Misleidende geesten verdraaien het Woord van God
Veroordeel een zondaar niet. Heb genade met hem. Laat hem zijn gang gaan en zijn pijp roken, laat hem zijn alcohol drinken, laat hem zijn kaartavondje houden. Dat is zijn plezier. Neem het hem niet kwalijk. Als hij thuiskomt, vermoeid en uitgeput, dan wil hij wat plezier...
Wat u wèl moet doen? Zó'n toegewijd leven leiden, dat u hem kunt bewijzen dat het Evangelie tienduizend maal meer inhoud heeft dan al die genoegens. En als hij in die toestand sterft, zal hij naar de hel gaan met zijn alcohol. Dat is de bedwelming van de duivel, dat is zíjn zalving. Als hij sterft, trekkend aan zijn geliefde pijp, zal God zijn Rechter zijn. Als de zondaar sterft, na een leven van uitgaan, dansen en rondlopen in immorele kleding, dan is God zijn Rechter; hij werd misleid.
Iets heel anders is het, als u sterft onder de zalving van de Heilige Geest. Toen Stefanus stierf, keek hij omhoog in Gods gelaat, en zei: "Zie, ik zie de hemelen geopend en de Zoon des mensen, staande ter rechterhand Gods." Als u zo sterft, bent u op weg naar de hemel, zoals een zwaluw naar haar nest. Amen.
Misleidende geesten verdraaien het Woord van God! Maak u er los van, laat ze los! "Maar hoe doe je dat, broeder Branham?" Laat gewoon los. Dat is alles wat u moet doen. En neem dan Gods Woord. Probeer niet iets op te werken.
Als u naar voren komt, als er een uitnodiging wordt gedaan, kom dan niet onder het roepen van: "Here, geef mij de Heilige Geest! Here, geef mij de Heilige Geest!", terwijl u met uw vuisten op de vloer beukt. Dat zal niets helpen. Nee, op die wijze komt Hij niet. Waar het op aan komt, is, om Hem te nemen op Zijn Woord!
Kijk naar Petrus in de storm. Hij was in een verschrikkelijk toestand. Het zag ernaar uit of het zijn dood zou worden. Toen zag hij de Here komen, wandelend op het water. En hij riep: "Here, als Gij het zijt, beveel mij dan tot U te komen over het water."
En de Here zei: "Kom!"
Kijk, Petrus zei niet: "Wacht dan even, Here, laat mij eerst eens veertig dagen vasten, om te zien of ik wel op dat water kàn wandelen. O Here, laat mij zoveel van Uw Geest op mij krijgen, dat ik kan dansen in de Geest in deze boot en in tongen spreken, dàn zal ik kunnen uitstappen." Nee, hij nam God op Zijn Woord, liet alles los, liet alles achter zich en God hielp hem erdoor.
Toen God Mozes ontmoette en tot hem zei: "Mozes, Ik zend je naar Egypte, tot Farao, en zeg hem: 'Laat Mijn volk trekken!'" Wat als Mozes toen had geantwoord: "Here, laat mij eerst veertig dagen vasten, om te zien of ik wel geloof genoeg heb om U te gehoorzamen. Geef mij iets, geef mij toch nog het een of ander, Here. Laat ik U dit voorstellen: Ik zal eerst eens zien, of ik in de Geest kan geraken..." Mozes stelde nooit vragen, hij nam God gewoon bij Zijn Woord, en begon.
Zo moet u het ook doen: Neem God op Zijn Woord. Dan zult u het weten, dat u in staat bent om het te doen. Hij wachtte niet tot er iets anders zou gebeuren; hij ging gewoon door en deed het.
Wat denkt u van Elia, toen hij na een lange tijd op de berg Karmel te zijn geweest, naar beneden moest gaan, om daar een weduwe te bezoeken. Zij was een vreemdelinge, een heiden. Wat een plek waar die prediker heen moest! Maar God had hem gezegd om naar haar huis te gaan.
Daar gaat hij naar haar huis. Toen hij er kwam, was ze bezig takken te sprokkelen; ze had twee stokken in haar hand. "Wat doet u daar?", vroeg hij.
Ze zei: "Ik sprokkel een paar takken. Ik heb nog net genoeg meel om een paar koeken te bakken. Dat is alles wat ik nog over heb. Er is al drie jaar geen regen gevallen. Ik zal deze koeken nog kunnen bakken," zei ze, "dan zullen mijn jongen en ik ze opeten en dan zullen we sterven."
Toen sprak Elia: "Bereid mij daarvan éérst een kleine koek!" -- Halleluja! -- (O, ik weet dat ik mij een beetje zonderling gedraag, maar toch sta ik aan de kant van de Here.) -- "Bereid míj eerst één!", zei hij, "want ZO ZEGT DE HERE...!" Dat is het!
Wat betekende dit eigenlijk? "Zoekt eerst het Koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid!" Niet: het Koninkrijk van God en 'een beetje lawaai'; niet het Koninkrijk van God en 'een beetje emotie'; niet het Koninkrijk van God en 'een beetje zus of zo'. Maar: "Zoekt God en Zijn gerechtigheid, dan zal dit alles u bovendien geschonken worden." Stel dàt voorop!
Nu, dat zouden wij gehoord kunnen hebben. Geloof komt door het horen, door het horen van het Woord. De vrouw dacht: "Dat is het Woord van de Here, want dit is een heilig man Gods. Dat is Gods profeet en ik weet, dat het de waarheid is. Het is Gods Woord."
Nu, liep zij toen snel naar de buren om te vragen, hoe zij het zou moeten doen? Om te vragen: "Nu, wat denkt u daarvan? Die prediker daar bij mij thuis zegt dit en dat. Zeg Suzan, wat denk jij daarvan?"
Nee, ze liep meteen naar binnen en begon de pot leeg te maken Ze liet het los. Wat ze had liet ze los, opdat ze méér mocht krijgen.
Dat is wat de wereld vandaag nodig heeft. U moet eens flink ouderwets loslaten wat u hebt. Halleluja! Ze gooide alles eruit, zodat er gevuld kon worden. Ze gooide alle olie die zij had en al het meel dat zij had, eruit voor die prediker, voor het Koninkrijk van God.
Toen ze het daar allemaal uitgegooid had, kwam God neer en vulde de meelpot en de oliekruik. Ze goot hem nog eens leeg op het bord van de prediker, en weer kwam Hij neer en vulde hem opnieuw. Hij goot hem vol. Elke keer dat zij leeggoot, vulde Hij.
En ik zeg u, als vandaag een mens al zijn nonsens eruit zal gooien, al dat tekeer gaan, al dat nabootsen van Christendom, en de Heilige Geest Zijn plaats zou laten innemen, dan zou er hier op de hoek van de Penn Street een opwekking uitbreken, die door het hele land zou zwepen. Stop met alle onzin, ga terug naar het Woord van God! Giet leeg, opdat u zou mogen worden gevuld. Laat los, dan zal God het laten komen. Als u leeggiet, zal God u volgieten. Al die onbeduidende zaken van: "U moet dit doen en u zou dat moeten, u hoorde zus te doen en u moest eigenlijk zo doen." Vergeet het! Bevrijd uw ziel daarvan!
Zeg alleen maar: "O God, laat mij vanaf deze dag volledig de Uwe zijn. Here, ik kom met een gebroken hart. Ik kom met een berouwvolle geest. Ik heb u lief, en U wéét dat ik U liefheb. Ik wil al deze dwaasheden vergeten, al dit vasten veertig dagen lang, al dit proberen om dichter bij God te komen en al die andere dingen, al deze nonsens."
Stop ermee! Nergens in het Woord wordt u gezegd om veertig dagen te vasten. Nergens. Niets ter wereld zegt u om te vasten, tenzij God het u zou zeggen. En dan, als u vast, dan is het niet gewoon maar dat u hongerig wordt en dat u al deze dingen moet doormaken. Maar als u vast, broeder, zult u heel de tijd gelukkig zijn en blij. Er staat geschreven: "Wanneer gij vast, toont dan niet, zoals de huichelaars, een somber gelaat." Zeg niet: "Ik ben bezig veertig dagen te vasten, m'n kleren gaan me niet meer passen. Ik ben al dertig pond afgevallen, maar ja, ze zeiden me, dat ik er beter uit zou zien, als dit achter de rug is." Wat een onzin! Het zijn misleidende geesten van de duivel.
Men gaat naar voren als er een uitnodiging wordt gedaan en zegt: "Glorie, glorie, glorie", tot je nauwelijks meer iets anders kunt zeggen. En dan beweren ze ook dat je in tongen moet spreken; eerder heb je de Heilige Geest niet ontvangen. Onzin. Gooi het eruit!
Kom uit dat systeem van u vandaan, kom tot het Woord van God! Hij zei: "Bekeert u en een ieder van u late zich dopen in de Naam van Jezus Christus, tot vergeving van uw zonden, en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen." Als God Zijn Woord niet houdt, is Hij geen God. Amen. Maak schoon schip! Wordt vervuld! Amen. O, daar houd ik van, dat is Zijn Woord. Dat heeft God gesproken. En als God het heeft gesproken, zal God er zorg voor dragen. Juist. Het hangt er niet vanaf welke maatregelen ú allemaal heeft getroffen en hoe vaak u wel naar de kerk gaat.
Het is precies zo, als hier bij de wagon-fabriek, waar ze die grote passagiersrijtuigen maken. Ik heb daar vroeger gewerkt. Daar maken ze prachtige rijtuigen. Ze bekleden ze aan alle kanten met hardhout en ingelegd mahoniehout, alles zo mooi mogelijk en rijden hem dan naar buiten op de spoorlijn. En daar staat hij dan, zo dood als het maar kan. Daar staat een locomotief. Geweldig, maar er zit geen stoom in, ze staat daar maar...
Wat er vandaag nodig is, is dat er eens wat vuur in de ketel komt. Wat we nodig hebben, is dat er stoom komt. Wat de gemeente vandaag nodig heeft, is dat er iets begint te koken. En het heetste wat er is, om uw zonde uit uw leven weg te koken, is liefde. Als u elkáár al niet kunt liefhebben, hoe zult u God dan liefhebben, die u zelfs nog nooit hebt gezien.
Liefde bedekt tal van zonden. Ga God liefhebben, dan zult u ook elkaar gaan liefhebben, dan zult u de gemeente liefhebben, dan zult u Zijn dingen liefhebben, dan zult u liefde hebben voor alles wat van God is, en zult u zich verre houden van de dingen van de wereld.
Misleidende geesten gaan rond om mensen allerlei dingen te vertellen: dat ze dit moeten doen en dat ze dat moeten doen. En dat is gekomen doordat er denominaties opkwamen, die een kleine openbaring ontvingen en gingen zeggen: "Wel, ik geloof wat er in Bijbel staat over jubelen." En natuurlijk is dat juist. Dat is de waarheid. Maar zij hebben er een denominatie uit gemaakt, en zeggen: "Als je jubelt, heb je het." En toch hebt u het niet...
Dan komt de volgende op en zegt: "Het is het spreken in tongen." Het is waar, spreken in tongen is Bijbels. Maar dan wordt er gezegd: "Als je in tongen spreekt, heb je de Heilige Geest." Velen van hen spraken wel in tongen en hadden toch niet de Heilige Geest... Ziet u? Dat is het niet.
Velen van hen zeiden: "Wel, we moeten profeteren, dan hebben we de Heilige Geest."
Kijk dan eens naar al die profeten in 1 Koningen 22, die met horens op hun hoofd op en neer dansten en profeteerden. De profeet Micha sprak tot hen, dat ze allen logen! Amen. Zo is het, God houdt daar niet van. God komt tot een oprecht hart, dat tot Hem nadert met een verbroken en verslagen geest. "Die met tranen zaaien, zullen met gejuich maaien... Voorzeker zal hij komen met gejuich, dragende zijn schoven." Amen.
Laat dit goed tot u doordringen, mijn vriend en trek rechte voren...
(Uit: 'Misleidende geesten', een prediking van W.M. Branham.)