zijn dienstknecht terug en zendt Zijn plagen: hongersnood, dood (geestelijk gesproken, ook lichamelijk). U kijkt uit naar een terugval, broeder. U denkt dat u iets hebt gezien, wacht u gewoon nog een poosje. U hebt nog niets gezien. U denkt dat u smacht naar een goede, geestelijke opwekking, wacht u nog een poosje. Wacht even, verlang en roep het uit om het Woord van God te horen. De Bijbel zegt het! "Er zal een hongersnood zijn in de laatste dagen", zei de profeet, "en niet alleen naar brood en water, maar naar het horen van het ware Woord van God." En die stem zal stil zijn, in de wildernis ergens, verborgen.
101 Hij verordineerde de raven, Zijn dienstknechten. Zegen die vogels, Zijn dienstknechten, die de stem van Elia in leven hielden gedurende de tijd van zijn isolatie van de gemeente. De raven brachten hem 's morgens vlees en brood en 's avonds vlees en brood, en hij dronk uit de kleine bron terwijl de rest van hen daar beneden het deden zonder enig geestelijk voedsel en water.
102 Op een dag dan, nadat de zonde haar tol had geëist en God Zijn volk op de knieën gebracht had... Izebel had alles genomen, zij veegde het allemaal van de baan en zij zal het opnieuw doen! Dat is ZO ZEGT GODS HEILIGE BIJBEL: "Zij zal het opnieuw doen." Zij is precies op de troon nu, achter de stroman; er een draai aan gevend op elke manier die zij maar wil. Niemand zal haar stoppen. Zeker, niemand zal haar nu stoppen, omdat wat zij in de religieuze kringen niet konden verkrijgen, hebben ze allemaal in de politiek er ingelast, en daar hebben zij het gedaan. Hm, hm, dat is precies wat zij gedaan hebben. Welnu, het politieke zal een boycot zijn, precies weer terug tot het merkteken van het beest, zo zeker als ik hier sta, ziet u, zoals de Bijbel het zei.
103 Ik weet dat het laat wordt, ik zal mij haasten. Ik moet dit laatste woord nog inbrengen, als de Here het mij zal toestaan.
104 Let op! Elia bleef daarboven tot God hem bewoog. Hij had geen opwekkingen. Hij predikte er niet tegen of niets. Hij stond gewoon daar boven met God alleen, buiten in de wildernis, want hij was een man van de wildernis. Hij was opgegroeid in de wildernis. Evenzo was Johannes in de wildernis opgegroeid.
105 Hij ging buiten de wildernis in, alleen met God, weggenomen van de gemeente nadat hij zijn boodschap had gegeven. En de gemeente wees het af, wees het af. En tenslotte wilden de organisaties niets doen, zodat hij er gewoon uit moest gaan. God riep hem weg van het toneel, nam hem mee de woestijn in en zei: "Kom hier, zij willen niet meer luisteren. Kom hier, dan zal ik Mijn oordeel op hen werpen." O ja, hij zal hier één deze dagen zijn, let maar op.
106 Na de dagen van zijn profetie, wat gebeurde er toen? De gemeente kwijnde weg door de enorme terreur van Izebel; zij drong zichzelf bij hen allemaal binnen, schrokte hen allen op, nam hen in zichzelf op en bouwde heilige bosjes en al het andere.
107 Maar op een dag riep God hem er opnieuw uit! Hier kwam hij aan. Luister aandachtig nu en wordt niet boos op mij. Wat ik zeg is "ZO SPREEKT DE HERE"! Wat deed God toen hij eruit kwam? Hij zond hem naar een weduwe. Zij had eens de macht van een man boven haar hoofd, maar de dood had haar daarvan vrijgemaakt, zodat zij het woord van de profeet kon geloven. Hebt u dat opgemerkt? Zij had een man die haar deze kant en die kant op leidde, in één van de scholen daarginds. Maar gedurende deze grote droogte was hij opgeschrokt; de dood had hem genomen. Zij zat niet meer vast in enige organisatie, zodat zij nu gereed was om het Woord van de Here te horen. Een vrouw, wat de gemeente betekent; een weduwe, wier man (de organisatie) was gestorven, en zij dacht slechts ternauwernood dat zijzelf leefde. En God zei: "Ga nu naar haar toe, zij zal u horen; Ik heb haar bevolen."
108 O, wij denken soms, u kleine groep daar, die zo getrouw is en alles doet wat u kunt om een samenkomst te hebben, om te proberen aan de mensen te tonen dat uw hart recht is en dat u wilt dat zij in orde komen, u denkt dat u een moeilijke tijd hebt. Maar bedenk, God heeft Zijn oog op u! U hebt Hem lief, ik weet dat u Hem liefhebt, anders zou u hier niet zitten, u zou iets dergelijks niet bijwonen. God heeft Zijn oog op u. Ja!
109 En toen hij ging was haar man gestorven, haar organisatie was gestorven, zodat zij nu klaar was om het woord van de profeet te horen. Toen dus de profeet naar de poort kwam en haar vroeg om wat water, ging zij het halen. Toen zei hij: "Breng mij een hapje eten."
110 En zij keerde zich om en zei: "Zowaar de Here leeft, ik heb maar juist genoeg."
111 Nu, het zag er naar uit dat hij gezonden was om het weinige dat zij had te nemen, maar het was omgekeerd. Toen zij bereid was te geven wat zij had om het Woord te ondersteunen, voedde God haar. En indien u bereid bent te geven wat u hebt van de Geest, van de Geest die God u heeft gegeven om het Woord te ondersteunen, dan zal God u in leven houden. Halleluja! O, glorie zij God! Ziet u het, gemeente? Denk niet dat ik buiten mijzelf ben, dat ben ik niet. Maar wat u hebt, hoe weinig u ook in God gelooft, het geloof dat u hebt, plaats het in het Woord, niet in organisatie! Leg het in Gods Woord. Hij zal u in leven houden.
112 Zij was toen bereid, omdat zij het voordien niet kon, omdat men het haar niet zou toestaan. Maar nu is zij gereed. Zal zij het ontvangen? God zond een profeet op haar weg. Zal zij zijn woord ontvangen? Zal zij deze profeet ontvangen? Ja, zij deed het. En hij zei haar: "Nu, het weinige leven dat u hebt, plaats het hier in, en breng het eerst aan mij." En wat gebeurde er? Terwijl de rest van de wereld wegkwijnde en stierf van honger, aten zij en haar kinderen en haar huishouding allen drie goede maaltijden per dag, Goddelijke openbaring van het Woord! Ik hoop dat u het ziet, vrienden.
113 Hoe ging het verder? Hij bleef daar tot de hongersnood over was, leefde bij deze vrouw (deze gemeente), die hem ontving en zijn woord geloofde. En hij hield haar in leven (hield de gemeente in leven) door het Woord van de Here, omdat hij zei: "ZO SPREEKT DE HERE."
114 Nu, we hebben geen tijd om de rest van het verhaal te behandelen, weet u, hoe hij moest komen tot een krachtmeting met Baäl. Hij zal het een dezer dagen doen, maak u geen zorgen. Wanneer hij uit die woestijn komt stampen, let dan op wat er plaats vindt.
115 Wat gebeurde er? Toen dan de goede oude Elia, de profeet, een ware dienstknecht van God, aan het einde van zijn weg kwam, zei God hem op een dag: "Elia, u hebt nu lang genoeg gepredikt. U hebt tegen Izebel gevochten en al haar verf en alles, zodat het nu genoeg voor u is geweest." Zei: "Kom af naar de Jordaan!" En hier gaat hij, afdalend naar de Jordaan. Daar stroomde de oude, modderige rivier, met koud, ijzig water, zoals ieder mens onder ogen moet zien: de Jordaan, de dood.
116 Maar toen deze grote dienstknecht van God naar de Jordaan wandelde en zijn zoon naast hem liep, zijn Evangeliezoon... O ja, hij was zijn zoon: "Mijn vader, mijn vader, de wagens van Israël en de ruiters daarvan." Toen hij en zijn zoon arm in arm naar de Jordaan toegingen, lette hij op dat zijn vader die morgen vertrok.
117 Toen hij bij de Jordaan kwam, reikte hij om zich heen en deed die mantel van kracht van zijn schouders af en zei: "Dood, u kunt mij niets doen." En hij sloeg de Jordaan: "Ga weg, ik steek deze morgen over." Wat gebeurde er? Zij trok zich terug en droogde op als poeder. Wat deed de oude profeet? Hij keek uit naar de andere kant van de Jordaan, hij wist dat daar een wagen was die op hem wachtte met de paarden. Hij ging naar huis, zijn werk was gedaan. Zijn zoon in het Evangelie nam zijn plaats in.
118 Onlangs kwam ik thuis uit het westen. Dit komt in mijn gedachten. Ik zette de radio aan (ik moest drie dagen rijden, 2400 mijl, in m'n eentje). Ik zette de radio aan en ik hoorde 'spirituals' uit Del Rio, Texas. Er was een man die een praatje maakte over een oude, gekleurde neger. Hij stond op het punt te sterven en hij moest aan de rivier komen. Hij zei: "Die gouden slippers die ik zal dragen om over de gouden straten te wandelen." Deze oude neger had heel zijn leven gepredikt en het enige waaraan hij kon denken was de troost die hij had, was zijn oude banjo, die aan de muur hing. Hij zat buiten op de katoenbalen en speelde de lofliederen, rustte uit van zijn bediening, met de oude banjo. Dat was de manier die hij had om tot rust te komen. Hij zei dat het oude paard met z'n korte staart dat hij vroeger bereed, daarginds zal zijn met de wagen. Ik dacht aan hen. Hij zei: "O, die gouden slippers die ik zal dragen om over de gouden straten te wandelen."
119 En toen hij met zingen ophield, deed ik de radio uit. En ik reed daar, het stuur vasthoudend: "Ik weet dat het juist is, ik moet daar ook toe komen. Wat heeft mij ooit troost gegeven? Waar vind ik mijn troost in de wildernis?" Ik heb een klein oud geweer, dat... Ik jaagde er mee in de herfst van dit jaar. Het is een .270, model 721, Remington. Een man, een broeder, gaf het mij in Californië, jaren geleden. Ik heb er jaren en jaren mee gejaagd. Hoe... wat een troost is het geweest, want ik weet dat het een goed jachtgeweer is; het is mijn troost in de wildernis.
120 Dan dacht ik na over mijn visioen. Toen ik daar boven was en al mijn mensen zag, hoorde ik iets hinniken en daar kwam mijn kleine Prince (mijn klein rijpaard) en legde zijn hoofd op mijn schouder. Ik dacht: "Ja, één van deze morgens kom ik daar ook bij de Jordaan." En de oude .270 die ik vroeger gebruikte, hangt aan de muur. Ik heb het er niet vanaf gehaald sinds de laatste herfst. Dat kleine rijpaard dat ik placht te berijden, zal God aan mijn wagen vastgemaakt hebben op die morgen wanneer ik bij de rivier kom. Het zal er staan, meteen aan de overkant van de rivier daar. God zal hem zenden, ik zag hem onlangs. Hij zal voor mijn wagen ingespannen staan, één van deze morgens. Ik zal heengegaan zijn, opklimmend door de wolken.
Laten wij bidden:
121 O, in welk een kracht van God zal ik mij verheugen als ik in die gouden straten loop! En daar zal het oude geweer dat nu aan de muur hangt geen nut meer hebben. Ik vraag mij af, als mijn wagen langs komt of mijn kleine rijpaard dat ik in een visioen zag voor mijn wagen zal zijn ingespannen, die morgen daar bij de rivier. Ik hoop dat hij er is. Ik wil opgenomen worden. Ik wil dat de gemeente ook zo opgaat, ik wil dat iedereen het doet.
122 Zou u het willen weten wanneer u bij de Jordaan komt? Wilt u deze goddeloze systemen van deze wereld verzaken en Jezus Christus als uw Redder aannemen? Als u geen Christen bent, zou u uw hand willen opsteken en zeggen: "Bid voor mij, broeder Branham, dat wanneer ik bij de Jordaan kom..."? God zegene u. God zegene u. "Wanneer ik bij de Jordaan kom, wil ik de kracht van de Heilige Geest op mij nemen en de koude wateren slaan en naar de overkant wandelen."
123 Hoe kunt u zitten onder zulk spreken, onder de zalving van de Heilige Geest, en wetend dat de Heilige Geest mij uw toestand vertelt, en in gebreke blijven om uw hand op te steken? Het toont aan dat het tijd is voor de reis door de wildernis! Zou er één zijn voor wij bidden, nog een ander? Slechts twee staken handen op; drie, God zegene u, zoon.
124 Onze hemelse Vader, drie, dat zal wonderbaar zijn, Here, als zij daar op die dag zijn. Ik bid dat zij er zullen zijn, Heer. Zij staken hun handen op, omdat zij overtuigd zijn dat deze wereldse systemen stervend zijn en de stemmen van Gods Woord spoedig een moeilijke zaak zullen zijn om te vinden, daar God het van de gemeente zal wegnemen. De roep, de oproep van de Bruidegom zal weldra vertrekken en het Izebel-systeem zal het uitdoven. Maar zij willen hebben... leven door die verborgen bron, zoals Elia, om onderhouden te worden tijdens de tijd van hongersnood. God, geef hun de Heilige Geest nu, vul hun harten met blijdschap en vrede en zet hun gedachten op Gods Woord, opdat zij mogen leven, nu en hierna, voor immer. Zegen hen, Vader. Zij zijn de Uwen door Jezus Christus, onze Here.
Met onze hoofden gebogen:
125 Zij die hun handen opstaken en Christus willen aanvaarden, zou u gewoon een moment willen opstaan, terwijl ik individueel voor u bid? Sta gewoon even op.
126 O God, heb ik gefaald? Zelfs de drie die hun handen opstaken, zonder overtuiging om op te staan om datgene te accepteren wat zij net zeiden! Here Jezus, ik vertrouw het allemaal toe in Uw handen. Ik heb Uw Woord gepredikt en over niets compromissen gesloten. Nu laat ik het huis aan hen over, Vader. Doet U wat U ook maar schikt, zowel met de gemeente als met Uw dienstknecht, het is allemaal in Uw handen.
127 Vader, ik bid dat U de verlorenen zult redden, de hongerige harten zult vullen met goede dingen, eeuwig leven geven aan degenen die dorsten, dat U Uw dienstknechten zult doen opstaan om de Boodschap te verkondigen, genezing zult geven aan de zieken en aangevochtenen, glorie te geven aan Uzelf, want ik vertrouw mijzelf toe aan Uw Woord. En schrijf Uw wetten in mijn hand en in mijn hart en in mijn verstand, door Jezus Christus onze Heer. Amen.
Als ik kom aan de rivier bij het eindigen van de dag (ik wil dat niet zingen),
En het lijkt alsof mijn vrienden allen zijn heengegaan;
Zal er Iemand zijn die wacht, om mij de weg te tonen;
Ik zal niet alleen de Jordaan hoeven oversteken.
128 Heb je gebedskaarten uitgegeven, Bill? Ik voel mij gedrukt. Wat zou je vandaag uitgeven? B? Je hebt ook A's uitgegeven, niet? In orde, roep hen op. Eerst B's, 1 tot... Gebedskaart B, nummer 1. Wij zullen voor uw ziekte bidden. B, nummer 1, wie heeft hem? Gebedskaart B, nummer 1, iemand helemaal achteraan. Kom hierheen, dame. B, nummer 2, steek uw hand op. Die dame? Nummer 3. B, nummer 3, zou u uw hand willen opsteken alstublieft, zodat ik kan zien waar u bent. 3? Nummer 4, B, nummer 4. B, nummer 5. Zou u alstublieft uw hand willen opsteken, B, nummer 5. Die man? In orde, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15.
129 Wel, hier, laten al de B's opstaan, hoe dan ook. Gewoon... Zend het naar heel de wereld. Elke zendeling op het veld, waar er ook... Alle gebedskaarten B, sta op en neem uw plaats in volgens uw nummers. Nu, wat waren de volgenden? A? Wie heeft gebedskaart A1? A1, waar is hij? Zeker is hij hier binnen. A1? Zij zijn nu twee of drie dagen lang uitgegeven, zodat zij misschien niet hier zijn. Allen met gebedskaart A, nu stel u hier in een rij op. Ga ginds tegen de muur staan, eerbiedig.
130 Ik wil tot u spreken, zonder gebedskaarten, vlak voor de rij begint.
131 Nu, mét uw gebedskaart, houd hem in uw handen zodat de jongens uw gebedskaart kunnen ontvangen. U hebt gewacht, u kwam vroeg in de avond om uw gebedskaart op te nemen en een recht te hebben in de rij te komen. Ik beloofde u dat wij voor u zouden bidden. Nu, ik zal proberen mijn belofte te houden; God helpe mij.
132 Is dat uw kleine jongen? Een grappig ventje. Vergeef mij alstublieft. Deze vrouw hier is een goed type van een echte Amerikaan. Haar kleine jongen heeft een kleine overall aan met een gestreept jasje. Een jonge vrouw met lang haar, netjes gekleed. God zegene haar in haar huis, en haar echtgenoot en geliefden. En dat is werkelijk echt U.S.A., met "Christendom" er boven geschreven. Moge ons land lang zó zijn! Vergeef mij, dame, dat ik dat zeg, maar ik... zodat de mensen kunnen zien hoe ik vind dat een Christen eruit moet zien; geen manicure of wat het spul is, gewoon een dame.
133 God zegene u, broeder Spaulding.
134 De grote Heelmeester, als u wilt.
De grote Heelmeester is nabij,
De liefdevolle Jezus;
135 Gelooft u in Hem? Gelooft u dat Hij de grote Geneesheer is? Nu, wees een ogenblik eerbiedig. We hebben nog maar weinig tijd, ik maak de boodschap gewoon wat korter. Ik hoop dat u het allemaal begrepen hebt, wat er bedoeld werd. Geloof gewoon met heel uw hart. Als zij daar allen in de rij staan... Is er iemand daarachter om de mensen op te stellen? In orde? Nu, allen die gebedskaarten hebben staan.
136 Gelooft u daar buiten ook, zonder gebedskaarten? Als u geloof zult hebben, zal God u roepen. Nu, al de gebedskaarten zijn in de rij.
137 Dat kleine meisje dat daar achteraan zit, met een ziek been hier boven op dit... Geloof je dat God het gezond zal maken? Als je het gelooft, heb slechts geloof en God zal het je toestaan.
138 Denkt u dat uw zieke vader in orde zal komen? Als u het zult geloven, kunt u het hebben.
139 Wat met u daar, die bidt voor uw neef met een nerveuze conditie? Denkt u dat God hem gezond zal maken? Dame, die daar zit, als u het gelooft, kunt u het hebben.
140 Zult u allen geloven?
141 Nu, ik wil... Hoevelen van mijn broeders zijn hier, Evangeliepredikers, Volle Evangeliepredikers of wat zij ook zijn, die geloven in Goddelijke genezing? Steek uw handen op. Ik zou graag willen dat u hierheen komt en mij helpt voor deze mensen te bidden, zodat de mensen zien dat ik het niet alleen ben die voor de zieken bidt; u kunt het ook. Kom hier bij mij op het podium staan. Wilt u, broeders, predikers? Kom gewoon hier samen op het podium staan. Dat is goed. Dank u, broeders. Dank u. Kom gewoon naar voren broeders, kom.
142 Wat zegt u? [Iemand zegt: "Zouden wij hier een dubbele rij kunnen maken?" – Vert] Ja, dat is goed. Maak hier gewoon een dubbele rij, dat zal fijn zijn. Dat is goed. Nu, draai de andere kant op, broeders. Draai zo rond, ik zal de mensen hier gewoon doorheen leiden. Nu, laat sommigen van u aan deze kant van mij, hier aan deze kant staan. Dat is goed.
143 Nu, tot het gehoor, ziet u deze fijne mannen hier? Zij zijn mannen die hier boven zullen staan, en zij staan voor ditzelfde Evangelie dat ik predik. Ziet u? Zij komen hier omdat zij erin geloven. Nu, u behoorde trots te zijn op uw voorganger, die zichzelf hier op het podium laat zien, hard, sterk predikend. Dezen zijn mensen die een openbaring hebben, die weten dat... dat ik niet tegen de mensen ben; soms raken wij verstrikt in systemen die ons doen... Die systemen, daar zijn wij tegen, niet tegen de mens, Gods dienstknecht.
144 Nu, als wij onderscheiding hadden voor iedereen hier, hoe lang zou ik hier staan, denkt u? Ik zou in elkaar storten wanneer ik er ongeveer... na de zesde ongeveer, vijf of zes, tien; weinig meer, misschien de helft, een kwart van de rij, en ik zou weg zijn; voor de rest zou niet gebeden kunnen worden, Wij kunnen dat niet doen. En zoals het... Maar u hoeft dat niet te hebben. U wéét wat uw moeite is. U weet wat u gedaan hebt; nu, belijd uw zonden. Als één van u daar één spatje twijfel in zijn hart heeft, neem het er nu gewoon uit weg en zeg God u te vergeven. Als u niet in orde bent met God, zeg God u te vergeven. Als u het niet doet en u bent niet in orde met God, zal het u geen enkel nut doen hier te komen. U verspilt gewoon uw tijd. Dat is waar. Nu, is dat juist, broeders? [De broeders zeggen: "Amen." – Vert] Dat is juist.
145 Kijk hier! Hier staat broeder Kidd. Ik scheurde zo'n beetje de banden van de auto af om bij hem te komen, ongeveer een jaar of twee geleden, om... Hij was stervende aan kanker, zou die dag sterven. Zijn vrouw zei mij: "Snel! Hij is nu stervend." Toen ik daar kwam, genas de Here hem. En hier staat hij nog steeds. Ik denk dat hij zoveel in gewicht en alles is toegenomen. Een oude veteraan, terug, weet u. Dat was het soort man waarover ik sprak, die jaren terug predikte, en er op los sloeg met dat Woord en de mensen lachten om hem. En hij en zijn vrouw liepen de spoorlijnen af en al het andere, en gingen ginds in de bergen en kolenmijnen, en ze werden weggejaagd en werden in de gevangenis geworpen, en van alles. Dat is de man die gevochten heeft om de prijs te winnen, dat is het soort.
146 Nu broeders, ik zeg u, u heeft waarschijnlijk niet de geest van onderscheiding. Dat hoeft ook niet, ziet u, dat is niet noodzakelijk. Ten eerste, u bent een man van het Woord. U bent verreweg beter, meer prediker dan ik ben, omdat ik niet zo'n geweldige prediker ben. Maar ik... u bent gezalfd; een man die geroepen is om het Evangelie te prediken is geroepen de zieken te genezen; de algemene opdracht is: "Ga heen in heel de wereld en predik het Evangelie tot elk schepsel. Hij die gelooft en zich laat dopen, zal gered worden. Deze tekenen zullen hen volgen die geloven. Als zij zieken de handen opleggen, enzovoort, zullen zij herstellen." Als u geroepen bent als prediker, bent u geroepen om voor de zieken te bidden.
147 En de reden waarom ik dit doe is opdat dit gehoor... opdat zij mogen zien dat zij niet hoeven te wachten op een speciaal persoon, Oral Roberts, Tommy Hicks, Tommy Osborn, ikzelf, iemand die langs komt voor een genezingsdienst. Ik wil dat zij zien dat u mannen van God bent. Ziet u? U bent een man... U hebt evenveel recht om de handen op te leggen op één van hen als ik of iemand anders. Alles bij elkaar genomen broeders, u allen weet, als predikers, dat het hun eigen geloof in God is dat het werk doet. Is dat juist? Wij bidden slechts voor hen.
148 Nu, u zegt: "Broeder Branham, is de Geest, of de Heilige Geest daar met u?" Zeker. Beslist!
149 Nu, tot u in het gehoor, in de rij daar, als u gelooft met heel uw hart dat God u zal genezen, steek dan uw hand op en zeg: "Ik aanvaard het."
150 Nu, kom hier, laat deze dame hier komen. Ik ken u niet, Ik heb u nooit gezien. Als de Heilige Geest het mij zal zeggen, zodat mijn broeders hier, hier in de tegenwoordigheid... zodat zij allen hier rond mij staan. En niet alleen mijn broeders zijn hier, mijn Here is hier. Het is hun Here ook. Nu, als Hij mij iets zal vertellen wat er verkeerd is met u, wat er ook met u verkeerd is, zult u weten of het de waarheid is of niet. Ik wil dat zij, ik wil dat het gehoor, ik wil dat de mensen daar, zien dat de Heilige Geest hier op het podium is om onderscheiding te geven, maar dát geneest niemand. Maar als Hij mij iets over u zal vertellen, waarvan u weet dat ik er niets over weet, juist zoals het was met de vrouw bij de bron... Niet hetzelfde soort geval, maar ik bedoel een man en een vrouw die elkaar voor de eerste keer ontmoeten. Jezus, een Man van middelbare leeftijd ongeveer en deze vrouw, die waarschijnlijk een jonge vrouw was, misschien zoals u.
151 En als Hij wil, zou Hij mij kunnen vertellen waarvoor u hier bent, uw kwaal; zou u dan geloven dat het zijn Geest moet zijn die dat zou doen? Gelooft u dat, broeders? Dat dezelfde Here Jezus hier staat? U, gehoor, gelooft u hetzelfde? Zou u in de gebedsrij hetzelfde willen geloven en weten dat deze mannen...? Zou ik hen hier naar boven hebben geroepen als ik dacht dat zij...? Na zo te prediken en deze dingen te zeggen die ik heb gezegd, en dan mannen hier naar boven te roepen die niet waardig waren? Ik zou dat niet doen. Ik zou precies de zaak waarom ik vocht aan het afbreken zijn, ziet u. Ik geloof in hen; ik geloof dat zij mannen van God zijn.
152 Nu, zie of de Heilige Geest nabij staat. Door slechts met u te spreken, probeer ik... U zegt: "Wat bent u aan het doen, broeder Branham?" Hetzelfde als wat Jezus bij de vrouw deed toen Hij zei: "Breng Mij wat te drinken"; Hij probeerde slechts even met haar te praten om te ontdekken wat haar probleem was.
153 Uw probleem is nervositeit; dat is het, daar lijdt u aan. Als dat juist is, steek uw hand op. Nu, zij ziet er zeker niet naar uit, nietwaar, broeders? Zij ziet er niet naar uit, maar dat is haar probleem. Zij heeft het al een lange tijd zo. U maakt zich altijd zorgen over iets, vóór de tijd, enzovoorts. Dat is waar. Het is uw gestel, u bent gewoon op die manier gemaakt, nerveus; zich altijd inbeeldend dat iets op het punt staat te gebeuren wat niet gebeurt. Soms zegt de duivel u: "Het is hopeloos, je bent afvallig; je bent te ver gegaan." Ik lees uw gedachten niet, maar ik lees wat... Ik weet wat hij u erover gezegd heeft, omdat ik zie wat door uw gedachten ging.
154 Nu, Jezus bemerkte hun gedachten. is dat juist? Wel, dat gebeurde er nu precies. Is dat juist? Hier, laat mij u iets vertellen opdat u het moge weten. U staat hier eigenlijk voor iemand anders. Dat is juist. Dat is de zaak en u zou het anders niet kunnen vatten. Nu, als de Here mij wil openbaren waarvoor u hier staat, voor iemand anders, zult u dan geloven dat ik Zijn profeet ben? Het is voor uw moeder. Gelooft u dat God mij kan vertellen wat haar kwaal is? Wel, zij heeft een hartkwaal, hoge bloeddruk, galstenen, complicaties. Dat is juist, nietwaar? Ziet u? Nu, dat is de Heilige Geest. Nietwaar?
155 Nu, er is hier iets op mij en op deze broeders. Ziet u? Iets hier nu, de Heilige Geest. Nu, gelooft u, als we door de rij gaan.
Laten wij allen onze hoofden buigen terwijl wij voor deze mensen bidden.
156 Onze hemelse Vader, wij zullen op deze mensen de handen leggen. En ik bid nu voor hen. Hier staan Uw koninklijke dienstknechten en wij zullen allen de handen leggen op de zieken, omdat U zei het te doen. Wij zullen het doen in de Naam van Jezus Christus. Mogen de mensen niet gewoon langslopen, maar mogen zij hier door komen, en genezen worden door de Naam van Jezus Christus. Amen!
157 De Here zegene u. Nu, loop gewoon hier dicht naar mij toe. In de Naam van de Here Jezus, genees. In de Naam van de Here Jezus, genees mijn broeder. In de Naam van de Here Jezus, genees mijn zuster.
158 Nu, een ogenblik, ziet u. Broeder, zuster, waarom verheugde u zich toen bij die vrouw de onderscheiding gebeurde, terwijl toen de anderen langskwamen, er niets gedaan werd? De mensen komen langs: "Wel, als ik geen onderscheiding heb, wel dan heb ik niets gekregen." Dat heeft er niets mee te maken, Hij is hier evengoed. Ziet u?
159 Wanneer u hier langs komt, kom met uw handen omhoog en zeg: "Dank U, Here Jezus. Ik aanvaard U als mijn Geneesheer en ik ga er gewoon direct mee weg. Een van deze mannen zal mij dopen, ik ga rechtstreeks het doopbasin in en word gedoopt, en kom eruit en weet dat U hebt beloofd dat ik de Heilige Geest zou ontvangen."
160 Ziet u, het... de onderscheiding is nog steeds hier. Het is nog steeds hier, het is hetzelfde als... Hier, welke is het? Deze man hier? Ik ben een vreemde voor u, nietwaar, meneer? Ik ken u niet. Kunt... als God mij zal vertellen wat uw moeite is, zult u dan geloven dat ik Zijn profeet ben, Zijn dienstknecht? U zult het met heel uw hart? In orde, meneer. Dank u, meneer. Dat is een echte, goede geest, een fijne zaak. Tenslotte staat u hier voor iemand anders. Dat is juist. Het is uw kleinzoon, die polio heeft, die onlangs viel en zijn been brak. Dat is ZO SPREEKT DE HERE! Is dat juist? Dat is juist! Ga heen en geloof nu, en hij zal gezond worden.
161 Nu, kom in geloof, iedereen gewoon, kom slechts...
[De predikers bidden voor de zieken in de gebedsrij – Vert]
Gezegend zij de band,
Die onze harten in Christelijke liefde bindt.
Een eendrachtige gemeenschap
is zoals die daarboven.
Voor de troon van onze Vader,
Storten wij ons vurig gebed uit,
Onze vrees, onze hoop, ons streven is één,
Onze troost en onze zorgen.
162 Hij zal u erin steunen, Gods kleine, kreupele kinderen, blind...?... Predikers van het Evangelie, u weet dat wij geen kracht hebben om te genezen. Maar onze grote Here is hier nabij – wij weten het – en Hij kan tekenen doen en de duivel veroordelen die u heeft gebonden. Wij veroordelen de duivel...?... Wij veroordelen de blindheid...?...
163 In de Naam van onze Jezus Christus, de Zoon van God, vragen wij dat God u geloof wil geven om te geloven dat het gebed des geloofs... Heb geloof om het te geloven en God zal hen oprichten en zij zullen weer gezond worden. Sta het toe, almachtige God, door Jezus Christus' Naam.
164 Nu, ú broeders ga daar weg, sta op het podium. Blijf gewoon bidden.
165 Heel de rest van u, blijf nu in gebed, terwijl wij... de predikers bidden nu voor hem hoe dan ook, en wij baden, legden hem de handen op.
166 Hemelse Vader... tot u daar in het gehoor die niet in de gebedsrij kwamen, leg nu uw handen op elkaar. Leg nu uw handen op elkaar.
167 Onze hemelse Vader, wij brengen U dit gehoor terwijl wij deze dienst afsluiten en deze campagne, onder de banier van Jezus Christus, de grote gezalfde Hogepriester van God, Immanuël, Die staat, opgewekt uit de dood, eeuwig levend om te bemiddelen; Zijn geweldige tegenwoordigheid is nu bij ons, Zijn heilige kracht is op ons om ons visioenen te doen zien, te profeteren, de handen te leggen op de zieken. Gods nimmer falend Woord kan nooit ledig tot Hem terugkeren. Ik veroordeel elke duivel van ziekte, elke kracht van zonde, elk ongeloof, in de Naam van Jezus Christus. Moge het van de mensen wegvlieden en mogen ze gezond gemaakt worden.
168 Zegen deze predikerbroeders, Here, zoals zij samen vergaderd zijn, één van hart en één van ziel, en al de leden van de gemeente. O, almachtige God, zend hierna een opwekking naar dit grote Middletown, Ohio, Heer, die zich naar alle kanten zal uitstrekken, een tezamen komen van de beenderen, Here, de spieren en huid. En moge de kracht van God een machtige verenigde gemeente oprichten hier in deze stad, wat zich zal verspreiden over het hele land, een gemeente ten voorbeeld, zodat de mensen in deze stad mogen komen om de kracht van God te zien. Sta het toe, Here. Genees de zieken en de aangevochtenen, red de verlorenen en verkrijg eer voor Uzelf.
169 Sta het toe dat al deze zakdoeken en kleine pakjes die hier liggen... Ik bid, Here, dat de Heilige Geest op ons en in dit gebouw, ons zalft, moge ieder van hen gezond worden. Er is geschreven in de Bijbel dat toen Israël in het pad van haar plicht was op weg naar het beloofde land, de Rode Zee in de weg stond. En een van de schrijvers zei: "God keek neer door die Vuurkolom, en de Rode Zee werd bevreesd en trok zich terug en Israël ging naar het beloofde land, wat beloofd was."
170 En nu, het staat in de Bijbel, er staat: "Ik wil boven alle dingen dat u voorspoed geniet in gezondheid." En wanneer deze zakdoeken bij de mensen aankomen, waar Satan een Rode Zee voor hen gelegd heeft, moge God neerkijken door het bloed van Zijn eigen Zoon, Jezus Christus, en elke ziekte veroordelen voor degenen die hier niet konden komen; en moge de ziekte weggaan en bevreesd zijn voor Gods Woord en Gods belofte en Gods zalving, en mogen de mensen oversteken in die goede belofte van goede gezondheid en kracht. Sta het toe, Here. En wij vertrouwen het U allemaal toe, in de Naam van Uw liefhebbende Zoon, onze Redder, Jezus Christus. Amen.
171 Gehoor: tot Hem, Die ons allen kent, tot Hem Die ons opwekte om Zijn erfenis te zijn in de wereld, in Zijn gemeente, moge Gods rijke zegeningen op u allen zijn tot wij elkaar weer ontmoeten. Onze volgende dienst zal voor zover ik weet in de Tabernakel zijn, zondagmorgen, Paaszondagmorgen. Daarna ga ik naar Illinois. God zegene u. Bezoek uw gemeenten, ga naar deze fijne gemeenten, blijf in uw harten verbonden. Blijf bij Gods Woord! Leef voor Hem, want verschrikkelijke dingen liggen voor u, onthoud dat!
172 Tot wij elkaar ontmoeten, laat ons opstaan en zingen:
Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn redding kocht,
Op Calvaries kruishout.
173 Nu, eerbiedig, schud iemand de hand achter u, voor u, aan elke zijde:
Ik heb Hem lief... (iedereen nu), ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn redding kocht
Op Calvaries kruishout.
174 Nu, met uw handen naar God opgeheven, echt luid nu, laat iedereen het doen klinken:
Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn redding kocht,
Op Calvaries kruishout.
175 Laten wij onze hoofden nu buigen:
Tot wij elkaar ontmoeten, tot wij elkaar ontmoeten,
Tot wij elkaar ontmoeten aan Jezus' voeten;
(Wij zouden misschien... velen van ons zullen elkaar nooit meer ontmoeten tot dan.)
Tot wij elkaar ontmoeten, tot wij elkaar ontmoeten,
God zij met u tot wij elkaar weer ontmoeten.
176 Nu, neurie het. [Broeder Branham begint te neuriën – Vert] ... Uw voorganger.