Hoort gij Hem!
Door William Marrion Branham1 Dank u wel, broeder Borders. Goedenavond vrienden. U kunt gaan zitten. Zeker prettig om vanavond in Spokane, Washington, terug te zijn, waar wij in afgelopen tijden zo'n wonderbare gemeenschap hebben genoten rondom het Woord van God. En ik heb zojuist uw voorganger ontmoet. Hij vertelde me dat dit hetzelfde gebouw was waar we ongeveer vijftien jaar geleden in waren toen wij hier kwamen. En het is werkelijk in zijn voordeel veranderd. We zijn daar dankbaar voor.
Wij brengen u van de andere delen van de wereld de groeten over, van pelgrims die evenals u tijdelijk vertoeven en uitkijken naar de komst van de Heer. Wij geloven dat de dag nadert. Ik weet niet hoelang het zal duren. En als Hij vandaag niet hier is, zal ik morgen naar Hem uitkijken, als ik leef, enkel wachtend en uitkijkend naar die tijd. Zo hebben wij door de jaren heen gedaan.
2 En op een dag zal ons waken voorbij zijn. Want wij zijn zoals Abraham vanouds: "Wij kijken uit naar een stad, wier Bouwer en Maker God is." En daarom belijden wij dat we niet van de wereld zijn. Wij zijn pelgrims. We zien uit naar die stad. Al onze rechten van deze wereld, de dingen die we eens koesterden en zo geweldig achtten, zoals de schatten van het leven, zoals geld en populariteit en o, de dingen waar de ongelovige naar zoekt. Dan leggen wij dit aan de kant wanneer we Christus vinden en Hij wordt onze hoofdsteun, Christus, de Zoon van God.
Ik ben blij bij deze kerk – in deze kerk te zijn vanavond. Ik houd van dat opschrift: "Open Bijbel". Dat betekent: neem het allemaal. Dit is de manier waarop wij het moeten nemen: alles ervan. Ik geloof dat Gods Woord de standaard is waarmee God de wereld zal oordelen, door het Woord.
3 Ik ben van Katholieke afkomst, zoals u allen weet. Toen ik een jongetje was... Mijn moeder en vader trouwden beiden buiten de kerk. En zij... ik had die roep in mijn leven van kinds af. U hebt de boeken gelezen, veronderstel ik. Ik wist dat er een God was. Ik had Hem ontmoet; Hij had tot mij gesproken. En toch dacht mijn familie, dat ik misschien alleen wat nerveus was, dat er iets verkeerd was, dat ik van streek was. Maar ik wist dat er een persoon was waar tegen ik gesproken had en Hij had tegen mij gesproken en me verteld niet te drinken, te roken of mijn lichaam te verontreinigen. Er was voor mij een werk te doen.
4 En ik wilde, toen ik omtrent twintig jaar oud werd, – achttien, twintig – uitvinden wat dit was en ik ging naar de kerk. Mij werd verteld dat God de wereld zou oordelen door een kerk. Wel, als dit dan zo is, dan zijn daar ongeveer negenhonderd verschillende organisaties. Dus door welke gaat Hij hem nu oordelen? Toen dacht ik, als Hij hem oordeelt door de Katholieke kerk, staat de Lutherse er absoluut buiten. Als Hij hem oordeelt door de Lutherse, staat de Baptist er buiten. Als Hij hem oordeelt door de Methodisten, staat de Baptist er ook buiten. En ik vroeg mij af wat het allemaal betekende. Tenslotte kwam ik er achter dat Hij de wereld zal oordelen door Zijn Woord. Dit was wat Hij de mens in den beginne gaf om de mens te verschansen tegen de zonde, het was door het Woord te geven. En slechts één deel ervan niet te geloven, brengt eeuwige afscheiding van God. Dat gebeurde er toen Eva, die er nooit ongelovig in was, slechts enkel redeneerde met iets dat er tegengesteld aan was. Dan hoeft zij er niet ongelovig in te zijn, maar enkel ermee te redeneren. En alles wat redeneert tegen het Woord, herinner, het is de vijand. Luister er niet eens naar. Het moet het Woord zijn.
5 Vandaag zien wij onze plaatsen, kerken, organisaties, enzovoort, opnieuw beginnen te verflauwen, nadat wij deze grote opwekking net door het land hebben zien stormen. Wij ontdekken dat men hier iets toevoegt of hier een beetje weghaalt of daar iets. Dat kan gewoon niet werken. Het zal nooit werken. God wilde het ook in het begin niet laten werken.
En vergeet niet dat iedere zieke die hier vanavond zit, weet u, de reden dat u hier bent, de reden dat u ziek bent, is omdat één persoon enkel een half zinnetje van Gods Woord verkeerd geloofde. Enkel één Woord verkeerd uitgelegd, veroorzaakte uw ziekte. Dat veroorzaakte hier iedere begraafplaats. Dat veroorzaakte alle ouderdom. Dat veroorzaakte alle te vroeggeboren baby's, dood. Dat is wat alle dood veroorzaakte, omdat iemand enkel het Woord een heel klein beetje verkeerd geloofde. En als dit heel deze smart veroorzaakte zullen we stellig niet teruggaan met opnieuw een klein beetje ervan verkeerd te geloven. Wij moeten het helemaal nemen, elk stukje. De wijze waarop God het schreef is de wijze waarop ik het geloof.
6 Nu mag ik misschien niet genoeg geloof hebben om alles ervan te laten gebeuren, maar ik zal zeker iemand die dat geloof wel heeft niet in de weg staan. Ik heb vaak gezegd dat ik wenste geloof te hebben zoals Henoch: hij maakte op een middag een wandeling en ging met God naar huis. Hoefde niet eens te sterven. Ik zou dat soort geloof graag willen hebben. Maar als ik het niet heb, bid ik er stellig voor dat ik dat zal krijgen. Ik geloof dat de gemeente tot die plaats zal komen. De uitverkoren gemeente van God zal op die plaats komen, tot dat grote, sterk uitkomend geloof.
Nu is een opwekking die wij de laatste vijftien jaar over het land hebben gehad, zojuist geëindigd. Er is een hele opwekking geweest die de wereld trof en die nu in Amerika aan het uitsterven is, het is bijna voorbij. En wij die van de zendingsvelden terugkeren, voelen ons werkelijk slecht, nadat wij de mensen daar hebben verteld dat er hier zo'n opwekking gaande was en het dan te zien uitsterven.
7 Natuurlijk duren opwekkingen overeenkomstig de geschiedenis slechts ongeveer drie jaar. Opwekkers blijven ongeveer zolang bezig en vervolgens leeft men op de reputatie van wat zij in die drie jaar waren. Wij ontdekken nu dat de opwekking, de belangstelling van de mensen, helemaal verdwenen is.
Nu is een prediking van twintig minuten een lange tijd. Vijftien jaar geleden kon je heel de avond en de hele dag en nacht blijven doorgaan. Ik bleef acht dagen en acht nachten zonder het podium te verlaten. En er waren er toen vijf keer zoveel als er waren toen het begon. Maar nu, na een klein poosje is men vermoeid. Ziet u? De mensen kunnen het niet helpen. Dat komt omdat de opwekking voorbij is.
8 En nu zijn we pas terug. Aanstaande januari vertrek ik opnieuw voor overzee, voor een nieuwe wereldtournee veronderstel ik. En dan daar in Afrika en India en Japan en China en de eilanden, vinden we, dat er daar onder de mensen nog steeds vuur brandt, dat de opwekking daar nog steeds rondgaat. Maar in ons land is hij uitgedoofd.
Mijn bedoeling is om mijn vrienden, geliefden, (zo noem ik u) langs de hele westkust te bezoeken. Ik was op weg naar Anchorage, Alaska. Dit is mijn achtste achtereenvolgende samenkomst van ongeveer vier, vijf of zes avonden. Hier vandaan gaan wij naar Portland en dan verder tot in Vancouver en dan maken we ons gereed om overzee te gaan. Ik wilde al de mensen bezoeken die ik eens langs de hele kust hier, vele jaren geleden, heb gekend. Het was mijn grote voorrecht, door de uitnodiging van uw voorganger, enzovoort, en de andere predikers hier, langs te komen om u voor een paar avonden te bezoeken. En ik weet zeker dat u voor mij een zegen zult zijn.
9 Ik wenste, terwijl ik hier was, alleen dat u ander water had. Wij zijn allemaal ziek van het water dat u hebt. Dus als u alleen maar wat ander water had. En we hebben overal gezocht. Ze hebben in de stad zelfs nergens bronwater. Billy is nu ergens op zoek om te proberen wat te vinden. Kinderen en al... Wij zijn hier om het beste te doen wat wij kunnen om het Evangelie van Jezus Christus te steunen. En wij stellen ons op om... Ik zie dat er enige zieken zijn binnen gebracht. Ik wist werkelijk zelfs niet of de broeder geloofde in bidden voor de zieken of niet. Ik heb ze nooit verteld gebedskaarten uit te geven of iets dergelijks, ik kom net binnen. Vanavond dachten we gewoon geïntroduceerd te worden om elkaar te leren kennen en te zien wat de Here voor ons wil doen.
10 Welnu, wij geloven in bidden voor de zieken. Wij geloven in alles waar de Bijbel voor staat. Wij behoren niet tot een organisatie of een denominatie, maar we geloven de Bijbel. En ik geloof dat God in het Oude Testament, Bijbellezers weten dat, een manier had om uit te vinden of een profeet goed profeteerde en of een dromer de juiste droom vertelde. Zij werden... Als het in twijfel werd getrokken, brachten ze hem naar de tempel voor de Urim en Thummim. Ik weet niet of u begrijpt wat ik bedoel. Het was Aärons borstplaat, die twaalf stenen bevatte.
En als deze profeet profeteerde, het gaf niet hoe echt het klonk, als die lichten niet dat bovennatuurlijke licht weergaven over die borstplaat, namen zij het niet aan. Dan was het niet van God. Het gaf niet hoe echt de droom was, als de Urim en Thummim niet oplichtte dan was het niet juist. Nu, dat was onder het Levietische priesterschap, dat zij het gebruikten.
11 Het Levietische priesterschap is opgehouden en we hebben nu Christus, maar toch hebben wij nog steeds de Urim en Thummim. Dat is deze Bijbel. Het geeft niet hoe... Ik geloof dat God dingen kan doen die niet in de Bijbel staan geschreven. Maar als Hij alleen wil doen wat Hij geschreven heeft, zal dat fijn zijn voor mij. Ik zal heel blij zijn om te blijven bij wat Hij hierin heeft gezegd. En ik geloof dat Hij het zal doen, als wij geloof kunnen opbrengen om het te geloven. En allereerst voor redding. Dat staat voorop. De meeste van mijn samenkomsten zijn gebaseerd op Goddelijke genezing. Wij weten, niet daarop gebaseerd, maar wij... Mensen spreken het, omdat... Ik weet niet waarom; ik bid gewoon voor de zieken en zij worden gezond. God eert op de een of andere wijze het gebed. En ik ben God zeer dankbaar geweest voor de miljoenen die ik door Zijn kracht heb zien genezen, van allerlei aandoeningen, door de duivel bezeten en dingen die u iemand nauwelijks zou kunnen laten geloven, tenzij men er geweest is om het te zien; opgetrokken, verwrongen in allerlei vormen en kreupelheid. Ik zag God deze mensen helemaal recht en normaal maken.
12 In Durban, Zuid-Afrika, kortgeleden, had ik een samenkomst waar wij, naar ik schat, dicht bij de tweehonderdduizend mensen in één bijeenkomst hadden op de Durban-renbaan. Ik zag Hem op een dag (ongeveer de tweede dag van de dienst) een jongen daar op het podium nemen, en die jongen volkomen rechtmaken. Ik heb nog nooit zoiets gezien. Ik deinsde terug en keek. Hij was zelfs geestelijk niet in orde. Hij stond zomaar op en de tranen vielen op zijn blote buik. En de volgende ochtend belde de burgemeester Sidney Smith van Durban mij op. Hij zei: "Ga naar het raam. Kijk naar de richting van de zeekust." Nu waren daar vele stammen en we moesten hen op de renbaan van elkaar afschermen, omdat de stammen onder elkaar in oorlog waren. En toen ik daarmee klaargekomen was... Er waren maar ongeveer vijf mensen naar het podium gekomen.
En ik zag in één keer dertigduizend inlanders Christus aannemen als hun persoonlijke Redder; dertigduizend! Men heeft dit aantal opgetekend. Ik heb ze hun afgoden op de grond zien stukbreken en het leek op een stofwolk die de lucht invloog van, o, enkele stadsblokken ver. Toen deed ik een gebed, een gebed voor de hele samenkomst, ging gewoon op het podium staan en bad. Men schatte dat er circa twintig- of vijfentwintigduizend draagbaar- en rolstoelgevallen in één keer opstonden en wegliepen. Dat is simpel geloof. Zij zagen het één keer gebeuren en dat was genoeg. Dat was genoeg voor hen.
13 De volgende dag zei de heer Sidney Smith (hij is burgemeester van Durban in Zuid Afrika, een grote stad die drie of vier keer zo groot is als deze hier), hij zei: "Ga naar uw venster en kijk naar de zeekust en u zult iets zien wat u nog nooit hebt gezien." En grote bussen, of trucks daar (net zo lang als tot die klok daar, of verder), lange karren met zes en acht wielen... En zij hadden omtrent zeventien vrachtladingen met gebruikte stretchers, krukken waarmee zij gelopen hadden, dingen waarmee zij zich hadden voortbewogen. Er waren zeventien van die vrachtladingen helemaal volgestapeld, en de mensen die er de vorige dag nog op gelegen hadden liepen er achter; zij kwamen zingend in hun eigen taal er achteraan: "Alle dingen zijn mogelijk, geloven alleen!"
14 O my! Wat een wonderbare Christus dienen wij. Hij is zo liefdevol. Geen wonder dat Hij de Schoonste van tienduizend is. Hij is de Schoonste van allen. Wij hebben Hem lief met heel ons hart. Om Hem deze dingen te zien doen... Nu is het hier een beetje anders, omdat je hier ziet dat de mensen min of meer op goed geluk gaan en verhard zijn voor het Evangelie. Maar daar kunt u hun geen intellectuele godsdienst leren, omdat zij het niet zullen aannemen. Als u traktaten aan hen uitdeelt of erheen gaat en over Christus en dergelijke begint te spreken, dan zullen zij weglopen en u daar laten staan. Ziet u?
Zij zullen niet naar u luisteren, Mohammedanen of niemand van hen, omdat zij een intellectuele godsdienst hebben. Zij moeten iets positiefs zien, iets in actie, het met hun eigen ogen zien, daar staan en ernaar kijken, het in het Woord zien staan en dan zien gebeuren. Daar zien ze naar uit. Eenmaal zo gebeurd, dan is alles voorbij. Dan geloven zij echt.
15 Dus God is net zoveel God vanavond als Hij ooit geweest is. Als Hij niet nog steeds dezelfde is als die Hij was, is Hij het nooit geweest. Ziet u? Maar Hij moet dezelfde zijn, gisteren, heden en voor immer. Dat is waar. Wij geloven Hem op die wijze. Wij geloven dat Hij de zieken geneest en de verlorenen redt. Hij vult degenen die hongerige harten hebben en Hem verwachten met de Heilige Geest.
Eén ding wil ik hieraan toevoegen. En ik weet dat deze "Open Bijbel Richtsnoer"-kerk in de doop van de Heilige Geest gelooft, omdat ik broeder De Weese en de zijnen ken, waar ik samenkomsten voor gehad heb en o, hoevelen van de fijne broeders.
Dan wil ik dit nog zeggen: u neemt een persoon die geen verschil kent tussen de linker- of rechterhand. Vrouwen die daar staan, totaal geen kleding aan, alleen een lapje, weten niet eens wat links en rechts of iets anders is, maar laat hen de Heilige Geest ontvangen nadat u tot hen sprak en ze iets zien gebeuren; en u vraagt hen de Heilige Geest te ontvangen, dan doen zij hetzelfde als u hier doet wanneer u de Heilige Geest ontvangt. Dit toont dat het voor iedereen is en het dezelfde Geest is. Zij handelen eender en doen dezelfde dingen. Het laat zien dat Hij universeel is. Hij is Gods Heilige Geest en wij zijn Hem vanavond dankbaar voor onze Trooster.
16 Omdat ik zie dat u ziekten hebt, vraag ik me af of u morgen een korte tijd kunt afstaan, dan zullen wij enkele gebedskaarten uitgeven en een gebedsdienst voor de zieken houden. Is dat goed? Is het in orde met de predikers, iedereen? Soms moeten we uitkijken. Ik vind het erg om te zeggen, maar veel van onze Volle Evangelie mensen schuwen het om voor de zieken te bidden. Zij geloven er niet meer in. Wat zegt u? [Een man zegt: "Hier geloven wij het nog wel." – Vert] Dank de Here daarvoor. Dat is goed. In orde. Zo de Here wil, zullen wij dit dan doen.
Nu, zovelen... Ik werd hier niet lang geleden een kerk uit gestuurd; een man vertelde me, (ik vroeg hem om enige stoelen om die in een gehoorzaal te plaatsen waarheen wij de samenkomst moesten verhuizen om de mensen plaats te verschaffen. En hij weigerde ons de zitplaatsen te geven) en hij zei zelfs dat hij ieder die in Goddelijke genezing geloofde niet eens op zijn stoelen zou willen laten zitten. Dat is ook Volle Evangelie, wordt verondersteld het te zijn. Zij zijn niet vol Evangelie; het wordt enkel aangenomen, omdat zij dat merkteken dragen.
17 Ik heb Hem lief. Laten wij nu, voor wij Zijn Woord naderen, toetreden tot de Auteur van het Woord terwijl wij ons hoofd buigen in gebed. Ik voel dat wij elkaar kennen. Wij zijn geen vreemdelingen. Wij zijn broeders en zusters. Ik wil niet dat u nerveus bent, ik wil dat u... Nu, u zieke mensen, de voorgangers hebben ons ruim baan gegeven dat we voor de zieken kunnen gaan bidden. Als u naar de "Mayo Broeders" zou gaan om te ontdekken wat uw kwaal was, weet u hoe lang u zou moeten wachten? U zou waarschijnlijk twee maanden moeten wachten om opgenomen te worden. Dan zou het onderzoek in de kliniek ongeveer twee weken duren. En als u daar doorheen gekomen bent, zou u alleen weten, als ze het vinden, wat u mankeerde. Maar als u geduldig wilt zijn en in Christus gelooft, let dan op wat er gaat gebeuren. U zult genezen worden. Ik ben hier niet om u te misleiden; ik ben hier om u te helpen.
18 Nu, allen hier binnen, die... Beneden hun handen, als ik vraag om die op te steken, als er een verzoek is om aan Christus bekend te maken, zou u even uw hand willen opsteken? Het maakt mij niet uit wat het is, steek slechts uw hand op terwijl u in uw hart zegt: "Heer, ik heb genezing nodig, redding, ik heb..." wat het ook is. Ik ben er zeker van dat Hij ze overal ziet. Nu, dat is... Laat ons bidden.
19 Liefdevolle Vader, wij komen tot U, de Almachtige, alomtegenwoordige, almachtige, oneindige God, in de algenoegzame Naam van Jezus Christus, Uw Zoon. Wij komen omdat Hij ons vertelde: "Indien u de Vader iets vraagt in Mijn Naam, zal het u geworden." Dan hebben wij niets anders waardoor wij zouden verlangen te naderen, omdat de naam van onze kerk of onze organisatie of onze eigen naam of onze stad of ons ras of nationaliteit God helemaal niet zou behagen. Maar het behaagt Hem wanneer wij komen in de Naam van Zijn Zoon.
Op deze wijze naderen wij U, Vader. En wij willen niet dat U ons naar de oordeelstroon zendt, maar naar de genadetroon, want wij hebben genade nodig. Wij zijn nooddruftige mensen, Heer. Gij kent onze noden. U weet wat beneden die hand was die zojuist werd opgeheven, over dit hele gebouw. U weet wat zij nodig hadden. Ik heb deze zieken gezien, sommigen van hen zo kreupel dat zij nauwelijks hun hand konden optillen, maar ze probeerden hem omhoog te krijgen. God ik ben er zeker van dat U dit zag, want Jezus zei: "Zelfs geen musje kon op straat vallen zonder dat de Vader het weet."
20 Nu, God, vraag ik U om genade. Sta toe dat elk van deze handen die omhoog gingen, voordat deze diensten dit komende weekend geëindigd zijn, dat elk verzoek zal zijn toegestaan. Mogen de mensen geduldig zijn. Herinner: "Zij die wachten op de Here zullen hun kracht vernieuwen. Zij zullen met vleugels als van een arend opstijgen." Wij bidden om een opwekking deze week, Heer, het branden van de Heilige Geest in onze harten.
Vader, vanaf de voorganger en mijn hart, met allen die met mij zijn en elk lid van de kerk, helemaal tot de afvalligenbank toe, moge het zijn Heer, dat wij deze week de uitnemende overvloedigheid zullen zien. Moge de Heilige Geest ons avond na avond genadig zijn. Mogen wij al deze mensen die op hospitaalbedden of stretchers liggen, elk van hen, avond na avond hun positie weer zien innemen, zodat zij bij de rest van de mensen daar kunnen gaan zitten en deze dingen nooit meer hoeven te gebruiken.
21 Sta het toe, Heer, dat elke weerspannige zondaar, jongen, meisje, man of vrouw schijnen zal met de Geest van God in hun hart voor de samenkomst eindigt. Moge de kleine gemeente, Heer, groeien en niet alleen deze maar elke gemeente in de stad. Moge er een ouderwetse opwekking komen, dat niet alleen een Wereldtentoonstelling in de zusterstad is, maar moge het een opwekking zijn die de wereld schudt. Daar verlangen wij naar, Heer; die de harten van de mensen zal schudden, Heer, die hen terug zal voeren naar de kennis van de Here Jezus en van Zijn goedheid en genade voor Zijn volk.
Vader, wij zouden dit niet vragen tenzij we geloof hadden om te geloven dat het kon worden gedaan. En wij geloven dat het alles tezamen mogelijk is, Heer, en aannemelijk, dat God zoiets voor ons wil doen. Wij kijken ernaar uit.
Nu, Heer, help en zegen deze gemeente en haar voorganger, haar oudsten en diakenen, en allen die ermee verbonden of aangesloten zijn, al haar leden en al de bezoekende leden en alle predikers. God, sla niet één van hen over, van de kleinste tot de grootste.
22 En mogen wij een opwekking in ons hart hebben, Heer, brandend met het vuur van God. Wij weten niet hoeveel langer wij nog moeten gaan. Het ziet er zeker erg twijfelachtig uit dat wij hier nog lang zullen zijn. En o, wat is het een heerlijke gedachte om te weten dat deze oude, miserabele lichamen één dezer dagen in een oogwenk veranderd zullen worden en wij tezamen zullen worden opgenomen om de Here in de lucht te ontmoeten. Deze afmattende dag van ziekte en dit oude aardse pesthuis van zonde, we zullen één dezer dagen opstijgen met de vleugels van een arend en wegvliegen. Zelfs de dood zal deze grote gebeurtenis niet verhinderen, want de bazuin van God zal schallen en de doden in Christus zullen eerst opstaan. Dan zullen wij met hen worden opgenomen om Hem te ontmoeten. Wij zien uit naar de komst van die grote dag, Heer. Help ons nu.
23 Mogen wij ons vanavond in ons hart voornemen rustig voor de Here te zijn, op Hem te wachten, van ogenblik tot ogenblik te wachten, verwachtend dat het juiste woord zal worden gezegd of het juiste zal worden gedaan, wat ons het bestemde geloof zou geven dat ons recht in de zegeningen van God werpt.
Als wij verder wachten, Heer, en het Woord lezen, help mij, o God, dat ik diep oprecht en gezalfd met de Geest zal zijn. Zegen al de voorgangers, dat zij ook zo mogen zijn, en alle mensen, omdat het ons allen tezamen betreft, Heer, daar wij vergaderen in Uw Naam, wachten in Uw Naam, verwachten in Uw Naam. Want deze zegeningen die wij nu gevraagd hebben te gebeuren, plaatsen wij op Uw altaar door het offer van de Here Jezus, met alle geloof dat wij hebben. Moge ieder van ons... onze verzoeken daarop en vragend in de Naam van Jezus Christus daarvoor, komen te geschieden. Amen.
24 Laten we nu echt oprecht en vol hoop zijn. Wat wij nu gevraagd hebben... Het zou verkeerd zijn iets te vragen en het dan niet te geloven. Ziet u, wij hebben niet genoeg oprechtheid in onze aanbidding. Wij moeten zeer oprecht zijn. Ik vraag me af: Kunt u het goed horen op het balkon? Niet alleen maar... Ja, daarginds. Ik zie hun handen. Alleen maar om te testen, wel, wonderbaar. Dat is fijn. Nu, ik bedoel niet om te schreeuwen. Soms ben ik gewend buiten te spreken en ik spreek een beetje luid. Dus ik bedoel niet om te schreeuwen.
25 Nu, wees uzelf, eenvoudig, nederig, wachtend op de komst van de Here. Wij geloven niet in glamour, iets wat glinstert. Weet u, ik heb altijd gezegd: "Hollywood schittert, maar het Christendom gloeit." Er is heel wat verschil tussen glinsteren en gloeien. Hollywood schittert in geweldige klasse en sociëteit en glamour. Maar Christendom gloeit in nederigheid. De weg naar boven is altijd naar beneden. Nu, ik vertrouw dat een ieder vervuld zal worden met de Heilige Geest. En voor u vervuld kunt zijn met de Heilige Geest, moet u allereerst sterven aan uzelf om wedergeboren te worden.
26 Ik heb pas een ongeluk gehad: de littekens zijn nog steeds op mijn gezicht te zien, waar... Ik schoot een geweer af, iemand had het mij gegeven, en het ontplofte in mijn gezicht, een grote "Weatherby Magnum", ongeveer achtenzestighonderd pond druk, staal trof mijn gezicht en mijn ogen. Het is een wonder dat ik nog ogen heb, alleen door Gods genade en – of zelfs nog hoofd of schouders. Men zei dat het kwam doordat er aan het geweer druk ontsnapte. Het was een geweer dat omgebouwd was en niet gemaakt was als een echte Weatherby Magnum, maar van een Winchester omgebouwd werd in een Weatherby Magnum. Ik heb er altijd een verlangd, maar ik had nooit kunnen denken dat ik er een zou kunnen bekostigen en ik zou niet willen dat een van mijn vrienden zoiets voor mij kocht. Ze zijn duur.
27 Nu, u weet dat ik op groot wild jaag, over de hele wereld. Afrika, India, Alaska, overal. En ik doe veel aan schijfschieten. En ik was dit geweer aan het testen, dat iemand had laten ombouwen – had Weatherby het laten ombouwen. Maar hij had het niet goed gedaan. Op een of andere wijze vuurde het terug. In plaats van naar buiten blies het terug en heel het mechanisme smolt gewoon in mijn handen. De loop vloog weg tot aan de vijftig meter lijn en het vizier en stukken ontvelden de bomen en de lade van het geweer vloog ongeveer vijfentwintig, dertig meter achter mij, wat er van over was. Ik stond daar maar te bloeden en het bloed vloog alle kanten op. Al wat ik zag was rood vuur dat ongeveer zo hoog was als het plafond daar en dat is al wat ik mij voor een seconde of twee herinnerde. Wel, ik kreeg er een prediking uit. Ziet u, dat geweer was niet... Door het te veranderen in iets wat het niet was, had men een druk opgebouwd. In plaats van dat het de kogel die kant uitschoot, schoot het het mechaniek deze kant uit. Welnu, op dezelfde wijze gebeurt het wanneer een man tot God komt en alleen de hand van de prediker schudt of zoiets, en niet teruggaat en sterft om wedergeboren te worden.
28 Welnu, als dit geweer van aanvang af in de Weatherby matrijs gestart zou zijn en als een Weatherby geweer gemaakt was, zou het nooit ontploft zijn (zie?), omdat het een Weatherby geweer zou zijn geweest, van hetzelfde soort staal gemaakt in hun matrijs, enzovoort, en gevormd als het echte geweer wat het moest zijn. Maar omdat het iets anders was en niet alleen omgebouwd, maar vervormd werd tot iets anders, deed dàt het ontploffen.
En zo ontdekken wij onszelf langs de weg. Wij zien zo vaak dat mensen de spanning gewoon niet kunnen verdragen om een Christen te zijn. Dat komt omdat zij nooit gestorven zijn aan zichzelf en wedergeboren zijn, niet uit de matrijs van God gemaakt zijn om tegen de last bestand te zijn, de druk die een echte Christen ontmoet. Men probeert met een echte heilige van God te wandelen en ontdekt dat men zo'n spanning op zich krijgt, dat men zal ontploffen en weer terugkeert naar waar men begon. Maar als u wedergeboren bent en werkelijk vervuld met Gods Geest, dan bent u door God drukbestendig gemaakt om de druk te weerstaan die de wereld dusdanig op u uit kan oefenen. Maar dit moet eerst.
29 Nu wil ik dat u vanavond met mij leest uit het zeventiende hoofdstuk van het Evangelie van Mattheüs, de eerste vier of vijf verzen voor een verband en een tekst.
En na zes dagen nam Jezus met Zich Petrus, en Jakobus, en Johannes, zijn broeder, en bracht hen op een hoge berg alleen.
En Hij werd voor hen veranderd van gedaante; en Zijn aangezicht blonk gelijk de zon, en Zijn klederen werden wit gelijk het licht.
En ziet, van hen werden gezien Mozes en Elia, met Hem samensprekende.
En Petrus, antwoordende, zeide tot Jezus: Heere! het is goed, dat wij hier zijn; zo Gij wilt, laat ons hier drie tabernakelen maken, voor U één, voor Mozes één, en één voor Elia.
Terwijl hij nog sprak, ziet, een luchtige wolk heeft hen overschaduwd; en ziet, een stem uit de wolk, zeggende: Deze is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn welbehagen heb: hoort gij Hem!
Zo de Here wil, wil ik hieruit als tekst nemen, deze laatste drie woorden: "Hoort gij Hem!"
Nu, dit is een erg kleine tekst om een opwekking te beginnen, op het gebed dat wij gebeden hebben en de verzoeken van de mensen. Praktisch elke hand was hier enkele ogenblikken geleden omhoog voor verzoeken. Ik ga geloven dat God elk van deze verzoeken gaat beantwoorden. Gelooft u het met mij en Hij zal het doen. Nu, u zegt dan: "Drie woordjes als tekst nemen, 'Hoort gij Hem', voor dat allemaal?" Ja, dat is genoeg. Ziet u, het is niet de grootte, het is de waarde ervan, want het was God die Zelf sprak: "Hoort gij Hem."
30 Soms zijn het de kleine dingen die wij verzuimen, wat ons grote geloof bederft. We zien een kleinigheid opkomen: het weer is te heet, men is te vermoeid, dit, dat of wat anders, waardoor u zult nalaten om weer naar de samenkomst te gaan. Of iemand deed misschien iets verkeerds, of iets liep verkeerd of wat ook, en dan is het daar precies waar u faalt. Ziet u?
Maar ziet u, geloof is zo positief, het zal nooit... U kunt geloof niet hinderen. Het geeft niet wat het is, u gaat het toch doen. Het maakt niet uit wat iemand anders doet, als u het gelooft, zult u erbij blijven, omdat geloof geen belemmering heeft. U mag er misschien een heleboel hebben, maar uw geloof heeft er geen; het blijft er precies bij.
Nu, zoals hier enkele jaren geleden, voor de... Het was toen de grote koning George van Engeland leefde en hij Canada bezocht. Men vertelde dat zij alle scholen vrij af gaven voor de gebeurtenis van de koning en de koningin. En de onderwijzers gaven de kinderen vlaggetjes die zij omhoog konden steken en naar de koning konden wuiven als hij voorbij kwam, als huldebewijs aan zijn trouw, van hun trouw aan hem, liever gezegd.
31 En toen de koning was langs gekomen, werden de kinderen verondersteld weer naar school terug te gaan. En in een zekere school, wel, ik geloof dat het in Vancouver was, waren alle kinderen teruggekeerd op één meisje na.
Welnu, de juffrouw was in paniek en ze rende de straat op en begon het kleine kind te zoeken. Zij zocht straat in straat uit, in de auto's. En ze hoorde iemand snikken, zoals het huilen van een kind. Ze keek, en achter een van de telegraafpalen stond de kleine lieverd, zó met haar vlaggetje te huilen.
32 En de juffrouw zei tegen haar, ze riep haar bij de naam en zei: "Wat is er, schat?" En het meisje antwoordde niet.
En ze zei: "Heb je de koning niet gezien?" Ze schudde haar hoofdje, ja, zij had de koning wel gezien. Vroeg verder: "Heb je naar de koning gezwaaid met je vlaggetje?"
"Ja", zij had met haar vlag naar de koning gezwaaid.
"Wel," zei ze toen, "waarom huil je dan?"
Ze zei: "Weet u, juffrouw, ik ben zo klein." Ze zei: "Ik zag de koning, maar de koning zag mij niet zwaaien met mijn vlaggetje, ik was te klein."
Dat kan zo zijn met koning George. Hij kan het meisje wellicht niet gezien hebben. Maar er is één ding met Koning Jezus. Het geeft niet hoe weinig u doet, Hij zal het zien. Hij staat altijd klaar. Hij slaat elke beweging die u maakt gade en Hij heeft u lief.
33 Nu, bij deze gelegenheid komt God tot Zijn mensen. Nu, menigmaal komt God tot ons in het kader van grote samenkomsten. En Hij ontmoet u in kleine samenkomsten. Eenmaal ontmoette Hij er vijfhonderd. Een andere keer ontmoette Hij er zeventig, twaalf, drie, en zelfs één. Het geeft niet hoe klein de gemeente is, God wil u altijd tegemoet komen wanneer u een nood hebt en gelooft dat Hij er zal zijn. Jezus zei: "Waar twee of drie in Mijn Naam vergaderd zijn, daar zal Ik in hun midden zijn." Dat is Zijn belofte. Als dat niet waar is, dan is er geen hemel, dan is er niet zoiets als een Redder (Ziet u?), als dat niet waar is. Het moet de waarheid zijn.
Dus God komt tot ons in grote samenkomsten en in kleine samenkomsten. Het maakt niet uit. Waar iemand maar geloof heeft, zal God hen ontmoeten.
34 Welnu, deze gebeurtenis, het moest een grote gebeurtenis zijn. Gewoonlijk roept God mensen, Hij roept Zijn volk samen, wanneer Hij ze iets belangrijks te vertellen heeft. Misschien zijn het er slechts twee; misschien vijf; misschien duizend. Maar Hij roept ze bijeen, wanneer Hij echt iets aan Zijn gemeente te vertellen heeft.
Nu, deze gebeurtenis moet voor Petrus iets geweldigs zijn geweest... Jaren later noemde hij het de heilige berg. Hij verwijst er naar als de heilige berg.
Nu geloof ik niet dat hij echt bedoelde dat de berg heilig was. Het is geen heilige berg; het was de heilige God op de heilige berg. Het is niet de heilige kerk, zoals wij het de heilige kerk noemen, of de heilige mensen; het is de Heilige Geest in de mensen, de Heilige Geest in de kerk. Niet een heilige kerk, maar de Heilige Geest in de kerk, dat is wat het heilig maakt, omdat Hij Degene is die heilig is.
35 Welnu, Petrus noemde het de heilige berg omdat de heilige God op deze berg was geweest. En voordat God gewoonlijk iets op de aarde doet, spreekt Hij er eerst over vanuit de hemel. Hebt u dat wel eens opgemerkt? Hij spreekt altijd eerst vanuit de hemel. Het bovennatuurlijke manifesteert zich altijd en komt dan neer tot de mensen.
Als u op wilt merken, voordat Israël uit Egypte werd geroepen... Mozes had geprobeerd dat te doen, gelovend dat hij de persoon was die de boodschap moest brengen. Maar hij had het geprobeerd door zijn eigen wil, uit een intellectueel oogpunt, maar nog vóór de juiste tijd was aangebroken.
Maar toen de juiste tijd was aangebroken, kwam er een bezoeker uit de hemel neer. Het was God Zelf. Hij kwam tot de brandende struik en Hij sprak tot Mozes voordat Hij hem uitzond. Ik geloof dat elke man voor hij uitgaat op het veld om het Evangelie te prediken, eerst een ervaring met God moet hebben voor hij gaat. Want in deze intellectuele dag, zoals de Bijbel ons vertelt dat deze dag zal komen: "Want zij zullen zijn koppig, hoogmoedig, meer liefhebbers van plezier dan liefhebbers van God; die een vorm van godsvrucht hebben, maar de kracht ervan verloochenen."
36 Men heeft vandaag intellectuele reuzen in de wereld die bijna alles wat God heeft gezegd de waarheid te zijn kunnen weg verklaren. Zij kunnen het nemen vanuit een theologisch standpunt, intellectueel. Als u gewoon uw eigen gedachtengang neemt, redenerend zoals Eva in het begin deed, kunnen zij alles uit de Bijbel bij u wegverklaren.
Maar wanneer een man of vrouw ooit achterin de woestijn op die geheiligde grond is geweest, waar geen intellectueel kan staan, en daar met de levende God in aanraking is gekomen, kan geen duivel, of geleerde of iets anders, dit ooit wegverklaren. U wàs daar. Het gebeurde. U weet dat het de waarheid is.
Niemand kan het van u afnemen. U hebt God ontmoet. En ik geloof dat God altijd, in elk tijdperk wanneer Hij een boodschapper zendt, die persoon eerst op geheiligde bodem ontmoet, omdat het zo moet zijn. Er is teveel kwaad wat al het bovennatuurlijke probeert weg te verklaren. En waar een bovennatuurlijke God is, daar zullen bovennatuurlijke dingen plaats vinden, omdat Hij bovennatuurlijk is.
37 Nu, God sprak eerst tot Mozes, voordat er iets bovennatuurlijks van Zijn wonderen plaats vond. Evenzo sprak God tot Johannes de Doper voor de komst van Christus. Altijd! Er staat: "Degene die in de woestijn tot mij zei: 'Op Wie gij de Geest ziet nederdalen en blijven, Hij is Degene die met de Heilige Geest en vuur zal dopen.'" Ziet u?
Nu kwam Johannes inderdaad uit een priesterfamilie. Zijn vader, Zacharias, was priester en hij stierf toen Johannes nog maar een jongen was. In plaats van dat Johannes dezelfde bedieningsgedachte zou gaan volgen als zijn vader, was het werk te belangrijk. Hij kon het op die manier gewoon niet doen. Hij moest de woestijn in gaan en daar wachten tot hij eerst van God hoorde, omdat hij degene moest zijn die de Messias moest introduceren. En in die dagen had men allerlei tekenen voor een Messias gehad. Men had dit, dat of wat anders, en zo zou het zijn.
38 Ongetwijfeld waren de Farizeeërs gekomen en hadden zij gezegd: "Wij hebben Dr. Jones hier. Hij is een van de fijnste mannen. Ik weet dat hij de Messias moet zijn. Zo is het, omdat hij zo'n briljant man is. Hij brengt het zo mooi bij de mensen. Hij kleedt zich zo keurig", en... enzovoort. Elke groep had zo'n man.
Maar wanneer God Zich gereed maakt om iets te doen, roept Hij iemand terzijde en spreekt eerst vanuit de hemel. Dan weten zij precies waarover zij spreken. Zij hoeven niets te vrezen of iets te nemen van iemands ideeën. Zij weten nauwkeurig wat vereist wordt en zij gaan het ontvangen. Dat is de boodschap die God altijd eerst spreekt.
39 Hier ging God iets bijzonders doen, omdat Hij Petrus, Jakobus en Johannes mee liet brengen. Nu, dit is... ik zou het hoop, geloof en liefde willen noemen, de drie grote gaven van God. Laten we Petrus voor geloof en Jakobus voor hoop nemen en Johannes is altijd liefde, barmhartigheid. Hij neemt geloof, hoop en liefde met Zich mee en Hij gaat de berg op, omdat Hij op het punt staat iets te doen. Hij gaat iets uitdrukken en Hij wil het bevestigd laten worden. En Hij bevestigt het altijd onder drie getuigen, twee of drie getuigen. Dat was een Oud-Testamentische verklaring: "Bij twee of drie getuigen zal ieder woord vaststaan."
En Hij gaat de berg op en roept deze drie mannen, drie voortreffelijke gaven van de mensen die bij Hem waren en brengt ze de berg op. Voorts heeft Hij drie hemelse wezens. Iets moet gaan plaats vinden. Hij heeft drie aardse getuigen en drie hemelse getuigen. Daar zijn Mozes, Elia en Jezus verheerlijkt, van gedaante veranderd, en daar waren Petrus, Jakobus en Johannes; die van de aarde en die van de hemel, die elkaar nu tezamen ontmoeten.
40 En nu, Mozes en Elia; en toen werd Jezus voor hen verheerlijkt en Zijn gewaad glansde als de zon. Wat probeerde Hij hier te doen? Wij zien dat zij naar boven gingen en zij zagen dat Hij overschaduwd werd door een wolk. Zijn kleding was veranderd, het gewaad waarin Hij was blonk als de zon in zijn schittering. En een wolk was over Hem en een stem zei: "Dit is Mijn geliefde Zoon in wie Ik een welbehagen heb. Hoort gij Hem."
Welnu, naar mijn mening, wat God aan het doen was... God vraagt nooit iemand iets te doen wat Hij Zelf niet doet. Daarom geloof ik in de Godheid van onze Here Jezus Christus, dat Hij meer was dan een man. Hij was meer dan een profeet, toch was Hij een profeet, toch was Hij een man. Maar Hij was meer dan dat. Hij was Immanuël. Hij was God in vlees gemanifesteerd. Ik geloof dat.
Dat is precies wat Hij was, omdat elke man, of een profeet of een gewoon persoon die geboren zou zijn zoals wij, wij dan nog steeds in onze zonden zouden zijn. Maar Hij werd geboren door een maagdelijke geboorte, ziet u. Niemand had er iets mee te maken dan God Zelf. God, de Schepper, overschaduwde de maagd Maria en schiep in haar een bloedcel.
41 Nu weten we allemaal dat het leven van het mannelijke geslacht komt. Zoals een hen een ei kan leggen, maar als zij niet bij een haan is geweest, zal het nooit uitkomen. Het is niet vruchtbaar. Dus was God het mannelijke geslacht. En het was een schepping die God...
Nu, u dierbare Katholieke mensen hier, niet om uw gevoelens te kwetsen, maar wanneer u zegt: "Maria, moeder van God..." Wie was Gods vader, als dat Zijn moeder was? Zie? Zij is totaal geen moeder van God; zij was een broedmachine die God gebruikte. God gebruikte Maria. Zij is geen tussenpersoon, en ze is geen middelaar. Zij is een vrouw die werd overschaduwd door God, de Vader, en in Zijn scheppende kracht, zonder enig sexueel verlangen, in haar de kiem schiep, die de Zoon van God formeerde. Daarom was Hij noch Jood noch heiden. Hij was God.
42 Iemand zei dat we gered werden door Joods bloed. Als dat zo is dan moet er een sexuele aangelegenheid zijn geweest. Dus Hij heeft het bloed van God, een geschapen bloed, zodat God Zelf in een kleine zogende baby verpakt werd. En Hij was Jehova God in het vlees geopenbaard, dus niet alleen maar een profeet...
Sommige mensen zeggen: "O, Hij is een goede man." Een klein verhaal: enige tijd geleden, zei een vrouw tegen mij: "Meneer Branham, ik hoor u graag, maar er is één ding wat ik tegen u heb."
Ik zei: "Als het er maar één is, dank de Here." Ik zei: "Daar ben ik blij om. Gewoonlijk is het zowat elk ding." Ik zei: "En u zegt dat u maar één ding heeft? Laat eens horen, zuster." Zij behoorde tot een kerk die niet in de Godheid van Christus gelooft. Zij geloven dat Hij een goede man is, een leraar was, en zij geloven in Goddelijke genezing, enzovoort. Maar zij geloofden gewoon niet dat Hij God was.
En ze zei: "U roemt teveel over Jezus."
43 Ik zei: "O, als dat de geringste zonde is, die ik heb, dan zal ik zonder moeite binnengaan." Ik zei: "Ik roem teveel over Jezus?" Ik zei: "Zuster, al was ik vijftig mensen met dit ene probleem, ik zou niet genoeg over Hem kunnen roemen, al deed ik het dag en nacht. Ik zou nooit teveel over Hem kunnen zeggen. Ongeacht was ik zou zeggen, dan is er nog steeds méér dan dat. De helft is nog niet eens verteld, nadat het tweeduizend jaar lang geprobeerd is." Ik zei: "De helft is nog niet eens verteld. Wat zou u..."
Ze zei: "Wel, u zei dat u de Bijbel gelooft."
Ik zei: "Dat doe ik."
Ze zei: "Als ik u bewijs aan de hand van uw Bijbel dat Hij niets anders was dan een man, wilt u het dan accepteren?"
Ik zei: "Als de Bijbel dat zegt."
Ze zei: "Goed. Ik zal u bewijzen dat Hij niet Goddelijk was, zoals u zei dat Hij wèl was."
Ik zei: "Goed. Ik wil naar u luisteren."
En ze zei: "In het Evangelie van Johannes, het elfde hoofdstuk, toen Jezus naar het graf van Lazarus ging, zei de Bijbel dat Hij weende." Ze zei: "Hij kon niet Goddelijk zijn en wenen."
44 Ik maakte een ruwe opmerking tegen haar. Ik hoop dat u niet denkt dat het heiligschennend is, maar ik vertelde haar: "Dame, is dat uw Schriftgedeelte?"
Ze zei: "Daar sta ik mee."
Ik zei: "Dit is nog slapper dan de bouillon die getrokken is van de schaduw van een kip die de hongerdood stierf." Ik zei: "O, u zult nooit... Dat is... wel, u wilt toch niet zoiets als dàt zeggen! Wel," zei ik, "Hij was zowel God als mens. Toen Hij op weg was naar Lazarus' graf, weende Hij. Dat is waar. Dat was het menselijke deel van Hem. Maar toen Hij daar stond, Zijn tengere schouders rechttrok en zei: 'Lazarus, kom uit' en een man die al vier dagen dood was op zijn voeten ging staan en opnieuw leefde, vertel mij hoe een man dit kan doen? Dat was God in Hem die sprak."
45 Het is waar dat Hij op een keer trek in eten had, en een boom van alle kanten bekeek om iets te eten te vinden; Hij had honger, en Hij vervloekte de boom omdat er geen vijgen aan hingen. Maar toen Hij vijf broodjes en twee vissen nam en vijfduizend voedde en nog vijf manden vol overhield, was dit meer dan een man! Dat was God in die man. Jazeker.
Dat was een man die nacht op zee, toen Hij had gepredikt tot Zijn mond droog en Zijn lichaam vermoeid was en tienduizend duivels van de zee gezworen hadden Hem die nacht in die kleine oude boot, die daar in een storm als een kurk van een fles werd heen en weer geslingerd, te laten verdrinken. Dat was een man die daar lag te slapen. Maar toen Hij wakker werd geschud, Zijn voeten op de railing van de boot plaatste, omhoog keek en zei: "Zwijg, weest stil" en de wind en de golven Hem gehoorzaamden, was dat meer dan een man. Dat was God. Zeker, was Hij dat.
46 Het was een man die aan het kruis om genade riep: "Mij dorst, geef me te drinken." Het was een man die daar riep. Maar op de derde dag, toen Hij de sleutels van dood, hel en graf nam en elk Romeins zegel verbrak en weer opstond... Wel, zeker. Geen wonder dat de dichter zei:
Toen Hij leefde had Hij mij lief; toen Hij stierf redde Hij mij.
Begraven, droeg Hij mijn zonden ver weg.
Toen Hij opstond was Hij openlijk voor eeuwig gerechtvaardigd.
Op een dag zal Hij komen, o heerlijke dag!
Ja. Hij was goddelijk. Immanuël, dàt is wie Hij is. Dat is Hij vanavond, dezelfde gisteren, vandaag en voor altijd. Als Hij vanavond niet dezelfde is, was Hij het toen niet. Dat is waar. Hij is vanavond zoals Hij toen was en zal altijd dezelfde zijn. Ja! Welnu, daar was Hij. God manifesteerde Zich en liet aan Petrus, Jakobus en Johannes zien wat Hij van Israël had verlangd.
47 Nu, in het Oude Testament, en we vinden in de boeken van het Nieuwe Testament, ook in de Galaten, enzovoort, hoe Paulus het verklaart dat Hij een zoon aanstelde, zoals in het Oude Testament. Nu, wanneer een vader een groot koninkrijk had...
Merkt u op dat in de Bijbel, in Mattheüs 24 geloof ik, of nee, het is het Evangelie van Johannes, het veertiende hoofdstuk. Ik zal deze nemen. Een andere Engelse vertaling ervan luidt: "In Mijn Vaders huis zijn vele woningen." Klinkt dat niet een beetje vreemd voor ons vandaag? "In Mijn Vaders huis zijn vele woningen." Woningen in een klein huis? Vele huizen in een huis? Nu. Ziet u, dat is... Vertalers die dat voor de koning vertaalden (zie?). In die dagen werd een koninkrijk een huis genoemd en de vader was een koning over het huis. "In Mijn Vaders Koninkrijk zijn vele woningen", is de goede manier, de Hebreeuwse manier van vertalen.
48 Nu, Moffatt maakte het erger dan ooit. "In Mijn Vaders flatgebouw zijn vele appartementen." Alsof wij daar heengaan om... Dit toont wat een vleselijk verstand kan doen met het Woord van God. Dat is waar.
Ik stond niet lang geleden in Athene, Griekenland, en zag de afbeelding geschilderd van wat men Adam en Eva noemt. Die Eva was het meest afschuwelijk uitziende ding dat ik ooit in mijn leven heb gezien en Adam zag eruit als een of andere voorhistorische reus. Waarom? Het laat zien wat de vleselijke voorstelling is die men heeft over Gods schepping. Gods Geest is nodig om dingen te openbaren en Gods Woord wordt alleen door Zijn Geest geopenbaard. Dat is juist. "Het is verborgen voor de ogen van de wijzen en verstandigen en wordt aan kinderkens geopenbaard, degenen die willen leren."
49 Hier stond God. Hij deed nu precies wat Hij hun had gevraagd te doen. Welnu, in het erfgoed dat een vader had, had hij veel mannen aangesteld om voor zich te werken. Nu, dit is een kleine lering hier. Ik hoop dat het niet kwetst, maar ik wil alleen een bewering bewijzen en geloof op de juiste wijze laten beginnen, zodat wanneer wij starten wij op de goede weg zijn. Let op.
Wanneer nu een baby in dit gezin werd geboren – van deze vader, was het een geboren zoon. Maar toch had hij als zoon geen erfenis. Nu, hier is waar ik geloof dat wij, Volle Evangelie mensen, een beetje tekort schieten in onze leer. Kijk, wij nemen iemand en zeggen: "Wel, hij is nu vervuld met de Heilige Geest. Hij spreekt in tongen. Dat is het." Nee, u bent slechts begonnen. U bent net in de familie geboren. Dat is alles. Dat is vandaag de reden dat onze kerken niet vooruit gaan zoals zij behoorden.
50 Ik geloof dat na deze geweldige opwekking die deze laatste paar jaren de hele wereld doorkruist heeft, de heiligen van God overal in hemelse gewesten hadden moeten verkeren; en de kracht van God had in ziekenhuizen en overal moeten gaan en grote tekenen en wonderen en mirakelen zouden moeten plaats vinden. Maar Hij kan de mensen niet lang genoeg stil laten staan. Als wij denominatiezaad zaaien, halen wij een denominationele oogst binnen. Dat is het precies. Dat is wat wij hebben gedaan.
Als u daar in het Hebreeuws dat woord 'vroege en late regen' opmerkt; vroege regen betekent een zaai-regen. En wanneer dan de Geest valt, valt het op de rechtvaardige en de onrechtvaardige. Als wij denominationele zaden hebben gezaaid, halen wij de denominationele oogst binnen. Dat hebben wij gedaan. De Baptisten kregen er een miljoen meer in 1944. En moeilijk te zeggen wat zij nu hebben, nadat de grote evangelist Billy Graham en vele anderen overal zijn geweest. Kijk naar onze Pinkstermensen, door Oral Roberts en Tommy Osborn en grote mannen zoals dezen.
51 Wat hebben wij gedaan? Wij hebben meer leden gekregen, betere kerken, groter ledenaantal. Wat wij nodig hebben is kwaliteit, geen hoeveelheid. Dat is de narigheid. Dat is het zoeken naar de bruid vandaag. Eliëzer had een zware tijd om kwaliteit te vinden. Om haar vervolgens gereed te maken, nadat hij haar gevonden had, was de volgende zaak. Dus dat is het volgende. Daar zoeken we nu naar. De Heilige Geest, Gods dienstknecht is zoals Eliëzer op zoek naar deze kwaliteit, die onvervalstheid, dat speciale wat niets van Gods Woord zal achterhouden. Zij zal daar staan, levend of stervend en zeggen dat het de waarheid is. "God zei het en dat maakt het vast."
Ik kom net uit een dienst in Grass Valley, waar ik een week lang gepredikt heb over Abraham, over zijn zaad, enzovoort. Hoe dat echte Koninklijke zaad van Abraham vasthoudt aan dat Woord. Ongeacht hoe belachelijk het klinkt, of wat dan ook, hij blijft er precies bij omdat hij het zaad van Abraham is. Zo is het.
52 Merk nu op in het Oude Testament, als deze jongen in een gezin werd geboren... Het eerste wat de vader deed nadat hij oud genoeg was geworden om te worden onderwezen... Nu, hij is een zoon wanneer hij geboren is, zeker. Hij draagt de familienaam. Hij kreeg deze. Maar hij heeft nog geen erfenis. Hij moet uitvinden wat voor een persoon dat gaat worden voordat hij een erfenis krijgt.
Om zeker te zijn dat die zoon de juiste opleiding zou krijgen, zocht de vader de allerbeste leraar die hij kon vinden. En hij nam er nooit een die iets door de vingers zou zien om in de gunst te komen of zoiets en zou zeggen: "Wel, ik zal een rapport over de jongen maken dat het goed met hem gaat, zodat de vader mij misschien opslag zal geven." Hij zal iemand nemen die hem de waarheid zal zeggen.
53 Als de jongen het werkelijk goed deed, wat ging de leraar dan graag met een goed eerlijk geloof en oprecht gezicht naar de vader toe om te zeggen: "Ja meneer, met uw zoon gaat het uitstekend." Maar wat een schande zou het zijn wanneer hij naar voren getreden was om te vertellen dat zijn zoon een afvallige was; wat zou hij dat akelig hebben gevonden.
Ik vraag mij vandaag af, dat wanneer God Zijn Pinkstergemeente ongeveer vijftig jaar geleden geroepen heeft, ik vraag me af... En toen Hij de gemeente in het begin riep, wat voor een Leraar stelde Hij over de gemeente? Hij zond de Heilige Geest om de Leraar te zijn. En vandaag hebben we het door elkaar gehaald met bisschoppen en kardinalen en pausen en met allerlei kerkelijke ideeën en dogma's, die toegevoegd en afgedaan hebben aan die Bijbel, tot de mensen niet meer weten wat ze moeten geloven. Zo is het. Zij weten niet meer welke weg te gaan.
54 Het arme volk is als een kudde schapen zonder herder, een groep ganzen zonder leider. Dat is waar. Zij weten niet in welke richting te vliegen. Alles is alle richtingen uiteengegaan. De één zegt: "Deze richting" en de ander: "Die richting" en o, men weet niet wat te geloven.
Maar God zond Zijn gemeente de Heilige Geest. Dat is de Leraar. En die Leraar zal voor God de waarheid spreken. Amen. Hij voedt en onderwijst de kinderen het Woord. "In den beginne was het Woord, en het Woord was met God, en het Woord was God." God zal de kerken oordelen door Zijn Woord, zei ik een poosje geleden. De Bijbel heeft gezegd... (Ik voelde dit op me afkomen.) De Bijbel zei hier dat God Zijn gemeente zou oordelen door Jezus Christus. Dat is waar. En Jezus is het Woord. Dus het is het Woord gemanifesteerd. Als Christus nog steeds Christus blijft, neemt Hij het Woord en manifesteert het. Amen. Daar zijn we er. Het is het Woord dat onder ons woont en tot leven komt.
55 Deze leermeester... Wat als deze jongen verschrikkelijk was, en hij niet in de zaak van de vader werkzaam was, maar dat hij van alles deed? Wat zou die leraar beschaamd zijn om naar de vader toe te treden en te zeggen: "Meneer, ik vind het erg om te vertellen, maar het gaat niet zo goed met uw jongen." Ik stel me voor dat hij zich zou schamen en zijn gezicht afwenden.
Wat denkt u dat de Heilige Geest doet vandaag, wanneer Hij voor God onze Vader komt met een rapport van de kerk, dat wij uiteen gevallen zijn in negenhonderd verschillende organisaties, die geen gemeenschap willen hebben met elkaar en ieder dit, dat of wat anders heeft? Niemand... Alleen maar meer lidmaten willen maken, en meer van dit en dat in willen brengen? Ik stel me voor dat Hij Zijn hoofd afwendt.
56 Ik zou iets kunnen zeggen wat hier op het ogenblik brandt. Het kan misschien kwetsen, maar u weet dat dit een huis van correctie is. Gelooft u het? [Samenkomst zegt: "Amen."] Ik ben blij dat u dit hebt gezegd. Dat betekent: "Zo zij het."
Wat denkt u dat God vandaag zou doen wanneer de Heilige Geest Hem komt vertellen dat wij in onze kerken dogma's hebben aangenomen in plaats van Zijn Woord? Hoe denkt u erover dat wij geloofsbelijdenissen accepteerden in plaats van Christus? Wat denkt u dat Hij doet wanneer Hij naar voren treedt en zegt dat Zijn dochters allemaal hun haar hebben afgeknipt, korte broeken dragen en sigaretten roken? Dat is de... De Bijbel zei dat zulken niet binnen kunnen gaan. Om niet te geloven...
U zegt: "Het maakt geen enkel verschil." Laat de duivel dat niet aan u vertellen. Als God het zegt... Paulus zei hier in Galaten 1:8: "Indien een engel uit de hemel enig ander evangelie predikt dan wat ik gepredikt heb, hij zij vervloekt." Waarom maakte het zoveel verschil uit? Zelfs de kleinigheid van Lots vrouw om om te kijken, over haar schouder te kijken, deed haar zelfs in een zoutpilaar veranderen.
57 U zult het Woord moeten nemen! Er is ergens een nalatigheid. U zult terug moeten keren tot het Evangelie, terug tot Christus, terug naar het levende Woord, niet eraan voorbij gaan voor een zekere andere richting. U zult het moeten geloven.
Wat als Hij zou zeggen: "Zij geloven niet meer in genezing. Uw striemen waren tevergeefs voor hen, omdat zij zeggen dat de dagen van wonderen voorbij zijn." O, Hij moet Zich wel geschaamd hebben toen Hij dat aan de Vader vertelde. Ja.
Ziet u, men gelooft het niet. Zij gaan erbij vandaan, dag aan dag gaan ze steeds verder weg. U weet dat. U hoeft er niet over na te denken. Sommigen van u, oudere mensen, zijn hier langer dan ik in geweest. Kijk terug naar een paar jaar geleden, hoe het was: bidstonden die de hele nacht duurden.
58 Wat doet u vanavond? Op woensdagavond eerder weggaan, misschien tegen zes of zeven uur. Misschien komt u niet eens naar de bidstond. U wilt een smerig televisieprogramma zien, over een vrouw die vier of vijf keer met een of andere man is getrouwd; of een man die vier of vijf keer getrouwd is, en dan zeggen dat u God liefhebt, en wegblijven van bidstonden! Dat is zo. Kijken naar "We love Suzy", of naar Elvis Presley of enkele van deze knapen die hun geboorterecht verkochten voor een hoop van...
Elvis Presley was een Pinksterjongen: zond meer zielen naar de hel dan Judas ooit deed. Jazeker, want deze jonge meisjes nemen het en zij zeggen: "O, hij is erg godsdienstig." Geloof niet zoiets dergelijks. Godsdienstig? Dat is Satan ook. En Kaïn ook. Geloof dat maar niet. Het is precies het werk van de duivel om jullie kinderen daar op die dansvloeren te krijgen met al die boogy-woogy en heel die onzin, twist en allerlei rommel daar, vulgair leven, half gekleed.
59 Sommigen van u Pinkstervrouwen, het is een schande. Jazeker. U mannen die hen toestaat zo te doen, u bent daardoor slechter dan zij. Zo is het. Van een man wordt verondersteld dat hij de heerser is van zijn eigen huis. Jazeker. Maar wat hebben we vandaag gekregen? Geen wonder dat wij geen geloof kunnen hebben. Geen wonder dat er geen genezingsdiensten in Amerika kunnen zijn. We zijn van God afgedwaald.
Niet lang geleden stond ik daar in Zuid-Afrika in een samenkomst en zag wel tienduizend inboorlingvrouwen, geen verschil wetend tussen linker- of rechterhand, naakt zoals zij in deze wereld gekomen waren, die Christus ontvingen als hun persoonlijke Redder. En terwijl zij daar stonden met opgeheven handen en Hem ontvingen, toen zij hun handen omlaag deden, vouwden zij hun handen en liepen weg, zoveel als mogelijk was bedekkend: de Heilige Geest, Hijzelf maakte hun bekend dat zij naakt waren.
60 Hoe kunt u zeggen dat, als inboorlingen die niets over God weten en bij het ontvangen van de Heilige Geest beseffen dat zij naakt zijn, terwijl deze Amerikaanse vrouwen zich ieder jaar meer uitkleden, in koren zingen, en dan beweren Christenen te zijn! Verondersteld te zijn. Daar is ergens iets fout en dat ligt niet aan God of Zijn Bijbel. U weet dat het waar is. Geen wonder dat wij geen opwekkingen kunnen hebben. Geen wonder dat wij hier niet in kunnen dringen. Geen wonder dat er geen dingen kunnen gebeuren. De Leraar komt bij de Vader en schudt Zijn hoofd.
O my, het is verschrikkelijk zoals zij doen. Wel, dat is waar. Wat is er aan de hand? Men is bang om iets te zeggen vanwege hun levensonderhoud. Dit is Gods Woord! Predik het of blijf er vanaf.
61 Nu, iets vreemds. Een dame zei niet lang geleden tegen mij... Ik maakte een opmerking toen ik teruggekeerd was. Zij had heel wat manicure op, u kent de... u weet de... hoe noem je dat? Onlangs zag ik er een. Echt waar, ik voelde me zo... Ik was in Clifton aan het ontbijt van de Zakenlieden. En ik stond daar te wachten op broeder Arganbright die zou komen en een van deze vrouwen kwam eraan met een van die waterhoofdkapsels, u weet wel, zo'n hoog gevaarte. Ik heb nog nooit in mijn leven zo'n uitrusting gezien. Dat mag wellicht een knap uitziende vrouw zijn geweest, maar ze zag eruit als een voorhistorisch dier. [De zaal breekt in lachen uit – Vert] En daar stond ze. Ik zeg dit niet voor de grap! Dit is geen plaats voor grappen! Dit is de Bijbel. Dit is Gods waarheid. En daar stond zij met blauw over haar ogen en rood daarboven.
62 En o, ik zei: "Ik ben een..." Ik heb huidziekten gezien. Ik heb melaatsheid gezien. Maar zoiets had ik nog nooit gezien. Ik dacht dat de vrouw ziek was en ik liep naar haar toe, was van plan haar te vragen – haar te vertellen, ik wou zeggen: "Neem me niet kwalijk, zuster. Maar ik ben een zendeling. Ik bid voor de zieken. Zou ik u kunnen helpen?" En net op dat tijdstip kwamen er nog twee of drie vrouwen aan die er eender uitzagen.
En ik dacht: "U wilt me toch niet vertellen dat deze Amerikanen zich zo gedragen?" Ik kon de inboorlingen dat overzee zien doen. Dat is een heidense gewoonte. Ik kon ze modder op hun gezicht zien doen en dergelijke en kleuren zien maken. Maar niet bij wat geciviliseerde mensen verondersteld worden te zijn. Over beschaving gesproken. Wij zijn... De oude pendule is teruggezwaaid. Zo is het precies. O, wat een schande.
63 Ik zei er eens wat van en een dame trof mij buiten aan. Ze zei: "Meneer Branham, ik geef u te kennen dat ik van Pinksteren ben."
Ik zei: "Wel, prijs de Heer. Handel er dan naar." [De zaal schiet in de lach – Vert]
"Wel," zei ze, "denkt u dan dat het verkeerd is voor een vrouw... U vertelde over een vrouw die mannenkleding aantrekt?"
Ik zei: "De Bijbel zei het."
Ze zei: "Ik draag geen shorts." Ze zei: "Ik draag lange broeken."
Ik zei: "Dat is nog erger. De Bijbel zei dat het een gruwel is voor een vrouw om een kledingstuk aan te trekken dat aan een man behoort." Juist.
God is oneindig. God kan nimmer veranderen. Zijn beslissing is perfect. Toon mij één keer dat God veranderde. Hij doet het niet. Hij verordineerde in de Hof van Eden dat de enige plaats om God te aanbidden, onder het bloed was, en Hij heeft het nooit veranderd. Het is voor altijd. Hij maakt het alleen nog glorieuzer. "U hebt hen vanouds horen zeggen: 'Gij zult niet doden.' Maar Ik zeg u: wie boos is op zijn broeder... U hebt hen horen zeggen: 'Gij zult geen overspel plegen.' Maar Ik zeg u: wie een vrouw aanziet om haar te begeren..."
64 Luister hier. Ze zei: "Wel, ik vertel u nu, dat zulke kleding niet wordt gemaakt."
Ik zei: "Er worden nog steeds naaimachines gemaakt en stoffen verkocht." Er is geen excuus. Ziet u? Er blijft voor u geen excuus meer over. Luister. Laat me u vragen – gewoon enkel dit ene zeggen, ik ga van dit onderwerp afstappen, omdat dit voor uw voorgangers is. Maar enkel en alleen om u te laten weten hoe ik erover denk.
Nu kijk. Wanneer u bij de oordeelstroon komt, wist u dat u daar veroordeeld kunt worden voor het plegen van overspel, terwijl u toch net zo rein bent als een lelie? Jezus zei: "Wie een vrouw aanziet om haar te begeren..." En sommigen van u vrouwen laten uw dochters uitgaan en ze doen die kleding aan en gaan naar buiten. Welnu, wat als die zondaar die straat in komt lopen en met begeerte naar die vrouw kijkt? Hij zal op de oordeelsdag verantwoording moeten afleggen voor het plegen van overspel. Wie deed het? Wie is schuldig? Zij! Door zich zo te vertonen. Dat is absoluut waar. Val mij er niet over lastig, bespreek het met God. Dat is juist.
65 Maar zo komt de Heilige Geest naar de Vader toe en zegt: "Hoe zouden we ooit op zoiets een gemeente kunnen bouwen?" Hoe kunnen... Luister vrienden, het wordt tijd om schoonmaak te houden van helemaal vooraan bij de preekstoel tot de koster daar achterin toe en een nieuw begin te maken. Het is net als een stel...
Neem de vogels, die hun eieren leggen in het voorjaar. De moedervogel kan een nest met eieren leggen en ze hoeft niet bij haar mannetje te zijn geweest. Maar zij kan die eieren leggen en ze kan er over broeden, zij kan ze omdraaien en ze kan daar blijven tot ze verhongert, tot ze zo vermagert dat ze niet meer van haar nest kan komen. En die eieren zullen nooit uitkomen. Waarom? Zij zijn bedorven. Zij rotten weg in het nest.
66 En dit is precies wat er vandaag aan de hand is. Wij hebben enkel zoveel leden binnengehaald, enzovoort, en ze hier vertroeteld en daar vertroeteld: alleen maar een nest vol rotte eieren gekregen. Het wordt tijd de zaak schoon te maken en die mensen bij de Man Christus Jezus te brengen, met het Woord van God terug in actie en kracht. Dan zullen we een opwekking hebben die iets teweeg zal brengen en iets zal uitwerken. Dan zult u Christus op het toneel zien komen in kracht. Hij kan niet komen zolang deze zaken Hem blokkeren. Zo is het.
Geen wonder dat de Leraar zich schaamt als Hij bij de Vader komt en zegt: "Ja, Uw kerken... Ja, Ik weet dat dit er staat, maar zij doen het niet."
"Bedoelt U dat zij het niet doen?"
"Zij doen het niet."
67 Daar bent u er. Wat een schande. Wat jammer moet dat voor de Vader zijn, wanneer de Leraar verschijnt, de Heilige Geest en dat meedeelt, want Hij is onze Leraar. Wij weten dat. En de Heilige Geest schreef de Bijbel. Dat zei de Bijbel: "Mannen vanouds, gedreven door de Heilige Geest, schreven de Bijbel." Dus de Bijbel is door inspiratie geschreven. Er is geen eigen uitlegging. Het is gewoon zoals het daar precies geschreven staat. Neem het slechts en geloof het; handel ernaar. God zal het laten gebeuren. Ik heb Hem nog nooit iets zien beloven, of Hij deed het. Hij zal het altijd doen.
Nu, hier komt de Leraar. Nu, wat als, terwijl Hij voor de Vader verschijnt, o, wat voelt Hij zich (my!)... gaat naar Hem toe en zegt: "O, Uw zoon gaat vooruit. Hij heeft precies een aardje naar zijn vaartje (zoals wij het in het zuiden zeggen). Hij lijkt precies op U. Hij is zo geïnteresseerd in alle zieken en aangevochtenen. Hij is zo geïnteresseerd in de redding van de mensen. Hij stelt zo'n belang in al deze dingen. Hij gelooft elk Woord, dat U gezegd hebt. Weet u, hij leidt de gemeente precies eender als U zou doen, wanneer U daar was. Weet U hoe Uw Zoon het deed, toen Hij daar was?"
"Ja."
"Hij doet het op dezelfde manier. En weet U, U had daar geschreven: 'Hij is dezelfde gisteren, vandaag en voor altijd.'"
"Ja."
"Wel, dit is precies wat ze aan het doen zijn."
O my! Hoe moet de Vader nu wel zeggen: "Dat is Mijn zoon. Dat is Mijn kind."
68 Dat is de reden waarom Hij hier kon glimlachen. Jezus had elk woord ervan uitgevoerd. Zo is het. Hij had het nauwkeurig volgens het Woord uitgevoerd, omdat Hij die volmaakte Zoon was. En Hij is dezelfde en Hij stierf om de Wijnstok te worden opdat wij de ranken mochten worden, zodat Hij ons kracht kan schenken met Zijn Leven om hetzelfde Leven voort te brengen dat Hij had, levend in ons. Dan zullen wij hetzelfde doen.
Jezus zei in Johannes 14:12: "Wie in Mij gelooft, de werken die Ik doe, zal hij ook doen." Laten we opletten wat Hij gedaan heeft. Vanavond hebben we geen tijd, ziet u, maar we zullen het later weer oppakken en zien wat Zijn werken waren. Misschien morgenavond. Dan zien of Hij diezelfde werken wil verrichten. Als Hij het doet, blijft Hij dezelfde. Nu, dan zou God daar welbehagen in hebben.
69 Maar wanneer wij rond gaan vertellen: "Wel, ik zal u zeggen, wij behoren tot de zo-en-zo..."
Ik vroeg een keer aan een vrouw in een gebedsrij: "Bent u een Christen?"
Zij antwoordde: "Ik wil u te kennen geven dat ik elke avond een kaars brand." Of dat iets te maken had met Christendom: elke avond een kaars branden.
Ik zei: "Wel, dat is niet meer dan het voeren van varkens iedere avond." Ziet u? Ik zei: "Dat zou voor mij niets meer betekenen." Ik vroeg: "Bent u wedergeboren? Kent u Christus als uw Redder? Is Hij een echte realiteit in u geworden? Leeft u in Christus? Leeft Christus in u?"
"In die dag zult gij weten dat Ik in de Vader ben, de Vader in Mij en Ik in u." Zo is het. God die onder Zijn volk woont, dat is de manier. Dan ontdekken wij op déze dag...
70 Nu nemen wij... Als die zoon een goede zoon was geweest, was hij precies eender... Herinner nu dat hij een geboren zoon was. Mis dit niet! Hij was een geboren zoon. Maar jaar na jaar maakte hij vorderingen. Hij was voortdurend bezig met de zaken van de Vader. Hij deed het werk net eender als de Vader.
Hoe de Leraar sprak: "O, dat is prachtig!" En aan de Vader ging vertellen: "O, het gaat precies eender zoals U het zou leiden wanneer U daar was. Hij heeft dit uitgefoeterd en dat veroordeeld. Hij heeft dit op zijn plaats gezet. En Hij heeft dat net eender gedaan als U zou doen, geen verschil, precies eender. Het is net als U daar. Het is Uw leven in hem, jazeker, omdat... Men kan stellig vertellen dat hij een zoon van God is, omdat hij uit U geboren is. Ziet u? Hij doet hetzelfde, blijft precies bij Uw Woord. Mist nooit een woord, blijft er precies in, hamert er precies op."
O, de Vader moet hebben gezegd: "Dat is prachtig!"
71 En dan komt er een dag, als deze zoon zo doorgaat, dan komt er een dag die genoemd wordt: het plaatsen van een zoon. Dan riep de vader een groep mensen in de stad bijeen. Hij nam zijn eigen zoon en kleedde hem in een mooie mantel en plaatste hem zo hoog dat iedereen hem kon zien; er vond een ceremonie plaats, en hij adopteerde zijn eigen zoon die in zijn huis was geboren, of plaatste hem. En toen hij dit gedaan had, was daarna de naam van de zoon even goed als de naam van de vader, op de cheque of waar ook. Zijn handtekening in die dagen was een zegel, een zegelring, omdat velen van hen niet schrijven konden. Het was een strafbaar vergrijp om dat zegel ooit te kopiëren. En men moest met de achterkant van de ring er zó mee stempelen. [Broeder Branham slaat op de preekstoel – Vert] En hij kon zijn vaders zegelring dragen. Waarom? Zijn naam was even goed als die van zijn vader.
Welnu, daarheen probeert God Zijn gemeente te brengen, tot een plaats waar wij zonen en dochters van God zijn. Ziet u? Maar wij komen in moeite. Wij laten alles... En nu, de wereld probeert de echte zaak te verstikken, tracht de mensen bang te maken voor het communisme. Wees niet bevreesd voor communisme. Dat is niets. Communisme...
72 Ik wil u Bijbelonderzoekers iets vragen. Ik wil dat iemand mij ergens een Schriftgedeelte laat zien dat het communisme ooit de wereld zal regeren. Ach, communisme is enkel iets wat in de hand van God speelt, wanneer u de Bijbel leest, om de hoer te verbranden, om haar te vervolgen. Het communisme zal de wereld niet regeren, maar de Bijbel zei dat het Romanisme de wereld regeren zal. En u ziet het op dit moment in het Witte Huis beginnen. O, u arme Democraten...?... ga uw gang (goed, in orde), u verkoopt uw geboorterecht voor een hoop politiek. Ik houd mijn mond er verder over. Maar wacht!
Hoe het ook zij, laat ons terugkeren naar het plaatsen van de zoon. Wanneer de vader die zoon in positie plaatste, was wat hij ook deed goedgekeurd door de vader, want hij droeg zijn zegel.
Nu, daar behoorde de gemeente vandaag te zijn. Na God te hebben gezien en Zijn kracht, behoorde het zo te zijn dat de gemeente regelrecht naar voren treedt en zegt: "In de Naam van de Here Jezus Christus", om de naam van de Vader te gebruiken en het te zien gebeuren. "ZO SPREEKT DE HEER..."
73 Jezus, toen Hij hier op aarde was, zei: "Ik doe geen ding, tenzij de Vader het Mij toont." Johannes 5:19. Wij zouden in zo'n positie moeten zijn dat de Vader ons elk ding zou tonen, en wij zouden zien dat het telkens perfect, precies zo gebeurt. [Broeder Branham klapt in zijn handen – Vert] Ziet u? Net eender. [Klapt weer – Vert] Daar is het. Voor dit doel werd een zoon geplaatst. Dat behoorden wij te zijn: in positie geplaatst in Christus. O, wat een tijd zou dat zijn.
Wat is de gemeente te kort geschoten! Hoe hebben wij de grote opwekkingen genomen en er kapitaal uit geslagen in plaats van het geestelijk in de mensen gebracht te hebben, als echte zonen en dochters van God, vervuld met de Geest, die dag en nacht in hun hart brandt.
74 Vergeet niet dat de Bijbel zei: "De Heilige Geest verzegelde slechts diegenen die zuchtten en weenden vanwege de gruwelen die in de stad gebeurden." Ik zou graag uw voorganger eruit willen nemen, die andere voorgangers daar willen nemen. Hebt u... Hoeveel leden van uw kerk liggen op hun aangezicht en roepen dag en nacht vanwege de gruwelen die in de stad gebeuren? Daar. Ziet u, de ijver is helemaal verdwenen.
We hebben gezwoegd, zodat we een mooie kerk hebben gekregen, we kregen een prachtig gebouw. Dat is in orde, daar is niets tegen te zeggen. Fijne organisatie, geen woord er tegen, dat is goed. Daar heb ik niets tegen. Maar wat ik probeer te zeggen: u hebt de hoofdzaak laten liggen: de Christus van deze kerk, de Christus in deze organisatie, de Christus die... U kijkt naar de organisatie, kijkt naar de kerk in plaats van naar de Christus, en Christus is het Woord en het Woord is positief.
75 Nu, dit is wat wij verlangen, vrienden. Dit is wat wij deze week verlangen te zien, nietwaar? Wij verlangen dat Christus hierheen komt; niet naar u toekomt en zegt: "O beste voorganger, beste broeders, mijn broeder voorgangers, Ik introduceer u een andere organisatie die de 'Assemblies of God' (Vergaderingen van God) of de Kerk van God, of deze, die, of de andere in glans zal overtreffen. Wel, op een dag zullen we de Katholieke overtreffen." Nu, dat is onzin! Wat misschien in orde mag zijn, maar we zijn te laat voor zulk gedoe. Hoe kunnen wij "de komst van Christus is aanstaande" prediken en handelen zoals de kerk zich vandaag gedraagt? Miljoenen dollars in gebouwen steken en al het andere en zeggen dat Christus komt, wel, ons eigen gedrag veroordeelt waarover wij spreken. Dat is waar.
Ik bedoel niet ruw te zijn, vrienden, maar laten we hier even bij stilstaan. Laten we het even bekijken. Dat is de reden! We zullen naar dit Woord terug moeten keren. We moeten naar de God van het Woord terugkeren en het Woord ìs God. Ziet u?
76 Jezus werd aan de test en de beproeving onderworpen en "Elke zoon die tot God komt moet gekastijd en beproefd worden." Wanneer hij geen kastijding kan verdragen, wordt hij een bastaardkind en niet het kind van God, de zoon van God. Zo is het.
Kijk eens hier naar de zieken en de aangevochtenen die hier liggen. Ik zeg nu niet dat de voorgangers het doen, het kunnen wellicht de mensen zijn.
En men zegt: "Wel, hebben zij misschien gezondigd?" Ik weet het niet. Dat is Gods zaak.
Maar op een keer was er een man die vroeg: "Wie heeft er gezondigd? Hij, of zijn vader of moeder?"
Jezus zei: "Geen van allen, maar opdat de werken van God gemanifesteerd konden worden."
77 Zou het niet fijn zijn om elk van deze brancards en rolstoelen hier de komende twee of drie avonden leeg te zien komen? Zou dat niet heerlijk zijn? Dan zou de manifestatie van God hier zijn. Zou het niet wonderbaar zijn om de Geest van God hier onder ons te zien bewegen en een opwekking te zien uitbreken totdat het dag en nacht een voortdurend geween was en de samenkomst zelfs niet geëindigd werd, gewoon dag en nacht voortging. De mensen zouden zelfs niets verlangen of honger krijgen; gewoon hier blijven en feesten op de goedheid van God.
Overal zou het op die wijze in de nieuwsbladen geschreven zijn en de mensen zouden van de Wereldtentoonstelling in Seattle naar Spokane komen om te zien wat voor tentoonstelling God aan het houden was. Dat is waar. Het kan gebeuren. Laat God bij ons binnenkomen.
78 Nu zien wij God (ik zal nu hiermee sluiten), God daar staan... En let op, Hij bracht Zijn eigen Zoon daarboven, nadat... Vergeet niet dat Hij vandaar regelrecht naar Golgotha ging. Hij bracht Zijn eigen Zoon daar boven. En wat deed Hij? Hij toonde Hem in Zijn komst. Hij verheerlijkte Hem. Daar stond Hij en "Zijn gewaad glansde als de zon." Met andere woorden, God zei: "Ik ben gedurende het tijdperk Uw Vader geweest. Maar de enige manier om Mij te benaderen is van nu af aan door Hèm. Dit is Mijn geliefde Zoon." Ziet u wat Hij deed? De aanneming [adoptie], de plaatsing. Ziet u? "Dit is Mijn geliefde Zoon. Hoort Hem."
Petrus werd opgewonden toen hij het bovennatuurlijke zag. Dat is de moeilijkheid vandaag. Ze zien het bovennatuurlijke en raken allemaal opgewonden. Dit is het allereerste wat gebeurde toen jaren geleden de Pinksterzegen begon te vallen op de Pinkstermensen... ik denk dat ik toen zelfs nog niet eens geboren was, maar ik heb hun boeken gelezen. En de Heilige Geest viel op hen en God begon de gaven van spreken in tongen terug te herstellen aan de gemeente. Toen raakte ieder opgewonden. En de één zei: "Hij zal op een wit paard komen" en de ander: "Hij komt op een witte wolk." "Wel, we zullen onze eigen organisatie vormen."
79 Toen haalden zij mensen binnen en ze haalden alles de kerk binnen en... in plaats van het met rust te laten. Weinig vermoedde Israël... Toen zij God daar boven hadden zien neerkomen, dachten zij dat het Millennium weldra voor hen lag. Zij hadden gezien dat God deze Egyptenaren versloeg en hen in de Rode Zee liet verdrinken en allerlei tekenen verrichtte. Ze stonden daar aan de oever en Mirjam sloeg juichend en springend op die tamboerijn en Mozes zong in de Geest. O, ze waren nog maar drie dagen van het beloofde land verwijderd. Zij wisten niet dat zij nog veertig jaar voor de boeg hadden. Evenmin wist Pinksteren het, toen de Heilige Geest voor het eerst op hen viel.
Maar waar zij hun onbezonnen vergissing maakten was in Exodus 19, waar zij zich afkeerden van de genade die God al voor hen bereid had en die hun een profeet gaf en een Vuurkolom en een offerande, en tekenen en wonderen deed; genade had daarvoor gezorgd, maar zij wilden zelf iets doen. Zij moesten iets hebben om zich doctors in de godgeleerdheid te maken, dus wilden zij een wet. En dáár stierven zij en zij bleven daar tot alle oudstrijders gestorven waren. Zo is het. Toen kwam God, nam een nieuwe groep en stak met hen de Jordaan over.
80 De Pinkstergemeente vandaag is in de woestijn gebleven, hetzelfde geval, steeds ronddolend om dezelfde heuvel. Hebt u er wel eens aan gedacht wat zij deden? Trouwden de jonge mensen, begroeven de ouden, kusten de baby's en plantten gewassen en waren voorspoedig. En dat is in orde. Maar broeder, ginds is een beloofd land waar alle dingen mogelijk zijn voor degene die gelooft. Elke belofte in het Boek behoort aan de gemeente. Christus is het Woord dat in het hart van een persoon komt en dat Woord manifesteert. Ziet u?
Wij zijn al tevreden: "Wel, ik heb in tongen gesproken." Dat is goed. "Ziet u, broeder Branham, ik heb het." Terwijl u zich zo gedraagt? Dan betwijfel ik het. "Aan hun vruchten zult u ze kennen." Weet u, het water valt op de tarwe en ook op het onkruid. Aan hun vruchten worden zij gekend. Wij zien dat.
81 Wat wij nu nodig hebben is een opwekking. Wij hebben niet alleen maar een kerkelijke bijeenkomst nodig, maar een opwekking! (Raak niet opgewonden. Dat was het alarm van mijn horloge om mij te vertellen dat ik – als ik voor de eerste keer in een kerk ben, predik ik gewoonlijk niet zo lang, ongeveer zes uur, maar deze keer had ik het alarm aan en had ik een horloge voor mij. Dus het is in orde. Ik heb een klein alarm horloge dat mij gewoonlijk vertelt dat het tijd is om te stoppen.) Maar er is zoveel te zeggen, zoveel om gedaan te worden en u hebt een fijne groep mensen hier.
Waarom kunnen wij het niet hebben? Waarom kan Christus niet dezelfde voor ons zijn? Waarom kan Hij de zieken niet genezen? Hij deed het pas. Onlangs 's avonds hier in Grass Valley, zag ik elke rolstoel, alles wat daar binnen stond, volkomen leeg komen, geen zwak persoon meer onder ons; ze liepen er regelrecht uit, geen enkel zwak persoon meer. Dat is zo. Zij zaten daar stil te luisteren tot zij het begrepen. En toen zij het begrepen, daar gebeurde het, en er was geen zwak persoon in hun midden, ongeveer vier of vijf keer zoveel als deze groep hier – menig keer, in een grote auditorium. Dus, merk nu op, het kan gebeuren. Maar ziet u, u moet geduldig zijn; u moet gewillig zijn; en u moet Christus hebben. Wacht nu, even tot slot nu.
82 Petrus werd helemaal opgewonden en hij zei: "Laat – laten – laten we..." Weet u, het bovennatuurlijke maakt de mensen in de regel opgewonden. Weet u, Israël daarginds werd opgewonden, in plaats van onder de verzoening te komen. Er was een onbesneden groep die met hen meetrok – een gemengde menigte, noemt de Bijbel het. Het veroorzaakte naderhand problemen. Het bovennatuurlijke had plaats gevonden en er was een gemengde menigte die met hen meetrok.
Hetzelfde gebeurde met deze opwekking, gelovigen tot halverwege. Er zijn slechts drie klassen van mensen op de wereld. Dat zijn: gelovigen, schijngelovigen en ongelovigen en zij bevinden zich in elke groep. U vindt ze dus. Zo is het. Wij letten dus op. Hier was het zo.
83 Welnu, Petrus wilde hier onmiddellijk aanspraak op maken en zei: "Laten we hieruit drie denominaties oprichten. Wij zullen een tabernakel voor U hier bouwen en we bouwen er een voor Mozes en we bouwen er een voor Elia. Wij zullen hier gelijk beginnen met er drie op te richten."
O, wat een zaak. Ik ben blij dat het niet doorging, omdat ik niet naar Mozes zou willen komen. Mozes vertegenwoordigde de wet en de wet heeft geen verlossingskracht. De wet kan u slechts in de gevangenis zetten; kan u er niet uithalen. De wet heeft er geen genade voor. O nee. De wet was een tuchtmeester, en de wet veroordeelde ons alleen maar. De wet toonde ons dat wij zondaren waren, maar het had er geen genade voor.
84 En wat vertegenwoordigde Elia dan? Gerechtigheid, de profeten. Genade, wij verlangen Zijn gerechtigheid niet. Als ik recht kreeg, zou ik dood zijn en ieder van ons zou dood zijn. Wij verlangen geen gerechtigheid. Ik zou geen recht kunnen verlangen. Ik zou veroordeeld worden. Wij wensen Zijn recht niet. Ik verlang Gods recht niet. Maar terwijl hij nog sprak en zei: "Laten we hier drie tabernakels bouwen."
En terwijl hij nog sprak... Ik ben zo blij dat God hem onderbrak. Jazeker. Hij zei: "Dit is Mijn geliefde Zoon. Hoort gij Hem." Hij geeft er niet om hoeveel denominaties u opricht en hoeveel u hiervan start en hoeveel u daarvan start. "Dit is mijn geliefde Zoon. Hoort gij Hem." Wat heeft Hij voor mij? Hij heeft genade; Hij heeft vergeving; Hij heeft genezing; Hij heeft redding.
Dus vanavond kom ik niet als een organisatie. Ik kom bij mijn broeders zitten, elk van hen. Ik heb elk van hen lief, alle organisaties. Maar ik ben gekomen om u één Persoon voor te stellen, Gods geliefde Zoon, Jezus Christus. Hoort gij Hem. Laat ons nu voor een ogenblik onze hoofden buigen.
85 Gelooft u vanavond met heel uw hart? Niet het u slechts verbeelden, het aannemen door een geloofsbelijdenis, maar het aannemen omdat u diep in uw hart en ziel weet dat Hij de Zoon van God is. Gelooft u het? God zegene u. Ik vraag me af hoevelen hier en boven op het balkon, die geen Christen zijn, zouden willen komen en naar Christus luisteren? "Hoort gij Hem." Deze drie woordjes: "Hoort gij Hem." Als u naar Hem wilt horen zal uw leven vanavond veranderen. En u die bent teruggevallen, Hem eens kende en van Hem weggegaan bent: "Hoort Hem!"
En u zonder de Heilige Geest, die weet dat u dit bevruchte zaad moet hebben of het zal niet opkomen... U, boeren, weet dat. Als dat zaad niet bevrucht is, maakt het niet uit hoe goed het eruit ziet, het zal niet leven. Het geeft niet hoezeer u een Christenleven kunt nabootsen, u moet wedergeboren worden. U moet die Heilige Geest hebben. Als u het niet hebt, kom dan: "Hoort Hem!"
86 En u, zieken, hier binnen: sommigen met een hartkwaal, sommigen in rolstoelen, sommigen zullen dadelijk sterven als God niet iets voor u doet, wilt u Hem niet horen? Hij is gisteren, heden een voor altijd dezelfde. Wees nu niet ontmoedigd. Ik wil dat u naar Hem luistert, Hem gelooft. Ik wil dat u gelooft dat Hij hier is en het u wil schenken.
U daar achteraan, met onze hoofden nu gebogen en elk hart in gebed, u die een zondaar bent en Christus niet kent... Om de samenkomst goed te beginnen, laten we aan God bewijzen dat we Hem liefhebben. Kom hier rond het altaar en laten we bidden. Wilt u? Sta op van uw zitplaats, kom. Zondaarvriend, waar u ook bent, kom de Zoon van God vrede horen spreken in uw hart, vrede als een rivier. Wilt u komen? [Het orgel begint te spelen: "Here, ik kom naar huis."]
... te dwalen;
Open wijd Uw armen van liefde,
O Heer, ik kom...
87 Nu, u hebt nog nooit een wonder gezien. U zegt: "Ik heb nooit..." Maar voordat u iets zegt, kom, accepteer Christus eerst.
... kom...
Dan zult u in een positie zijn om wonderen en dergelijke aan te nemen, wanneer u ziet dat de lammen lopen en de blinden zien.
O, nooit...
Onlangs 's avonds had een vrouw een baby met een waterhoofd ginds in... (God zegene u, zuster.) Zij had deze baby met het waterhoofd. Wij baden er enkel voor. De volgende morgen werd het naar de dokter gebracht. De dokter zei: "Wat is er met dit kind gebeurd?" Het bracht de buurt in opschudding, ging door heel de streek. Het hoofd was geslonken, normaal, kwam terug in vorm, het is in orde.
Kom naar huis...
Kom het grootste wonder van alles zien, Christus, die het hart van de zondaar verandert.
Kom naar huis, kom naar huis,
Om nooit...
Wilt u niet opstaan en komen? Wat met u die van God bent afgedwaald? Wat met u? Wilt u komen? Ik kan u alleen maar vragen, weet u. Het is uw beslissing.
... Uw armen van liefde,
O Heer...
88 Bent u van Hem afgedwaald? Kom vanavond naar voren met deze vrouw hier. God zegene u. Kom; wij nodigen u uit. Kom nu direct naar voren. Dat is goed.
Kom...
Wat daarboven op de galerij? We zullen op u wachten. Mensen zullen de trap vrijmaken en u kunt regelrecht naar beneden komen. Kom gelijk naar beneden. Wij wachten op u.
O, nooit meer te hoeven dwalen;
Open wijd Uw armen van liefde,
Heer, ik kom naar huis.
Kom...
Afgeweken vriend, ik wenste dat u kwam. U begint de opwekking goed als u het doet. Bewerk uw eigen vrede. Dat is goed.
... dwalen;
Open wijd Uw armen van liefde,
Nu Heer, ik kom naar huis.
89 Terwijl de verzen nog steeds gespeeld worden wil ik u iets vragen. Als u een opwekking wilt zien beginnen: begin bij uzelf. Ziet u? Het zal in u moeten beginnen. Er moet geloof starten.
Nu, wat omtrent sommigen van u mensen die kerkleden zijn? Ik vroeg dit onlangs 's avonds in Grass Valley, voordat alles in orde werd gemaakt, zoals wij net vertelden. En ik vroeg het zelfs aan al deze vrouwen die hun haar hadden afgeknipt en deze kleding droegen en dergelijke, ik vroeg het hun. Zelfs predikers stonden op en beleden dat zij verkeerd hadden gedaan. Toen kwam de Heilige Geest binnen.
90 U zult in orde moeten komen, vriend. God zal geen fundering leggen op iets dat zal vallen, niet een verstandelijk emotioneel opgewerkt iets; het zal door het Woord van God moeten komen. Bent u gewillig om toe te geven dat u verkeerd bent, kerklid, om hier te komen en met mij te bidden? Ik zal met u bidden.
Kom nu, enkelen van u die weten dat zij verkeerd zijn. Zie hoe oprecht u bent. Wandel hierheen tot God en zeg: "Ik besef dat ik fout ben. Ik ga het in orde maken."
God zegene u, dame. Dat is de wijze waarop u iets van God ontvangt. Dat is goed. God zegene u, jongedame. Dat is goed. Terwijl we opnieuw zingen, kom dan. Kerklid, mannen, vrouwen, wie u ook bent, kom hier neerknielen. Wij weten of we fout zijn. Laten we toegeven dat we verkeerd zijn. Neem geen enkel risico. U zult geen kans meer krijgen. Wat als u vanavond sterft?
91 In Los Angeles was ik in het Cow Palace aan de South Gate aan het prediken over verlossing. Ik predikte over verlossing. En een oude dame van vijfenzeventig jaar die heel haar leven verlossing had afgewezen, kwam naar het altaar en werd die avond vervuld met God, keerde naar huis en ging heen tot God. Ging naar huis en ontmoette God. De genade van God, denk eens in. Al die jaren; en kwam toen die laatste keer. Wat als zij het die keer gemist zou hebben? Vanavond is zij in de vrede van God. Als zij dat zou hebben geweigerd, zou zij voor eeuwig verloren zijn geweest.
92 Kom nu. Wilt u niet komen terwijl we weer gaan zingen, zuster, ieder van u?
Kom naar huis...
Kom broeder; kom, zuster. Laten we rondom het altaar komen. Dat is goed. Een oude vader knielt hier neer om te bidden.
Om nooit... dwalen;
Open wijd Uw armen van...
Kerklid, u weet het... Hoevelen hier zijn al eerder in mijn samenkomsten geweest, steek uw hand op, de samenkomsten die de Here mij gegeven heeft? Dan weet u allen waarover ik spreek. De Heilige Geest in onderscheiding; ik kijk naar twee dozijn of meer die zouden moeten komen. Dat is waar. Dat is absoluut waar. Dat is de reden waarom ik zo aanhoud. Kom nu.
93 Laten we het nu onder ogen zien, vrienden. U mocht misschien denken dat ik probeer u een uitbrander te geven. Dat probeer ik niet. God weet dat. Ik ben hier om u te helpen. Ik zou liever thuis bij mijn gezin willen zijn of ergens anders, dan hier te staan als een bedrieger of huichelaar en te sterven na een leven vol worsteling over de hele wereld, enzovoort; mijn familie en dergelijke achterlatend, mijn geliefden, om hier te staan.
U weet dat ik niet voor geld kom! Heb ik u ooit om geld gevraagd? Zeker niet. Heb ik wel eens populair willen zijn? Ik mijd het. Geen televisie, radio, niets. Ik heb er niets van. Ik kom, zodat ik naar kleine kerken en dergelijke kan komen en hier naartoe kan komen. Ik kom omdat ik Hem liefheb. Ik zet mijn schouders naast deze broeders en probeer alles in het Koninkrijk van God te schuiven.
94 Hebt u in het blad "Business Men's Voice" van de kleine opname uit het lichaam gelezen, die ik kortgeleden meemaakte, toen ik de hemel en al deze geliefden zag? En ik zag die vrouw, die negentig jaar oud was toen zij tot Christus kwam, als een lieflijk jong persoon.
Er werd gezegd: "Herinner je haar niet?"
Ik zei: "Nee."
U kunt zich niet veroorloven het te missen, vrienden. Vergeet niet dat één kleine verkeerde uitlegging van het Woord dit alles zou belet hebben te gebeuren. Kom, laten we er werkelijk oprecht mee zijn. Laten we toch komen.
95 En als u dit nu doet, wanneer u uw hand had opgestoken, zult u het uitvinden. U zult zien dat God zal antwoorden. Ziet u, de narigheid is, het komt regelrecht tot u en u zegt: "Ja, ik geloof dat het waar is." Maar bedoelt u echt dat u Satan toestaat daartussen te komen en het te onderdrukken, als u weet dat uw plaats toch hier is? Ik kan u zeggen dat is "ZO SPREEKT DE HERE!"
Nu, houdt u de rest van de samenkomsten in de gaten en zie hoe het werkt. Kijk of ik u niet de waarheid vertel. De eerste avond dat ik ooit een samenkomst heb gehad zonder gebedsrij te hebben, want ik doe precies wat de Heilige Geest mij vertelde te doen. Krijg die fundering eerst; omdat ik het daar precies zag gebeuren. Bouw dan van daaruit voort. In orde. Kerkleden, schaamt u! (Nog een keer, meisjes, als u wilt.) [Tegen de musici – Vert]
Ik kom...
96 Here God, alstublieft. Ik bid, Vader, dit is al wat ik weet om te doen. Overtuig een ieder die verkeerd is, Heer. Zij weten dat ze fout zijn. Ik bid dat U het wilt schenken, Heer, dat zij de heerlijkheid van God in de dagen die nog komen mogen zien. Want de avondlichten staan op het punt te gaan schijnen. De zon gaat onder.
Ik bid, Vader, voor ontferming en genade. Heb genade, Heer, bid ik terwijl wij op U wachten. Schenk het, Heer. Red degenen, die nu klaar staan om gered te worden. Verkrijg eer. Laat de samenkomst niet vallen terwille van sommigen. Ik bid dat U het vanavond wilt toestaan, Heer. In Jezus' Naam.
Ik kom nu naar huis, kom naar huis.
Ik zal nooit meer hoeven te dwalen;
Open wijd Uw armen van liefde,
Heer, nu kom ik naar huis.
97 Nu vraag ik mij af hoevelen er daar zijn die werkelijk weten hoe te bidden, die in God geloven en weten dat u boven alle dingen van de wereld leeft door de genade van God? De dingen van de wereld hinderen u niet; de modes en het vuil van Hollywood dat opgehoopt is... Vergeet niet dat de beschaving met de zon is meegereisd. Dit is de westkust. Hier is waar zij gedumpt werd. Dus hier is de woonplaats van elke onreine geest... U weet dat het de waarheid is: verwording, homosexualiteit, immorele vrouwen.
Kijk wat in het begin startte. Kijk in de laatste dagen wat er gebeurd is. Het is precies hier aan deze westkust gedumpt, de modes van de wereld. Ging uit van Seattle en in deze omtrek zal gaan... Daar is Parijs, die maar doorgaat, hun naakte vrouwen, enzovoort. En dan waren wij gewend daarheen te gaan om onze modes te krijgen; nu komen zij hier. Schande over deze natie dat zichzelf een Christelijk land noemt. God, wees genadig. Red degenen die te redden zijn, is mijn gebed.
98 Als u in vertrouwelijk contact met God staat en geïnteresseerd bent in verloren zielen, kom dan om dit altaar heenstaan en laten we met deze mensen een woord van gebed hebben. Kom terwijl wij opnieuw zingen. U allemaal, u, godzalige mannen en vrouwen die echt in God geloven, kom van uw zitplaatsen en kom hier naartoe. Laten we bidden. Laten we deze mensen laten weten dat we hier zijn om hen te helpen. Wij zijn hier om achter het Woord van God te staan. We zijn hier om te helpen. Dat is waar.
Ik ben ver afgedwaald...
Sommigen van u hier willen hierheen komen, broeders, kom meteen naar voren. Dat is goed. Deze mensen zullen naar uw kerken gaan, dus u kunt maar beter komen...
Here, ik kom naar huis;
Open wijd Uw armen van liefde,
Heer, nu kom ik naar huis...
99 Hoe laat...?... [Broeder Branham spreekt met iemand – Vert] Gebedskaarten morgen om zes uur. Iedereen...
Nu iedereen, laten we nu gaan staan. Iedereen, overal, terwijl we voor deze mensen bidden. Laten we onze hoofden nu buigen en onze stemmen tot God opheffen.
Onze hemelse Vader, wij komen vanavond in de naam van de Here Jezus om dank en eer te geven aan de Zoon van God. Hij spreekt in Zijn Woord en wij horen Hem. Zijn stem roept uit de hemelen en wij weten dat Hij dezelfde blijft, gisteren, vandaag en voor immer. Laat nu de kracht van God op deze van schuld overtuigde mensen komen en red hen van een zondig leven. Sta het toe, Heer.
De gemeente is in gebed, Satan is verslagen. De Engel zei: "Indien Ik tien mensen in Sodom kan vinden die rechtvaardig zijn." O God, vanavond staat hier en groot aantal van hen, ze staan gereed. Wij wachten op de samenkomst, Heer, voor een opwekking van de uitstorting van de Heilige Geest en de genezing van de zieken. Sta het toe, eeuwige God, door Jezus Christus, Uw Zoon.
Hef uw handen nu omhoog. Geloof dat Hij het zal doen. Leg uw handen op elkander. Heb vertrouwen en geloof; God zal het toestaan. Amen.